Interlingua Wiki

na VZ

1 post
-- mijn aankomst in Bilthoven = post mi arrivata in Bilthoven
-- de dood van zijn vader = post le morte de su patre
-- Christus = post Jesus Christo
-- drie uur is de winkel gesloten = post tres horas le magazin es claudite/clause
-- elkaar = le un post le altere, successivemente
2 posterior a
het document is van -- 1900 = le documento es posterior a 1900


na BW

1 (nabij)
het gevaar is -- = le periculo es imminente
ze zijn me allen even -- = illes me es equalmente car
2
op drie gulden -- = il manca tres florinos
allen op één -- = totes al exception de un sol, totes salvo un, totes minus un
de goeden niet te -- gesproken = al exception del bon personas
op twee -- de grootste = le tertio in ordine de grandor
op één -- de laatste = penultime
3
wat krijgen we --? = que es le dessert (F)
wij nemen fruit -- = nos prende fructos al fin del repasto


naad ZN

1 (mbt een stof) sutura
de --en gladstrijken = applattar le suturas
de -- is/gaat los = le sutura se disface
een -- lostornen = disfacer un sutura
hij wil het --je van de kous weten = ille vole saper tote le detalios
2 (ANAT, MED, PLANTK) sutura
3 (las, voeg, opening tussen planken) junctura, juncto, (in metaal) soldatura
de --en gaan werken = le junctos/juncturas comencia a aperir se


naadbreedte ZN

1 (van las/voeg/planken) largor de juncto/de junctura


naadje ZN

1
het -- van de kous willen weten = voler saper tote le detalios/le fundo del question


naadloos BN

1 sin sutura
--e kousen = calceas sin sutura
2 sin soldatura
--e buis = tubo sin soldatura


naaf ZN

1 modiolo


naafconus ZN

1 cono de modiolo


naafdop ZN

1 cappello de modiolo


naafrem ZN

1 Zie: terugtraprem


naafverlengstuk ZN

1 extension del modiolo


naaiatelier ZN

1 sartoreria


naaicursus ZN

1 curso a/de suer


naaidoos ZN

1 cassa a/de suer


naaien WW

1 suer
het -- = sutura
een knoop aan een jas -- = suer un button a un mantello
een wond -- = suer un vulnere
hemden -- = confectionar camisas
2 (herstellen) reparar
een scheur -- = reparar un laceration
3 (neuken) futuer


naaigaren ZN

1 filo a/de suer, filo de sutura


naaigereedschap ZN

1 Zie: naaigerei


naaigerei ZN

1 accessorios de sutura


naaiing ZN

1 sutura


naaikistje ZN

1 Zie: naaidoos


naaikussen ZN

1 cossinetto/pelota a spinulas


naaimachine ZN

1 machina a/de suer


naaimachinefabriek ZN

1 fabrica de machinas a/de suer


naaimachinefabrikant ZN

1 fabricante de machinas a/de suer


naaimachinegaren ZN

1 filo pro machinas a/de suer


naaimachinemotor ZN

1 motor de machina a/de suer


naaimachine-olie ZN

1 oleo pro machinas a/de suer


naaimachinetafeltje ZN

1 tabuletta de machina a/de suer


naaimandje ZN

1 corbetta de sutura


naainaald ZN

1 aco/agulia a/de suer


naaischool ZN

1 schola de sutura


naaisteek ZN

1 puncto de sutura


naaister ZN

1 sartora, (kostuumnaaister) modista


naaiwerk ZN

1 travalio/labor de sutura


naaizijde ZN

1 seta a/de suer


naakt BN

1 nude
-- lichaam = corpore nude
--e rotsen = roccas nude
--e muren = parietes nude
geheel -- = completemente nude, in costume de Adam/de Eva
(PLANTK) met --e stengel = nudicaule
-- rondlopen = ir nude
2 (FIG) nude, crude, brute
-- feit = facto nude/brute
--e waarheid = veritate nude e crude


naakt ZN

1
vrouwelijk -- = nuda
mannelijk -- = nudo
--en schilderen = pinger nudos/nudas


naaktbloemig BN

1 nudiflor


naaktcultuur ZN

1 nudismo


naaktfiguur ZN

1 figura nude, nudo, nuda


naaktfoto ZN

1 photo(graphia) de un nudo/nuda, nudo/nuda photographic


naaktfotograaf ZN

1 photographo de nudos/nudas


naaktfotografie ZN

1 photographia de nudo(s)/nuda(s)


naaktheid ZN

1 nuditate
de ellende in al haar -- = le miseria in tote su nuditate
zijn -- bedekken = coperir su nuditate


naaktloper ZN

1 nudista, naturista
2 exhibitionista
3 (GESCH, REL) adamita


naaktloperij ZN

1 nudismo, naturismo
2 exhibitionismo
3 (GESCH, REL) adamismo


naaktmodel ZN

1 modello nude


naaktrecreatie ZN

1 recreation de nudistas/naturistas


naaktscène ZN

1 scena con nudos/nudas


naaktschilder ZN

1 pictor de nudos/de nudas


naaktschilderij ZN

1 pictura de nuda(s)/nudo(s)


naaktslak ZN

1 limace nude


naaktstrand ZN

1 plagia de/pro nudistas/naturistas


naaktstudie ZN

1 studio de nudo/nuda


naakttekening ZN

1 designo de un nudo/nuda


naaktvleugelig BN

1 gymnoptere


naaktvoetig BN

1 gymnopode


naaktvrees ZN

1 nudophobia


naaktzadig BN

1 gymnosperme


naaktzadigen ZN MV

1 gymnospermas


naaktzwemmen WW

1 natation nudista


naald ZN

1 (stift om te naaien) agulia, aco
draad en -- = filo e agulia
het oog van de -- = le oculo del aco/del agulia
een -- in een hooiberg zoeken = cercar un aco/un agulia in un pila de feno
de draad in de -- steken = infilar le aco/le agulia
2 (wijzer) agulia, indice
3 (blad van een naaldboom) agulia
4 (gedenkteken) obelisco
5 (graveernaald) burin


naaldaar ZN

1 setaria


naaldblad ZN

1 agulia


naaldbomehout ZN

1 ligno de coniferas


naaldboom ZN

1 conifera


naaldboombos ZN

1 Zie: naaldbos


naaldbos ZN

1 bosco/foreste/silva de coniferas


naaldbrief ZN

1 Zie: naaldenboekje-1


naalddruk ZN

1 pression de agulia/aco (de un grammophono)


naaldenboekje ZN

1 (pakje naainaalden) pacchetto de agulias/acos
2 (lapjes flanel) portaagulia


naaldendoos ZN

1 cassetta de agulias/acos


naaldenfabricage ZN

1 fabrication de agulias/acos


naaldenfabriek ZN

1 fabrica de agulias/acos


naaldenfabrikant ZN

1 fabricante de agulias/acos


naaldenkoker ZN

1 etui (F) a agulias/acos


naaldenkop ZN

1 testa/capite de agulia/aco


naaldenkussen ZN

1 cossinetto pro agulias/acos


naaldenoog ZN

1 oculo de agulia/aco


naaldgeweer ZN

1 fusil de agulia/aco


naaldhak ZN

1 talon punctute/agulia


naaldhouder ZN

1 portaagulia


naaldhout ZN

1 (hout van naaldbomen) ligno de coniferas
2 (naaldbossen als gewas) coniferas


naaldhoutbos ZN

1 Zie: naaldbos


naaldje ZN

1 parve agulia/aco
2 (PLANTK) acicula
met --s = acicular


naaldklep ZN

1 valvula a agulia


naaldkunst ZN

1 labor/travalio de agulia artistic, arte del agulia


naaldpenetrometer ZN

1 penetrometro a agulia


naaldpunt ZN

1 puncta de agulia


naaldvaren ZN

1 polystycho aculeate


naaldvoerder ZN

1 portaagulia


naaldvormig BN

1 in forma de agulia, aciforme, acicular, aculeiforme, (BOUWK) pyramidal
-- blad = folio acicular
-- kristal = crystallo acicular


naaldwoud ZN

1 Zie: naaldbos


naam ZN

1 nomine, denomination
gefingeerde -- = nomine fingite
de -- aannemen van = prender/adoptar le nomine de
een -- geven, de -- noemen = nominar
het geven van --en = nomination
bij --e noemen = denominar
de --en bevattend = nominative
aandeel op -- = action/titulo nominative
obligatie op -- = obligation nominative
zonder -- = innominate
in -- des konings = in nomine del rege
in -- der wet = in nomine del lege
op -- van = a nomine de
uit -- van = in nomine de, de parte de
afroepen van de -- = appello nominal
met meer/veel --en = plurinominal
met --e = specialmente
geen --en noemen = non mentionar nomines
onder een valse -- = sub un nomine false/ficticie
(ondertekenen) zijn -- zetten onder = subscriber, signar, firmar
iemand met -- en toenaam noemen = citar le nomine complete de un persona
de bovenste -- op een lijst = le testa/capite de un lista
hij is één van de grote --en = ille es un del personages importante
het mag geen -- hebben = isto non ha importantia
een -- laten vallen = suggerer un nomine
ik ken hem alleen van -- = io le cognosce solmente de nomine
zij heeft vier boeken op haar -- staan = illa ha publicitate quatro libros
de rekening staat op zijn -- = le conto es a su nomine
een rekord op zijn -- schrijven = establir un record (E)
2 (reputatie) reputation, renomine, fama
-- maken = facer se famose
de -- hebben = haber le reputation, esser reputate
iemand in zijn goede -- aantasten = attaccar le reputation de un persona, diffamar un persona
iemands goede -- bekladden = denigrar le reputation de un persona
zijn goede -- op het spel zetten = hasardar/aventurar su reputation
een slechte -- bezorgen = discreditar
een slechte -- hebben = haber mal reputation/fama
een slechte -- hebbend = de mal fama


naamboek ZN

1 lista/tabula onomastic


naambord ZN

1 placa (de nomine)
de --jes van de straten = le placas con le nomines del stratas


naamchristen ZN

1 pseudochristiano


naamcijfer ZN

1 cifra, monogramma


naamdag ZN

1 die onomastic, die del sancto de un persona


naamdicht ZN

1 acrostichio


naamfeest ZN

1 Zie: naamdag


naamgenoot ZN

1 homonymo
dat is een -- van je = ille es tu homonymo


naamgetal ZN

1 Zie: naamcijfer


naamgever ZN

1 dator de nomine(s), nominator, nomenclator, eponymo


naamgeving ZN

1 (het geven van een naam) nomination
2 (benoeming volgens een systeem) nomenclatura
3 (van personen) anthroponymia


naamheilige ZN

1 sancto de su nomine


naamkaartje ZN

1 carta de visita
2 etiquetta {kè}


naamkunde ZN

1 onomastica
2 (van personen) anthroponymia
3 (van plaatsen) toponymia
4 (van waterlopen) hydronymia
5 (van bergen) oronymia


naamkundig BN

1 onomastic


naamkundige ZN

1 experto onomastic


naamletter ZN

1 cifra, monogramma


naamletterkeer ZN

1 anagramma


naamlijst ZN

1 lista nominal/nominative/de nomines
-- van de kandidaten = lista de nomines del candidatos
2 (geordende naamlijst) catalogo
3 (naamboek) tabula/lista onomastic
4 (volgens een wetenschappelijk systeem) nomenclatura
de -- opstellen van = nomenclar
iemand die een -- opstelt = nomenclator


naamlijstmaker ZN

1 nomenclator


naamloos BN

1 innominate, sin nomine, anonyme
--e brief = littera anonyme
--e vennootschap = societate/compania anonyme
-- blijven = guardar le anonymato/anonymitate
2 (onvoorstelbaar) inexprimibile, indicibile
een -- lijden = un suffrentia indicibile


naamloosheid ZN

1 anonymato, anonymitate


naamplaat ZN

1 Zie: naambord


naamregister ZN

1 Zie: naamlijst


naamroof ZN

1 Zie: laster


naamrovend BN

1 Zie: lasterend


naamsaanduiding ZN

1 qualification


naamsbekendheid ZN

1 notorietate


naamstempel ZN

1 stampa de nomine, (van handtekening) stampa de signatura


naamsverandering ZN

1 cambio/cambiamento de nomine
een -- ondergaan = cambiar de nomine
een -- doen ondergaan = cambiar le nomine de un persona


naamsvermelding ZN

1 indication de nomine


naamsverschil ZN

1 differentia de nomine


naamsverwarring ZN

1 Zie: naamsverwisseling-1


naamsverwisseling ZN

1 confusion de nomines, error nominal
2 (LIT) antonomasia


naamswijziging ZN

1 Zie: naamsverandering


naamtekening ZN

1 cifra, monogramma


naamval ZN

1 caso
verbogen -- = caso oblique
het Duits heeft vier --len = le germano ha quatro casos
eerste -- = nominativo
tweede -- = genitivo
derde -- = dativo
vierde -- = accusativo
vijfde -- = vocativo
zesde -- = ablativo
dit voorzetsel regeert de vierde -- = iste preposition rege le accusativo


naamvalssuffix ZN

1 Zie: naamvalsuitgang


naamvalsuitgang ZN

1 desinentia casual


naamvalsvorm ZN

1 forma casual


naamvers ZN

1 acrostichio


naamvorm ZN

1 forma de nomine


naamwisseling ZN

1 metonymia


naamwoord ZN

1 nomine
zelfstandig -- = nomine substantive, substantivo
onzijdig zelfstandig -- = substantivo neutre
bijvoeglijk -- = nomine adjective, adjectivo
stoffelijk bijvoeglijk -- = adjectivo de materia/que indica materia
als zelfstandig -- gebruiken = substantivar


naamwoordelijk BN

1 nominal
-- gezegde = predicato nominal
-- deel van het gezegde = parte nominal del predicato


naäpen WW

1 simiar, imitar/calcar servilmente, copiar, contrafacer, parodiar


naäper ZN

1 imitator (servil), copiator, (LIT) epigono


naäperig BN

1 (LIT) epigonic


naäperij ZN

1 imitation servil


naar VZ

1 (in de richting van) a, (voor klinker OOK: ad), in, verso
-- huis gaan = ir al casa
-- boven gaan = montar
-- beneden gaan = descender
-- iemand luisteren = ascoltar un persona
-- iemand kijken = reguardar/mirar un persona
van buiten -- binnen = del exterior verso le interior
de weg -- huis = le cammino del casa
de trein -- Bilthoven nemen = prender le traino de Bilthoven/a destination de Bilthoven
begeerte -- roem = amor del gloria
2 (volgens) secundo
-- onze mening = secundo nostre opinion
-- bevind van zaken = secundo le circumstantias
-- behoefte = secundo le besonios
-- zijn gewoonte = secundo su habitude
-- alle waarschijnlijkheid = secundo tote le probabilitates/apparentias
-- omstandigheden = viste le circumstantias
-- ik hoor = secundo lo que on me dice
-- men zegt = secundo lo que on dice
3
de kwaliteit is er dan ook -- = le qualitate es proportionate al precio


naar BN

1 (akelig) triste, lugubre, horribile
een -- verhaal = un historia lugubre
2 (onaangenaam) disagradabile, displacente
--e vent = typo displacente/disagradabile
dat smaakt -- = isto ha un gusto disagradabile
3 (ziek) indisposite, malade


naardien VW

1 post que, considerante que


naargeestig BN

1 (akelig) lugubre, triste, desolate
-- gebouw = edificio lugubre
2 (treurig) triste
-- gestemd zijn = esser deprimite


naargeestigheid ZN

1 desolation, (treurigheid) tristessa


naargelang BW

1 secundo, conformemente a
-- van de omstandigheden = secundo le circumstantias


naargelang VW

1 a mesura que, secundo que, a proportion que


naarheid ZN

1 horror


naarling ZN

1 persona disagradabile
het is een -- = ille es disagradabile/insupportabile


naarmate VW

1 a mesura que, secundo que, a proportion que


naarstig BN

1 assidue, diligente, applicate, laboriose, industriose, dynamic, active
hij is een --e leerling = ille es un alumno assidue/studiose
-- werken = travaliar/laborar con application


naarstigheid ZN

1 assiduitate, application, diligentia, zelo, laboriositate


naarstiglijk BW

1 diligentemente, activemente, laboriosemente, con diligentia, con application, con zelo


naast VZ

1 (terzijde van) juxta, propter, al latere de
-- iemand gaan zitten = seder se al latere de un persona
hij schoot de bal -- het doel = ille ha tirate al latere del goal (E)
-- mijn huis is een tuin = il ha un jardin al latere de mi casa
in het huis -- het onze = in le casa al latere del nostre, in le casa vicin
staan/liggen/zich bevinden -- = flancar
-- elkaar = latere a latere, uno al latere del altere
-- mij = a mi latere
2 (onmiddellijk volgend op) immediatemente post
3
(behalve) hij is -- een dief ook een leugenaar = ille es non solmente un fur/robator, ma anque un mentitor; ultra que ille es un fur/robator, ille es equalmente un mentitor
-- God heb ik mijn leven aan onze dokter te danken = post Deo io debe le vita a nostre medico


naast BN

1 immediate, proxime
--e buren = vicinos immediate
in de --e omgeving = in le vicinitate immediate
in de --e toekomst = in un futuro proxime
--e (bloed)verwant = parente proxime
ten --e bij = approximativemente
2 (kortst) le plus curte
de --e weg nemen = prender le plus curte cammino


naast BW

1 (er naast gelegen) juxta
-- elkaar plaatsen = juxtaponer
het -- elkaar plaatsen, het zich -- elkaar bevinden = juxtaposition


naastbijgelegen BN

1 Zie: nabijgelegen


naastbijliggend BN

1 Zie: nabijgelegen


naastbijzijnd BN

1 Zie: nabijgelegen


naaste ZN

1 proximo
zijn -- liefhebben = amar su proximo/su vicino


naasten WW

1 (onteigenen) expropriar, (door de staat OOK) nationalisar
spoorwegen -- = nationalisar ferrovias
de mijnen zijn door de staat genaast = le stato ha nationalisate le minas
2 (in beslag nemen) confiscar, sequestrar


naastenliefde ZN

1 amor al/del proximo, (REL) caritate
betrachting der -- = practica del caritate
-- betrachten = practicar le caritate
christelijke -- = caritate christian


naastgelegen BN

1 vicin, adjacente, (le plus) proxime, propinque


naasting ZN

1 expropriation, (door staat OOK) nationalisation


naastingsbeding ZN

1 Zie: naastingsclausule


naastingsclausule ZN

1 clausula de expropriation, (door staat OOK) clausula de nationalisation


naastkomend BN

1 Zie: naastvolgend


naastvolgend BN

1 proxime, sequente, subsequente


naatje ZN

1
dat is -- = isto es execrabile, isto non vale nihil


nababbelen WW

1 (na afloop praten) parlar un pauco/poco postea
2 (nadoen) repeter, imitar (le voce de un persona)


nabauwen WW

1 (iemands woorden herhalen) imitar (le voce de un persona)
2 (slaafs nazeggen) repeter como un papagai, repeter sin comprender


nabauwing ZN

1 imitation servil


nabeeld ZN

1 imagine recurrente


nabehandeling ZN

1 (na ziekte) tractamento consecutive/ulterior/supplementari/de convalescentia, (na operatie) tractamento postoperative/postoperatori


nabericht ZN

1 (nawoord) postfacio, epilogo
2 (naschrift) postscripto


naberouw ZN

1 regret


nabeschouwen WW

1 commentar/discuter ulteriormente/postea, analysar


nabeschouwing ZN

1 commentario posterior, discussion ulterior, analyse (-ysis)


nabespreken WW

1 commentar/discuter ulteriormente/postea, analysar


nabespreking ZN

1 commentario posterior, discussion ulterior/subsequente, analyse (-ysis)


nabestaande ZN

1 parente proxime/propinque/del defuncto


nabestellen WW

1 (weer bestellen) repeter/renovar un ordine, dar un ordine repetite pro
2 (naleveren) livrar post le distribution normal, livrar postea


nabestelling ZN

1 secunde ordine, ordine repetite/supplementari/additional, nove ordine
2 (nabezorging) livration post le distribution normal


nabetalen WW

1 facer un pagamento posterior/subsequente, pagar posteriormente/subsequentemente, (bijbetalen) facer un pagamento additional/supplementari, pagar additionalmente/supplementarimente


nabetaling ZN

1 (latere/volgende betaling) pagamento posterior/subsequente
2 (extra betaling) pagamento additional/supplementari
3 (achterstallige betaling) pagamento arretrate


nabetrachting ZN

1 Zie: nabeschouwing


nabewerking ZN

1 tractamento ulterior/final, finition


nabezorgen WW

1 livrar post le distribution normal, livrar postea


nabezorging ZN

1 livration post le distribution normal


nabij VZ

1 proxime a, vicin a, in le proximitate de
hij woont -- de kerk = ille habita proxime al ecclesia/in le proximitate del ecclesia
om en -- de duizend gulden = circa mille florinos


nabij BN

1 proxime, immediate, vicin, (zeer nabij) imminente
Nabije Oosten = Oriente Proxime
--e toekomst = futuro proxime/immediate
--e omgeving = vicinitate proxime/immediate
de meest --e landen = le vicinos immediate (de un pais)
zijn einde is -- = su morte es imminente/proxime, ille es proxime al morte, ille es al portas del morte
zij was een flauwte -- = illa esseva super le puncto de evanescer
zij was de wanhoop -- = illa esseva proxime al despero
iemand van -- kennen = cognoscer un persona intimemente


nabijgelegen BN

1 adjacente, vicin, circumvicin, proxime, propinque
een -- restaurant = un restaurante vicin
-- straten = stratas vicin


nabijheid ZN

1 vicinitate, proximitate, adjacentia, propinquitate
alle huizen in de onmiddellijke -- van de fabriek = tote le casas in le vicinitate immediate del fabrica
2 (tijd) proximitate, approche {sj}, imminentia
-- van de dood = approche/imminentia del morte


nabijheidseffect ZN

1 effecto de proximitate


nabijkomen WW

1 (bijna bereiken) approchar (se) {sj}, approximar (se), avicinar (se), attinger quasi
dat ideaal zal ik nooit -- = isto es un ideal irrealisabile
2 (bijna evenaren) equalar quasi
hij kwam mij in kennis nabij = su saper equalava practicamente le mie


nabijkomend BN

1 approximative, quasi equal


nabijliggend BN

1 Zie: nabijgelegen


nabijzijnd BN

1 Zie: nabijgelegen


nabladeren WW

1 percurrer de novo


nablaffen WW

1 continuar a latrar


nablaten WW

1 continuar a balar


nablazen WW

1 continuar a sufflar


nableken BN

1 blanchir de novo


nableking ZN

1 nove blanchimento


nablijven WW

1 (schoolblijven) retener in le schola, restar in punition
2 (overblijven) remaner, restar, subsister
3 (bij een sterfgeval achterblijven) superviver (a un persona)
de nagebleven betrekkingen = le superviventes


nablijver ZN

1 alumno qui es retenite (in le schola), alumno castigate, alumno restate in punition


nabloeden WW

1 (zachtjes doorbloeden) sanguinar ancora, continuar a sanguinar
2 (opnieuw bloeden) sanguinar de novo


nabloeding ZN

1 (het doorbloeden) hemorrhagia continue, perdita de sanguine continue
2 (het opnieuw gaan bloeden) nove hemorrhagia


nabloei ZN

1 (langer voortgezette bloei) floration continue, secunde/nove floration
2 (FIG) declino, annos declinante


nabloeien WW

1 continuar a florar/florer/florescer, florar/florer/florescer de novo


nabloeier ZN

1 planta que flora de novo, flor tardive
2 (navolger) epigono, imitator


nablussen WW

1 extinguer definitivemente
tot zeven uur bleef men -- = le travalios de extinction ha continuate usque a septe horas


nablussing ZN

1 travalios de extinction definitive


nabob ZN

1 nabab, homine opulente


nabomen BN

1 epilogar


nabootsen ZN

1 imitar, copiar, contrafacer
iemands stem -- = imitar le voce de un persona
een stijl -- = imitar/copiar un stilo
2 (TECHN) simular
het -- = simulation


nabootsend BN

1 imitative, imitator, mimic
2 (BIOL) mimetic


nabootser ZN

1 imitator, copiator, copista, mimico, mimologo
2 (TECHN) (toestel) simulator


nabootsing ZN

1 imitation, copia, reproduction
volmaakte -- = imitation perfecte
(natuur)getrouwe -- = reproduction fidel
flauwe -- = imitation pallide
-- van een handtekening = imitation de un signatura
bespottelijke -- = parodia
slechte -- = pastiche (F)
2 simulacro
-- van een gevecht = simulacro de un combatto
3 (BIOL) mimese (-esis), mimetismo


nabootsingsinstinct ZN

1 instincto imitative


naborduren WW

1 (borduren) reproducer secundo un modello de broderia
2 (FIG) (nabeschouwingen houden) epilogar


nabranden WW

1 continuar a comburer


nabrengen WW

1 (ap)portar plus tarde, (ap)portar postea
een koffer -- = apportar un valise (F) plus tarde


nabronst ZN

1 secunde (periodo de) calor


nabrullen WW

1 imitar le rugito de


nabulken WW

1 imitar le mugito de


naburig BN

1 vicin, circumvicin, adjacente, proxime, vicinal, limitrophe, circumjacente, confinante
--e dorpen = villages vicin
--e streek = region confinante


nabuur ZN

1 (buurman) vicino
2 (naburig land of volk) stato/pais/nation vicin


nabuurschap ZN

1 vicinitate, proximitate, propinquitate
in goede -- leven = esser bon vicinos
politiek van goede -- = politica de bon vicinitate


nabuurstaat ZN

1 stato/nation/pais vicin


nabuurstad ZN

1 urbe vicin


nacalculatie ZN

1 (calculatie achteraf) calculation posterior/subsequente
2 (het opnieuw berekenen) recalculation, nove calculo/calculation


nachecken WW

1 controlar (postea/de novo), verificar (postea/de novo)


nacht ZN

1 nocte
dag en -- = jorno e nocte, nocte e jorno
slapeloze -- = nocte de insomnia
pikdonkere -- = nocte nigre
bij het vallen van de -- = al approche {sj} del nocte
de -- doorbrengen = passar le nocte, pernoctar
in het holst van de -- = in le alte horas del nocte
goede --! = bon nocte!
de hele -- = tote le nocte
de afgelopen --, verleden -- = le nocte passate, le ultime nocte
in de --, 's nachts = durante/in le nocte, de nocte, in le curso del nocte
in de -- van zaterdag op zondag = in le nocte de sabbato a dominica
van de -- een dag maken = converter le nocte in die
als een dief in de -- = como un fur in le nocte
's --s bloeiend = noctiflor
2 (een nacht lang) noctata


nachtaanval ZN

1 attacco nocturne/de nocte


nachtarbeid ZN

1 labor/travalio nocturne/de nocte


nachtarbeider ZN

1 obrero/laborator/travaliator nocturne/de nocte


nachtasiel ZN

1 asylo nocturne/de nocte


nachtbel ZN

1 campanetta de/pro le nocte


nachtbezoek ZN

1 visita nocturne/de nocte


nachtblind BN

1 cec de nocte, hemeralope


nachtblindheid ZN

1 cecitate crepuscular/de nocte, hemeralopia


nachtbloeiend BN

1 noctiflor


nachtbloeier ZN

1 planta a/de floration nocturne, planta noctiflor


nachtbloem ZN

1 flor nocturne/de nocte


nachtboot ZN

1 nave nocturne/de nocte


nachtbraken WW

1 passar le nocte sin dormir
het -- = noctambulismo
iemand die nachtbraakt = persona noctambule, noctambulo
2 (werken) travaliar/laborar in le nocte


nachtbrakend BN

1 noctivage


nachtbraker ZN

1 (iemand die 's nachts uitgaat) noctambulo
2 (iemand die 's nachts werkt) persona qui travalia/labora in le nocte, obrero de nocte


nachtbrakerij ZN

1 noctambulismo


nachtbus ZN

1 autobus nocturne


nachtcabaret ZN

1 cabaret (F) nocturne/de nocte


nachtcactus ZN

1 cereo grandiflor


nachtcafé ZN

1 café (F) nocturne/de nocte


nachtclub ZN

1 club (E) nocturne, night-club (E)


nachtcrème ZN

1 crema de nocte


nachtdauw ZN

1 rore/ros nocturne


nachtdief ZN

1 fur/robator nocturne


nachtdienst ZN

1 servicio nocturne/de nocte


nachtdier ZN

1 animal crepuscular/nocturne/de nocte


nachtduivel ZN

1 demonio nocturne, incubo


nachtegaal ZN

1 rossiniolo
noordse -- = rossiniolo major
Hollandse -- = rana
het slaan/lied van de -- = le canto del rossiniolo
kwinkeleren als een -- = cantar como un rossiniolo


nachtegaalnest ZN

1 nido de rossiniolo


nachtegaalslag ZN

1 canto del rossiniolo


nachtegaalzang ZN

1 Zie: nachtegaalslag


nachtelijk BN

1 nocturne, de nocte
--e aanval = attacco nocturne/de nocte
-- duister = obscuritate del nocte
--e hemel = celo nocturne
-- vermaak = placeres del nocte
het -- uur = le nocte


nachtevening ZN

1 equinoctio


nachteveningspunten ZN MV

1 punctos equinoctial


nachtfeest ZN

1 festa nocturne/de nocte


nachtfilm ZN

1 film (E) nocturne


nachtgebed ZN

1 precaria/oration nocturne/de nocte


nachtgelegenheid ZN

1 Zie: nachtclub


nachtgevecht ZN

1 combatto nocturne/de nocte


nachtgewaad ZN

1 vestimento/camisa de nocte


nachtgezang ZN

1 canto nocturne/de nocte


nachtgoed ZN

1 vestimentos de nocte


nachthemd ZN

1 camisa de nocte/de dormir


nachthemel ZN

1 celo nocturne/del nocte, volta nocturne


nachthok ZN

1 cavia de nocte


nachtinsekt ZN

1 insecto nocturne


nachtjager ZN

1 (vliegtuig) chassator {sj} nocturne/de nocte


nachtjakje ZN

1 camisola de nocte


nachtjapon ZN

1 camisa de nocte


nachtkaars ZN

1 candela nocturne/de nocte
als een -- uitgaan = extinguer se lentemente


nachtkastje ZN

1 parve commoda de nocte, tabuletta de nocte


nachtkever ZN

1 insecto lucifuge


nachtkluis ZN

1 cassa forte de nocte, cassa de securitate nocturne


nachtknip ZN

1 pessulo de nocte


nachtkoekoeksbloem ZN

1 silene noctiflor


nachtkoelte ZN

1 frescor nocturne


nachtkou(de) ZN

1 frigido nocturne/de nocte


nachtkroeg ZN

1 café (F)/taverna nocturne/de nocte


nachtkus ZN

1 basio de bon nocte


nachtkwartier ZN

1 quartiero de nocte


nachtlamp ZN

1 lampa de nocte


nachtleven ZN

1 vita nocturne
2 noctambulismo


nachtlichtje ZN

1 lampa/luce/lumine de nocte


nachtlogies ZN

1 (nachtverblijf) allogio/allogiamento pro le nocte, asylo nocturne/de nocte
2 (slaapplaats) lecto pro le nocte


nachtlucht ZN

1 aere nocturne/de nocte
2 (hemel) celo nocturne/de nocte


nachtmens ZN

1 homine/femina de nocte, noctambulo


nachtmerrie ZN

1 incubo
van griezelfilms krijgt zij --s = films (E) de horror la da incubos


nachtmis ZN

1 missa de medienocte


nachtmuts ZN

1 bonetto/cofia de nocte


nachtmuziek ZN

1 serenada


nachtoefening ZN

1 (MIL) exercitio nocturne/de nocte


nachtopname ZN

1 (foto) photo(graphia) de nocte


nachtorchis ZN

1 platanthera


nachtpauwoog ZN

1 saturnia


nachtpermissie ZN

1 (mbt soldaten) permisso/permission de nocte
2 (mbt café's) licentia de nocte


nachtpersoneel ZN

1 personal nocturne/de nocte


nachtpit ZN

1 lampa/luce/lumine de nocte


nachtploeg ZN

1 equipa nocturne/de nocte


nachtpo ZN

1 Zie: po


nachtpon ZN

1 camisa de nocte


nachtportier ZN

1 portero/concierge (F) de nocte


nachtpost ZN

1 posta/currero nocturne/de nocte


nachtraaf ZN

1 Zie: nachtreiger


nachtredakteur ZN

1 redactor de nocte


nachtreiger ZN

1 ardeola ralloide, nycticorace


nachtreis ZN

1 viage nocturne/de nocte


nachtreiziger ZN

1 viagiator nocturne/de nocte


nachtrit ZN

1 cursa nocturne/de nocte


nachtronde ZN

1 ronda/patrulia nocturne/de nocte


nachtroofvogel ZN

1 ave rapace nocturne


nachtrumoer ZN

1 ruitos nocturne/de nocte


nachtrust ZN

1 reposo nocturne/del nocte
een goede -- genieten = dormir ben
iemands -- verstoren = disturbar le somno de un persona, perturbar le sonio de un persona


nachtschade ZN

1 solano
zwarte -- = solano nigre
raketbladige -- = solano sisymbrifolie


nachtschadeachtig BN

1 solanacee


nachtschadefamilie ZN

1 solanaceas


nachtschel ZN

1 Zie: nachtbel


nachtschildwacht ZN

1 sentinella nocturne/de nocte


nachtschone ZN

1 (PLANTK) mirabilis


nachtschonefamilie ZN

1 nyctagynaceas


nachtsilene ZN

1 silene nutante


nachtslot ZN

1 serratura duple/de securitate
op het -- doen = clauder con duo tornos


nachtsneltrein ZN

1 rapido de nocte


nachtsok ZN

1 calcetta de nocte


nachtspiegel ZN

1 vaso de nocte, urinal, bassino


nachtspook ZN

1 phantasma nocturne/de nocte


nachtstilte ZN

1 silentio nocturne


nachtstroom ZN

1 currente/electricitate de nocte


nachtstroomtarief ZN

1 tarifa del currente/electricitate de nocte


nachttafeltje ZN

1 tabula de nocte


nachttarief ZN

1 tarifa nocturne/de nocte


nachttemperatuur ZN

1 temperatura nocturne/de nocte


nachttrein ZN

1 traino nocturne/de nocte


nachtuil ZN

1 strige nocturne


nachtveiligheidsdienst ZN

1 servicio de surveliantia/de vigilantia nocturne/de nocte


nachtverblijf ZN

1 Zie: nachtlogies


nachtvergadering ZN

1 reunion nocturne/de nocte


nachtvergunning ZN

1 licentia de nocte


nachtverkeer ZN

1 traffico/circulation nocturne/de nocte


nachtverlichting ZN

1 exclaramento/illumination nocturne/de nocte


nachtverpleegster ZN

1 infirmera nocturne/de nocte


nachtverpleger ZN

1 infirmero nocturne/de nocte


nachtvisserij ZN

1 pisca nocturne


nachtvlinder ZN

1 papilion nocturne/de nocte


nachtvlucht ZN

1 volo nocturne/de nocte


nachtvogel ZN

1 ave nocturne/de nocte


nachtvoorstelling ZN

1 representation nocturne/de nocte


nachtvorst ZN

1 gelo nocturne


nachtwaak ZN

1 Zie: nachtwake


nachtwacht ZN

1 guarda/vigilantia nocturne/de nocte


Nachtwacht ZN EIGN

1 (schilderij) Ronda de Nocte


nachtwake ZN

1 vigilia nocturne
-- houden = veliar


nachtwaker ZN

1 guarda/guardiano/vigilator nocturne/de nocte


nachtwandelaar ZN

1 noctambulo


nachtwandelen WW

1 esser noctambulo


nachtwandelen ZN

1 somnambulismo


nachtwandeling ZN

1 promenada nocturne/de nocte


nachtwerk ZN

1 labor/travalio nocturne/de nocte


nachtwind ZN

1 vento nocturne/de nocte


nachtwolken ZN MV

1 nubes nocturne/luminose


nachtzien ZN

1 nyctalopia


nachtziend BN

1 nyctalope


nachtziende ZN

1 nyctalopo


nachtzitting ZN

1 session nocturne/de nocte


nachtzoen ZN

1 basio de bon nocte


nachtzuster ZN

1 infirmera nocturne/de nocte


nachtzwaluw ZN

1 caprimulgo


nachtzweet ZN

1 sudores nocturne


nacijferen WW

1 (uitrekenen) calcular (de novo)
2 (nagaan op fouten) controlar/verificar (un calculo)


nacompetitie ZN

1 (SPORT) competition supplementari


nadagen ZN MV

1 (ouderdom) ultime annos, fin del vita
in de -- van zijn carriera = in le ultime annos de su carriera, verso le fin de su carriera
2 (vervaltijd) ultime annos/periodo, declino, decadentia
de -- van de Romeinse beschaving = le decadentia del civilisation roman
de -- van de Gouden eeuw = le declino del Seculo de Auro


nadat VW

1 postquam
onmiddellijk -- = si tosto que


nadeel ZN

1 disavantage, inconveniente
de voor- en nadelen afwegen = balanciar/studiar/examinar/considerar le pros/avantages e le contras/inconvenientes, calcular le avantages e le inconvenientes
het -- van dit plan is = le disavantage/inconveniente de iste projecto es
in het -- zijn = esser in un position disavantagiose
2 (schade) detrimento, damno, prejudicio, torto
ten --e van = al detrimento de
-- toebrengen = causar damno, damnificar, prejudicar, facer torto, disavantagiar
-- van iets ondervinden = esser prejudicate per un cosa


nadelig BN

1 disavantagiose, prejudicial, damnose, nocente, nocive, nocue, detrimental, detrimentose, infeste
de --e gevolgen van iets ondervinden = suffrer le consequentias prejudicial de un cosa
dit is -- voor de gezondheid = isto es nocive pro le sanitate
-- uitvallen voor = prejudicar a
--e invloed = influentia prejudicial
-- beïnvloeden = exercer un influentia prejudicial super
-- saldo = saldo negative/prejudicial


nadenken WW

1 (denken) reflecter, pensar, meditar, cogitar
diep -- = reflecter seriosemente/profundemente
2 (nader overwegen) reflecter, considerar
daar moet men eerst goed over -- = isto demanda reflexion
zonder -- = sin reflecter


nadenken ZN

1 reflexion, meditation, cogitation
stof tot -- = materia a reflexion/pro reflecter
dat stemt tot -- = isto da a reflecter, isto face meditar


nadenkend BN

1 reflexive, pensive, pensative, meditative
--e blik = reguardo pensive


nader BN

1 (dichterbij) plus proxime
2 (nauwkeuriger) plus precise, plus detalliate, ulterior
-- bericht = communication ulterior
--e informatie/gegevens = information ulterior/plus detaliate, plus de information
tot -- order = usque a nove ordine
prijs -- overeen te komen = precio a convenir
verklaar je --! = explica te!


naderbij BW

1 plus proxime
een oplossing -- brengen = approximar/approchar {sj} un solution
-- komen = approximar (se), approchar (se)


naderen WW

1 (dichterbij iets/iemand komen) approximar (se), approchar (se) {sj}, avicinar se
wij naderen station Bilthoven = nos approcha le station de Bilthoven
2 (in aantocht zijn) approximar (se), approchar (se) {sj}
de trein nadert = le traino approcha
het uur van de waarheid nadert = le hora del veritate approcha


naderend BN

1 proxime, imminente, que (se) approcha {sj}, que (se) approxima
-- gevaar = periculo imminente/instante
zij zag het -- gevaar = illa videva le periculo que (se) approcha
-- verkeer = traffico/circulation in senso inverse


naderhand BW

1 plus tarde, postea, pois, depost, post, inde, deinde
-- heb je er spijt van = plus tarde tu va regrettar lo


nadering ZN

1 approche {sj}, approximation, imminentia, proximitate, advenimento
rechtstreekse -- = approche directe
-- van de winter = approche del hiberno


naderingsnelheid ZN

1 velocitate de approche {sj}/de approximation


nadezen BW

1 de hic
honderd jaar -- = cento annos de hic


nadien BW

1 plus tarde, postea, pois, depost
een jaar -- = un anno plus tarde


nadir ZN

1 nadir


nadirpunt ZN

1 puncto de nadir


nadirwaarneming ZN

1 observation del nadir


nadoen WW

1 imitar, contrafacer
de stem van iemand -- = imitar/contrafacer le voce de un persona
een gebaar -- = imitar un gesto


nadoener ZN

1 imitator


nadoenerij ZN

1 imitation


nadorst ZN

1 sete debite a consumo de bibitas alcoholic, gorga/gurgite/guttere sic


nadreunen WW

1 resonar longemente/con fortia


nadrogen WW

1 siccar de novo


nadruipen WW

1 continuar a guttar


nadruk ZN

1 (kracht, klem) insistentia, emphase (-asis), accento
met -- = emphatic, con insistentia
de -- leggen op = mitter/poner le emphase (-asis) super, insister super
2 (klemtoon, accent) accento
de -- ligt op de eerste lettergreep = le accento cade super le prime syllaba
de -- leggen op = mitter/poner le accento super, accentuar
3 (het nadrukken) reimpression, reproduction
4 (nagedrukt boek) reimpression


nadrukkelijk BN

1 emphatic, explicite, expresse
--e aansporing/oproep = exhortation emphatic
tegen mijn --e wens = contra mi desiro/desiderio expresse
dat is -- verboden = isto es expressemente interdicite
-- verklaren = declarar expressemente/con insistentia


nadrukken WW

1 reimprimer, reproducer
2 (PEJ) reimprimer/contrafacer subrepticiemente/surrepticiemente


nadrukker ZN

1 reimprimitor, (PEJ) contrafactor


nadruksel ZN

1 (PEJ) contrafaction


nadrukvorm ZN

1 (TAAL) forma emphatic


nadruppelen WW

1 guttar ancora, continuar a guttar


naeggen WW

1 hirpicar un secunde vice


na-eten ZN

1 (later eten) mangiar post (le alteres, etc.)
2 (als dessert eten) mangiar como dessert (F)


nafietsen WW

1 sequer a bicycletta


nafta ZN

1 naphtha


naftaleen ZN

1 naphthalene


naftaline ZN

1 naphthalina


nafteen ZN

1 naphthene


nafteenzuur ZN

1 acido naphthenic


naftol ZN

1 naphthol


naga ZN

1 (slang) naga, naja


nagaan WW

1 (na onderzoek concluderen) examinar, considerar
de mogelijkheid -- om het plan uit te voeren = examinar le possibilitate de executar/exequer le plano
2 (zich voorstellen) vider, imaginar se, figurar se, comprender
je kunt wel -- dat = tu pote ben imaginar te que
kun je --! = figura te!
3 (bespieden) surveliar, spiar, spionar
4 (controleren) controlar, verificar
de rekening -- = controlar le conto
de juistheid van iets -- = verificar le exactitude de un cosa
niet na te gaan = inverificabile
5 (volgen) sequer
ik ben hem tot de hoek van de straat nagegaan = io le ha sequite usque al angulo del strata


nagalm ZN

1 resonantia, echo, (NAT) reverberation


nagalmen WW

1 resonar, echoar, (NAT) reverberar


nagalmmicrofoon

1 microphono de echo


nagana ZN

1 nagana


nageboorte ZN

1 placenta, secundinas
mbt de -- = placental


nagebootst BN

1 Zie: nagemaakt


nagebuur ZN

1 vicino proxime


nagedachte ZN

1 reflexion


nagedachtenis ZN

1 memoria
de -- van iemand in ere herstellen = rehabilitar le memoria de un persona
de -- eren van = honorar le memoria de
iemands -- bezoedelen = profanar le memoria de un persona
ter -- van = memorative de, al/in memoria de


nagel ZN

1 (kruidnagel) clavo
2 (spijker) clavo
dit is een -- aan mijn doodkist = isto es un clavo in mi feretro, isto accelera mi morte
3 (mbt voet/hand) ungue, ungula
-- van de vinger = ungue/ungula del digito
intrekbare --s = ungues retractile
de --s intrekken = retractar/retraher le ungues/ungues
zijn --s knippen = taliar se le ungues/ungulas
zijn --s lakken = pinger se le ungues/ungulas
op zijn --s bijten = roder se/mangiar se le ungues/ungulas
met de nagels -- = grattar con le ungues/ungulas
geen -- hebben om zijn gat te krabben = esser povrissime, esser pauperissime
(DIERK) met veel --s = multungule, multungulate


nagelaten BN

1 (na de dood verschijnend) posthume
-- werk = obra posthume


nagelbak ZN

1 Zie: spijkerbak


nagelbed ZN

1 matrice ungueal/del ungue/ungula


nagelbedontsteking ZN

1 onychia


nagelbijten ZN

1 (MED) onychophagia


nagelbijten WW

1 roder se/mangiar se le ungues/ungulas


nagelbijter ZN

1 persona qui se rode/mangia le ungues/ungulas, (MED) onychophago


nagelbloem ZN

1 diantho


nagelborstel ZN

1 brossa/brossetta pro le/a ungues/ungulas


nageldragend BN

1 unguifere


nagelen WW

1 clavar, fixar con clavos
aan het kruis -- = crucifiger
hij zat op zijn stoel genageld = ille esseva clavate/rivetate in/super su sedia


nagelfabricage ZN

1 Zie: spijkerfabricage


nagelfabriek ZN

1 Zie: spijkerfabriek


nagelfabrikant ZN

1 Zie: spijkerfabrikant


nagelgarnituur ZN

1 necessaire (F) a ungues/ungulas


nagelkaas ZN

1 caseo al/con clavos


nagelknipper ZN

1 talia-ungues


nagelkootje ZN

1 phalange ungueal


nagelkop ZN

1 Zie: spijkerkop


nagelkruid ZN

1 geo


nagellak ZN

1 vernisse a/pro le ungues/ungulas


nagellakken WW

1 pinger se/laccar le ungues/ungulas


nagellakremover ZN

1 acetona


nagelnieuw BN

1 flammante nove


nagelolie ZN

1 oleo de clavos


nagelriem ZN

1 cuticula


nagelschaartje ZN

1 cisorios a ungues/ungulas


nagelschuier ZN

1 Zie: nagelborstel


nageltang ZN

1 (voor spijkers) extractor de clavos
2 (voor het knippen van nagels) cisorios a ungues/ungulas


nageltje ZN

1 unguiculo


nageltrekker ZN

1 (voor spijkers) extractor de clavos, tiraclavo


nagelvast BN

1 multo firme
2 permanentemente fixate (al casa, etc.)


nagelvijl ZN

1 lima pro le/a ungues/ungulas, limetta


nagelvlek ZN

1 lunula


nagelvlies ZN

1 pterygio


nagelvormig BN

1 in forma de ungue/ungula, unguiforme


nagelwortel ZN

1 radice del ungue/ungula


nagemaakt BN

1 imitate, copiate, contrafacte, false, posticie, facticie, spurie


nagenieten WW

1 gauder ancora, gauder del memoria de, continuar a gauder


nagenoeg BW

1 quasi, practicamente


nagenoemd BN

1 mentionate infra, sequente, subcitate
--e bepalingen = stipulationes mentionate infra


nagepeins ZN

1 reflexion


nagerecht ZN

1 dessert (F)


nageslacht ZN

1 (nakomelingen) descendentia, descendentes, prole, progenitura
2 (mensengeslacht) generationes futur, posteritate
het -- zal over mij oordelen = le generationes futur va judicar me


nagesprek ZN

1 Zie: nabespreking


nageven WW

1 (later geven) dar plus tarde
yoghurt met fruit -- = dar yogurt con fructos como dessert (F)
2 (van iemand vertellen) recognoscer/imputar (un cosa a un persona), dicer de (un persona)
men geeft hem na dat hij actief is = on dice de ille que ille es active
ze kan piano spelen, dat moet ik haar -- = illa sape sonar le piano, io debe admitter/recognoscer lo


nageving ZN

1 imputation


nagewas ZN

1 secunde recolta


nagisten WW

1 fermentar de novo, haber un fermentation secundari


nagisting ZN

1 fermentation secundari
-- op de fles = fermentation secundari in le bottilia


naglans ZN

1 persistentia optic
2
de -- van die roemruchte tijden = le splendor pallide de ille dies illustre


nagloeien WW

1 restar/remaner/permaner incandescente


nagluren WW

1 sequer con le vista/oculos


nagooien WW

1 jectar detra (un persona)


naharding ZN

1 induration posterior


naharken WW

1 rastrellar un secunde vice
2 continuar a rastrellar


naheffing ZN

1 collection additional de taxas, imposition complementari/supplementari


naherfst ZN

1 ultime parte del autumno, fin del autumno, autumno tardive


nahersenen ZN MV

1 myencephalo


nahollen WW

1 currer detra (un persona)


nahouden WW

1 (in de school) retener in le schola
2 (bezitten) haber, posseder, disponer de
er een bepaalde levenswijze op -- = menar un certe modo de vita
hij houdt er vreemde ideeën op na = ille ha certe ideas peculiar


naïef BN

1 (ongekunsteld) naive, ingenue, candide, innocente
--e kunst = arte naive
--e schilderkunst = pictura naive, primitivismo
2 (onnozel) naive, credule, innocente
het zou wel heel -- zijn te veronderstellen dat = il serea un innocentia supponer que


naïeveling ZN

1 persona naive/ingenue/innocente


naijlen WW

1 currer detra (un persona)
2 retardar


naijver ZN

1 invidia, jelosia, zelosia


naijverig BN

1 invide, invidiose, jelose, zelose


naïveteit ZN

1 Zie: naïviteit


naïviteit ZN

1 (onbevangenheid) naivitate, candor, ingenuitate, candidessa
kinderlijke -- = naivitate/candor infantin
2 (domheid) simplicitate


naja ZN

1 (slang) naja, naga


najaar ZN

1 autumno
een nat -- = un autumno humide/pluviose


najaarsaanbieding ZN

1 offerta autumnal/de autumno


najaarsachtig BN

1 autumnal


najaarsartikel ZN

1 articulo autumnal/de autumno


najaarsbeurs ZN

1 feria autumnal/de autumno


najaarsbloem ZN

1 flor autumnal/de autumno


najaarsbui ZN

1 pluvia autumnal/de autumno


najaarscampagne ZN

1 campania autumnal/de autumno


najaarscollectie ZN

1 collection autumnal/de autumno


najaarsconferentie ZN

1 conferentia autumnal/de autumno


najaarsdag ZN

1 die/jorno autumnal/de autumno


najaarsdraden ZN MV

1 Zie: herfstdraden


najaarsexcursie ZN

1 excursion autumnal/de autumno


najaarsgeur ZN

1 odor autumnal/de autumno


najaarshoogwater ZN

1 aquas alte de autumno


najaarsirrigatie ZN

1 irrigation de autumno


najaarskoorts ZN

1 febre autumnal/de autumno


najaarslover ZN

1 folios/foliage autumnal/de autumno


najaarsmist ZN

1 nebula/bruma autumnal/de autumno


najaarsmode ZN

1 moda autumnal/de autumno


najaarsmodel ZN

1 modello autumnal/de autumno


najaarsopruiming ZN

1 Zie: najaarsverkoop


najaarsprijzen ZN MV

1 precios autumnal/de autumno


najaarsregen ZN

1 pluvia autumnal/de autumno


najaarsstorm ZN

1 tempesta autumnal/de autumno


najaarstentoonstelling ZN

1 exhibition/exposition autumnal/de autumno


najaarstint ZN

1 tinta autumnal/de autumno


najaarstrek ZN

1 migration autumnal/de autumno


najaarsuitverkoop ZN

1 liquidation autumnal (del stock)


najaarsvakantie ZN

1 vacantias de autumno


najaarsveiling ZN

1 vendita public autumnal/de autumno, auction autumnal/de autumno


najaarsvergadering ZN

1 reunion autumnal/de autumno


najaarsvrucht ZN

1 fructo autumnal/de autumno


najaarsweer ZN

1 tempore autumnal/de autumno


najaarswind ZN

1 vento autumnal/de autumno


najaarsziekte ZN

1 maladia autumnal/de autumno


najaarszon ZN

1 sol autumnal/de autumno


najade ZN

1 naiade


najagen WW

1 (achtervolgen) currer detra (un persona), chassar (detra) {sj}, persequer
een hert -- = chassar un cervo
2 (streven naar) persequer, aspirar (a)
een doel -- = persequer un scopo
geluk -- = recercar le felicitate
effect -- = voler impressionar


najaging ZN

1 persecution, chassa {sj}


najool ZN

1 Zie: napret


najouwen WW

1 insultar, invectivar


nakaarten WW

1 (napraten) epilogar, facer reflexiones/commentarios posterior, discuter postea, reexaminar un cosa jam decidite
dat is maar -- = isto es aqua passate


nakalken WW

1 copiar, calcar, imitar


nakammen WW

1 pectinar de novo


nakauwen WW

1 ruminar


naken WW

1 approchar {sj} (se), approximar (se), avicinar se, esser imminente
het jaar van zijn vrijlating naakt = le anno de su liberation approcha
het -- van een gevaar = le imminentia de un periculo


nakend BN

1 proxime, imminente


nakeuring ZN

1 secunde inspection/controlo/examine, inspection/controlo/examine final


nakie ZN

1
in zijn -- staan = esser toto nude


nakijken WW

1 (volgen met de blik) sequer con le vista/oculos
2 (controleren) verificar, controlar, examinar, inspectar, inspicer
3 (corrigeren) corriger
4 (opzoeken) cercar
iets in de encyclopedie -- = consultar le encyclopedia pro saper un cosa


naklank ZN

1 echo, resonantia, (NAT) reverberation
de -- van een klok = le resonantia/reverberationes de un campana


naklimmen WW

1 montar post/detra (un altere persona)


naklinken WW

1 (hoorbaar zijn) facer se ancora audir, continuar a tintinnar, reverberar
2 (blijven klinken) resonar, facer echo, echoar


nakomeling ZN

1 descendente, filio, infante
--en = descendentes, descendentia, prole, progenitura
--en voortbrengend = progenitive
veel --en voortbrengen = prolificar
het voortbrengen van veel --en = prolification


nakomelingschap ZN

1 descendentia, descendentes, prole, progenitura, genitura, progenie, posteritate
-- voortbrengend = progenitive


nakomen WW

1 (later komen) arrivar plus tarde, venir plus tarde, sequer
nagekomen berichten = novas recipite posteriormente
2 (zich houden aan) observar, complir, tener, guardar, facer honor a, satisfacer a
de geboden van God -- = observar le commandamentos de Deo
zijn belofte -- = tener/complir su promissa
zijn belofte niet -- = disdicer su promissa
zijn verplichtingen -- = facer honor a/satisfacer a/complir su obligationes
een contract -- = executar un contracto
instructies -- = executar instructiones
een verordening -- = observar un ordinantia/disposition
voorwaarden -- = observar conditiones


nakomer ZN

1 (nakomeling) descendente
2 (opvolger) successor
3 observator
-- van een belofte = observator de un promissa


nakoming ZN

1 observation, observantia, execution
-- van de regels = observantia del regulas
-- van een wet = observantia de un lege
niet-nakoming = inexecution, inobservation, inobservantia
niet-nakoming van een contract = inexecution/inobservation de un contracto


nakomst ZN

1 arrivata tardive


nakroost ZN

1 Zie: nakomelingschap


nakuur ZN

1 cura secundari


nakwijnen WW

1 continuar a languer


nalaten WW

1 (bij overlijden achterlaten) legar, lassar
nagelaten gedichten = poemas posthume
geld -- = lassar moneta
een fortuin -- = lassar un fortuna
vier kinderen -- = lassar quatro infantes
2 (werking/invloed achterlaten) lassar
zijn moedige daad liet een diepe indruk na = su acto de corage ha facite un grande impression
3 (niet doen) omitter
4 (achterwege laten) abandonar, cessar de (facer), abstener se (de), desister se (de)
slechte gewoonten -- = desister se de mal habitudes
5 (verzuimen) negliger, oblidar


nalatenschap ZN

1 hereditage, succession
onverdeelde -- = hereditage indivise
het vermogen van een -- = le activo de un succession
de letterkundige -- = le hereditage litterari
deze -- van een vorig kabinet = iste hereditage de un previe cabinetto/governamento
een -- aanvaarden = acceptar un succession, entrar in possession de un hereditage, prender possession de un hereditage
een -- beheren = administrar un hereditage
een -- opeisen = revindicar un succession


nalatig BN

1 laxe, negligente
-- gedrag = comportamento negligente, negligentia


nalatigheid ZN

1 laxitate, negligentia, incuria, oblido, (verzuim) omission
grove -- = grave negligentia/omission


nalating ZN

1 non-observation, non-execution


naleven WW

1 (nakomen) respectar, observar, sequer, guardar, complir
een wet -- = observar un lege
iemands geboden -- = sequer le commandamentos de un persona
de bepalingen -- = observar le dispositiones
voorwaarden -- = observar conditiones
een contract -- = respectar/complir un contracto
een belofte -- = complir/mantener un promissa
iemand die iets naleeft = observator
dat/die nageleefd moet worden = observabile


nalever ZN

1 observator
-- van de wet = observator del lege


naleveren WW

1 livrar subsequentemente/plus tarde, facer un livration additional


nalevering ZN

1 livration subsequente/complementari/additional


naleving ZN

1 observation, observantia, execution
stricte -- van de wet = observation stricte del lege
niet-naleving = inexecution, inobservantia, inobservation


nalezen WW

1 (inhoud nagaan) consultar, verificar (in un dictionario), compulsar
2 (overlezen) leger de novo, releger, revider
een artikel -- = releger un articulo


nalezing ZN

1 (het overlezen) secunde lectura
2 (supplement) supplemento


nalichting ZN

1 postluminescentia


nalopen WW

1 (achterna lopen) sequer, currer detra (un persona)
die hond loopt zijn baas overal na = iste can seque su maestro ubique
2 (controleren) controlar, verificar
een auto helemaal -- = facer le revision complete de un auto(mobile)
een rekening -- = controlar un factura


naluiden WW

1 continuar a sonar/tintinar/carillonar


namaak ZN

1 imitation, copia, (vervalsing) contrafaction, falso, falsification
hoed U voor --! = diffide del imitationes!
2 (surrogaat) ersatz (D)


namaakleer ZN

1 corio artificial, imitation de corio


namaakparel ZN

1 perla artificial/de imitation


namaaksel ZN

1 Zie: namaak


namaken WW

1 (namaken naar een voorbeeld) copiar, imitar, reproducer, refacer, facer un copia/imitation
iets nauwkeurig -- = facer un copia/imitation minutiose de un cosa
een kunstwerk -- = copiar un obra de arte
2 (bedrieglijk nabootsen) contrafacer, falsificar
hij heeft mijn handtekening nagemaakt = ille ha falsificate mi signatura
bankbiljetten -- = contrafacer/falsificar billetes de banca


namaker ZN

1 (iemand die iets namaakt) imitator, copista
2 (vervalser) contrafactor, falsario, falsificator


namaking ZN

1 Zie: namaak


name ZN

1
bij -- noemen = mentionar nominativemente
met -- = specialmente, particularmente, super toto
ten -- van = a nomine de, dirigite a


namelijk BW

1 (te weten) a saper, sia
2 (immers) nam


namelk ZN

1 lacte residual


nameloos BN

1 sin nomine, indicibile, inexprimibile
een --e ellende = un miseria sin nomine


Namen ZN EIGN

1 Namur


namenkunde ZN

1 anthroponymia


namenregister ZN

1 registro de nomines


namens VZ

1 in le nomine de, del parte de
zeg het hem -- ons = dice le lo de nostre parte
mede -- mijn man = assi que in le nomine/del parte de mi marito


nameten WW

1 metir/mesurar un secunde vice/de novo, remetir, remesurar, verificar le mesura, controlar le mesura


nameting ZN

1 reme(n)suration, verification
de voor- en -- in een experiment = le mesuration facite ante e post le experimento


Namibië ZN EIGN

1 Namibia


Namibiër ZN

1 namibiano


Namibisch BN

1 namibian


namiddag ZN

1 postmeridie
in de -- = post meridie
om drie uur --s = a tres horas del postmeridie


namiddagdutje ZN

1 siesta


namiddagpreek ZN

1 predica/predicamento postmeridian


namiddagslaapje ZN

1 siesta


namiddaguur ZN

1 hora postmeridian/del postmeridie


namoeten WW

1 deber sequer


namogen WW

1 poter sequer


nanacht ZN

1 ultime parte/horas del nocte, fin del nocte


nandoe ZN

1 (vogel) nandu


naneef ZN

1 descendente distante/remote


nanisme ZN

1 nanismo


nanking ZN

1 nankin


nanobacterie ZN

1 nanobacterio


nanocefaal BN

1 nanocephale


nanocefalie ZN

1 nanocephalia


nano-elektronica ZN

1 nanoelectronica


nanometer ZN

1 nanometro


nanoplankton ZN

1 nanoplancton


nanoprocessor ZN

1 nanoprocessor


nanoseconde ZN

1 nanosecunda


nansoek ZN

1 nansuk


naogen WW

1 sequer con le vista/oculos


naontsteking ZN

1 ignition retardate


naoogst ZN

1 secunde recolta


naoorlogs BN

1 postbellic, de postguerra
--e tijd/jaren = postguerra
--e huizen = casas del postguerra, casas construite post le guerra
--e periode = periodo postbellic
--e mentaliteit = mentalitate postbellic


naoorlogstijd ZN

1 postguerra


nap ZN

1 cuppa, cuppella


nap(jes)slak ZN

1 patella


napalm ZN

1 napalm


napalmbom ZN

1 bomba al/de napalm


Napels ZN EIGN

1 Napoli, Neapole, Parthenope
uit/van -- = napolitan/parthenopee


Napels BN

1 napolitan, parthenopee


napijnen ZN MV

1 dolores secundari
2 dolores postoperatori


napje ZN

1 (PLANTK) cupula


napjesdragend BN

1 (PLANTK) cupulifere


napjesdragers ZN MV

1 (PLANTK) cupuliferas


napluizen WW

1 examinar exactemente/minutiosemente, scrutinar


napluk ZN

1 secunde collection


napoleon ZN

1 (goudstuk) napoleon


Napoleon ZN EIGN

1 Napoleon


Napoleontisch BN

1 napoleonic
--e oorlogen = guerras napoleonic


napolijsten WW

1 repolir


Napolitaan ZN

1 napolitano, neapolitano, neapolita


Napolitaans BN

1 napolitan, neapolitan, parthenopee
--e liederen = cantos napolitan


Napolitaans ZN

1 (dialect) napolitano


nappa BN

1 de (corio de) nappa


nappa ZN

1 nappa


nappaleer ZN

1 (corio de) nappa


napraten WW

1 (praten in navolging van een ander) repeter
iemand -- = imitar un persona
2 (na afloop blijven praten) restar/remaner pro parlar, epilogar


naprater ZN

1 papagai


napraterij ZN

1 psittacismo


napreek ZN

1 epilogo de predica


napret ZN

1
wij hadden veel -- = postea nos nos amusava/diverteva multo


napschelp ZN

1 patella


napvormig BN

1 patelliforme
2 (PLANTK) urceolate, cupuliforme
-- orgaan = organo urceolate, urceolo
--e bloemkroon = corolla urceolate


nar ZN

1 folle, buffon, arlequin, paleasso


naraad ZN

1 consilio tardive


narceïne ZN

1 narceina


narcis ZN

1 narcisso
wilde -- = narcisso silvestre
witte -- = narcisso blanc/poetic


narcisaaltje ZN

1 tylencho


narcisbloem ZN

1 flor de narcisso


narcisme ZN

1 narcismo, narcissismo, egotismo


narcissenbed ZN

1 quadro/quadrato de narcissos


narcissenbol ZN

1 bulbo de narcisso


narcissenfamilie ZN

1 amaryllidaceas


narcissenveld ZN

1 campo de narcissos


Narcissus ZN EIGN

1 Narcisso


narcist ZN

1 narcissista


narcistisch BN

1 narcissic, narcissista, narcissistic


narcoanalyse ZN

1 narcoanalyse (-ysis)


narcolepsie ZN

1 narcolepsia


narcolepticus ZN

1 narcoleptico


narcoleptisch BN

1 narcoleptic


narcomanie ZN

1 narcomania


narcose ZN

1 narcose (-osis), anesthesia, insensibilisation
lichte -- = anesthesia superficial
onder -- brengen = anesthesiar, insensibilisar, narcotisar


narcoseapparaat ZN

1 apparato de narcose (-osis)


narcosekapje ZN

1 Zie: narcosemasker


narcoseleer ZN

1 anesthesiologia


narcosemasker ZN

1 masca/mascara de narcose (-osis)


narcosemiddel ZN

1 narcotico


narcosespecialist ZN

1 anesthesiologo, anesthetista, anesthesista, narcotisator


narcoticobrigade ZN

1 brigada antidroga(s)


narcoticum ZN

1 narcotico


narcotine ZN

1 narcotina


narcotisch BN

1 narcotic
-- middel = narcotico


narcotiseren WW

1 narcotisar, anesthesiar, insensibilisar


narcotiseur ZN

1 Zie: narcosespecialist


nardus ZN

1 nardo
met -- bereid = nardin


nardusgeur ZN

1 odor de nardo


nardusolie ZN

1 nardo


narede ZN

1 epilogo, peroration, conclusion, (in boek) postfacio


nareizen WW

1 sequer


narekenen WW

1 (opnieuw uitrekenen) recalcular, refacer le calculo
2 (berekenen) verificar, controlar
een som -- = verificar un problema
dat kun je op je vingers -- = tu pote esser secur de isto


narekening ZN

1 (mbt het opnieuw uitrekenen) secunde calculo
2 (mbt het berekenen) verification, controlo


narennen WW

1 currer detra (un persona)


nargileh ZN

1 nargile


narigheid ZN

1 miseria, enoio, problemas, difficultates, complicationes
iemand -- bezorgen = causar/procurar problemas a un persona
daar komt -- van = isto es cercar problemas


narijden WW

1 (rijdend achtervolgen) persequer/sequer in auto(mobile)/a cavallo/a bicycletta


naroepen WW

1 (achterna roepen) appellar, critar
2 (najouwen) critar insultos, insultar, invectivar


naroken WW

1 continuar a fumar


naromen WW

1 discremar/disbutyrar de novo


narommelen WW

1 (bij onweer) tonar ancora


narratief BN

1 narrative


narrativiteit ZN

1 narrativitate


narratologie ZN

1 narratologia


narratologisch BN

1 narratologic


narren WW

1 vexar


narrendracht ZN

1 Zie: narrenpak


narrenfeest ZN

1 festa del folles


narrenkap ZN

1 bonetto de folle/de buffon


narrenpak ZN

1 costume de buffon/de folle


narrenschip ZN

1 nave del folles


narrenstaf ZN

1 baston de folle/de buffon


narrenstok ZN

1 Zie: narrenstaf


narrig BN

1 grunnion, irritabile
-- doen = esser de mal humor


narthrex ZN

1 narthrex


narwal ZN

1 narval


NASA

1 (Afk.: National Aeronautics and Space Administration) Administration National del Aeronautica e del Spatio


nasaal BN

1 nasal
--e medeklinker = consonante nasal
--e klinker = vocal nasal
-- spreken = parlar nasalmente/per le naso/con voce nasal


nasaal ZN

1 nasal


nasaleren WW

1 nasalisar
het -- = nasalisation


nasalering ZN

1 nasalisation


nasaliteit ZN

1 nasalitate


naschaven WW

1 planar de novo


naschelden WW

1 coperir de injurias


naschetsen WW

1 schizzar {ts}/designar secundo (un cosa)


naschilderen WW

1 copiar, imitar, reproducer


naschildering ZN

1 copia


naschoppen WW

1 dar un colpo de pede de detra


naschreeuwen WW

1 critar detra (un persona)


naschrift ZN

1 (onder brief) postscripto
2 (in boek) epilogo


naschrijden WW

1 sequer a grande passos


naschrijven WW

1 (overschrijven) copiar, transcriber
2 (nadoen) imitar le scriptura de
3 (plagiëren) copiar, plagiar, committer plagiato


naschrijving ZN

1 (overschrijving) copia, transcription


naseizoen ZN

1 ultime parte del saison (F), fin del saison (F)


naslaan WW

1 (opzoeken) cercar in, consultar, compulsar
iets in het woordenboek -- = cercar un parola in/consultar/compulsar le dictionario


naslagwerk ZN

1 libro/obra de consultation/de referentia


naslagwerkje ZN

1 vademecum


nasleep ZN

1 consequentias, (onaangename nawerking) repercussion(es), (MED) (nawerking) sequelas
de oorlog en zijn -- = le guerra e su repercussiones


naslenteren WW

1 sequer a passos lente


naslepen WW

1 (slepende meevoeren) trainar/traher con se/detra se


naslijpen WW

1 affilar/acutiar de novo


naslingeren WW

1 lancear detra (un persona)


nasluipen WW

1 sequer furtivemente


nasmaak ZN

1 postgusto, retrogusto, retrosapor
bittere -- = gusto de amaritude


nasmaken WW

1 lassar un postgusto/retrogusto/retrosapor


nasmijten WW

1 jectar detra (un persona)


nasnellen WW

1 currer detra (un persona)


nasnikken WW

1 singultar ancora


nasnuffelen WW

1 examinar scrupulosemente, scrutinar


nasobuccaal BN

1 nasobuccal


nasofarynx ZN

1 nasopharynge, rhinopharynge


nasolabiaal BN

1 nasolabial


nasonoriseren WW

1 (een film) provider de un banda sonor, postsonorisar


nasonorisering ZN

1 postsonorisation (van een film)


naspel ZN

1 (epiloog) epilogo
2 (MUZ) postludio
3 (liefdesspel) epilogo amorose


naspelen WW

1 jocar de novo, reproducer, repeter
een schaakpartij uit de krant -- = jocar/reproducer un partita de chacos del jornal
2 continuar a jocar


naspellen WW

1 delitterar de novo


naspeuren WW

1 recercar, facer recercas, investigar, perquirer, scrutar


naspeuring ZN

1 investigation, recerca minutiose, scrutinio, perquisition


naspoeden WW

1 sequer in haste, currer detra (un persona)


naspoelen WW

1 rinciar/lavar de novo


nasponsen WW

1 spongiar de novo, nettar de novo con un spongia


nasporen WW

1 (het spoor volgen) sequer le pista/le tracia de
2 (op het spoor trachten te komen) recercar (le tracia de), investigar, perquirer
het -- = recerca, investigation, perquisition
de oorzaken van de oorlog -- = recercar le causas del guerra
3 (nasnuffelen) examinar minutiosemente


nasporing ZN

1 recerca, investigation, perquisition, scrutinio


naspreken WW

1 repeter/imitar le parolas de


naspringen WW

1 saltar/salir detra (un persona)


nastamelen WW

1 repeter/imitar le balbutiamento de


nastaren WW

1 sequer con le vista/con le oculos


nastevenen WW

1 sequer (in un nave)


nastisch BN

1 nastic
--e bewegingen = movimentos nastic


nastoot

1 (SCHERMEN) riposta
2 (BILJ) colpo final


nastreven WW

1 (trachten te bereiken) cercar a attinger, persequer, aspirar a, tender a/verso
succes -- = aspirar al successo
een doel -- = cercar a attinger un scopo
2 (trachten te evenaren) cercar a equalar, emular
grote voorgangers -- = emular/imitar grande predecessores


nastromen WW

1 (blijven stromen) continuar a fluer
2 (FIG) (volgen) sequer (le currente)


nasturen WW

1 facer sequer, reexpedir
iemands post -- = facer sequer le currero de un persona


nasturtium ZN

1 nasturtio


nasynchronisatie ZN

1 postsynchronisation, duplage
-- van een film = postsynchronisation/duplage de un film (E)


nasynchroniseren WW

1 postsynchronisar, duplar
het -- = postsynchronisation, duplage
in Interlingua nagesynchroniseerd = postsynchronisate/duplate in Interlingua


nat BN

1 (niet droog) molliate, (vochtig) humide
door en door -- = molliate usque al ossos
-- zijn = humer, esser molliate
-- maken = humectar, molliar, imbiber, rigar, irrorar
de baby is -- = le bebe/baby (E) se ha molliate
2 (regenachtig) pluviose, humide
3
(van verf) nat! = recentemente pingite!, vernisse fresc!


nat ZN

1 aqua, liquido, (sap) succo
het zilte -- = le mar
groenten in eigen -- gaar koken = cocer verduras in lor proprie succo/aqua


nataal BN

1 natal


natachtig BN

1 (legiermente) humide, un pauco/poco humide


natafelen WW

1 remaner/restar al tabula


nataliteit ZN

1 natalitate


nateelt ZN

1 (LANDB) cultura secundari


natekenen WW

1 (naar een model tekenen) designar secundo (un modello), copiar
iemand -- van een foto = facer le portrait (F) secundo un photo(graphia)
2 (overtrekken) copiar, calcar, reproducer


natekening ZN

1 reproduction, (overgetrokken) calco


natellen WW

1 (berekenen) contar, calcular
zijn winst -- = contar/calcular su profito/beneficio
2 (overtellen) contar/calcular de novo, recalcular
zijn geld -- = contar su moneta


naterkruid ZN

1 bistorta


natertong ZN

1 Zie: addertong-3


nathals ZN

1 (drinkebroer) bibulo, bibon
2 (iemand die veel drinkt) persona assetate


natheid ZN

1 humiditate


natie ZN

1 nation, (volk) populo
zeevarende -- = nation marin/maritime
bevriende -- = nation amic
handeldrijvende -- = nation de mercantes
Verenigde Naties, V.N. = (Organisation del) Nationes Unite, O.N.U.
tot dezelfde -- behorend = conational


natijd ZN

1 (naseizoen) ultime parte del saison (F), fin del saison (F)
2 (vervalperiode) declino, annos declinante


nationaal BN

1 national
Nationale Vergadering = Assemblea National
--e militie = militia national
-- kabinet = cabinetto/governamento national
-- park = parco national
-- vermogen = capital national
-- concilie = concilio national
--e bibliotheek = bibliotheca national
--e elftal = equipa national
--e feestdag = festa national
--e zelfstandigheid = independentia national
--e veiligheid = securitate national
bruto -- produkt, B.N.P. = producto national brute, P.N.B.


nationaal-socialisme ZN

1 nationalsocialismo, (in Duitsland OOK) nazismo {ts}


nationaal-socialist ZN

1 nationalsocialista, (in Duitsland OOK) nazi {ts}


nationaal-socialistisch BN

1 nationalsocialista, nationalsocialistic
de --e politiek was een voortdurende bedreiging voor de vrede = le politica nationalsocialista esseva un menacia constante pro le pace


nationalisatie ZN

1 nationalisation


nationaliseren WW

1 nationalisar
het -- = nationalisation
bedrijven -- = nationalisar interprisas


nationalisering ZN

1 nationalisation


nationalisme ZN

1 nationalismo
extreem -- = nationalismo extreme


nationalist ZN

1 nationalista


nationalistisch BN

1 nationalista
--e politiek = politica nationalista


nationaliteit ZN

1 nationalitate
een -- aannemen = adoptar/prender un nationalitate
zijn -- verliezen = perder le nationalitate
afstand doen van zijn -- = renunciar a/repudiar su nationalitate
de -- ontnemen = disnationalisar
met de Nederlandse -- = de nationalitate nederlandese


nationaliteitsbeginsel ZN

1 principio del nationalitate


nationaliteitsbewijs ZN

1 (voor personen) certificato de nationalitate
2 (voor voorwerpen) certificato de origine


nationaliteitsgevoel ZN

1 sentimento national, conscientia de nationalitate
overdreven -- = chauvinismo {sj}


nationaliteitsprincipe ZN

1 Zie: nationaliteitsbeginsel


native-speaker ZN

1 parlator native


nativisme ZN

1 nativismo


nativist ZN

1 nativista


nativistisch BN

1 nativista


nativiteit ZN

1 natalitate


natje ZN

1 bibita
zijn -- en zijn droogje = su mangiar e su bibita/biber


natmaken WW

1 humectar, molliar, imbiber, rigar, irrorar
het -- = humectation, molliatura, molliamento, imbibimento, irroration
zijn lippen -- = humectar se/molliar se le labios


natmaking ZN

1 humectation, molliatura, molliamento, imbibimento, irroration


NATO ZN

1 Zie: NAVO


natrappen ZN

1 dar un colpo de pede de detra


natregenen WW

1 molliar se/esser molliate per le pluvia/a causa del pluvia
zich laten -- = facer molliar se per le pluvia


natrekken WW

1 (achternareizen) sequer, viagiar detra
2 (overtrekken) calcar, copiar
een tekening -- = calcar un designo
3 (controleren) controlar, verificar
een anonieme tip -- = verificar un information anonyme
4 (naspeuren) verificar, recercar
een zaak -- = investigar un cosa


natrekking ZN

1 (het overtrekken) (le) calcar, (le) copiar
2 (controle) controlo, verification
3 (naspeuring) investigation, recerca
4 (mbt loterij) tirage extra (de lotteria)


natrekpapier ZN

1 papiro transparente/de calco


natrillen WW

1 continuar a tremular/tremer/vibrar, vibrar ancora


natrium ZN

1 natrium, sodium


natriumarm BN

1 povre in natrium/sodium, a basse contento de natrium/sodium


natriumbicarbonaat ZN

1 bicarbonato de natrium/sodium


natriumbromide ZN

1 bromido/bromuro de natrium/sodium


natriumcarbonaat ZN

1 carbonato de natrium/sodium


natriumlamp ZN

1 lampa a natrium/sodium


natriumlicht ZN

1 luce/lumine de natrium


natriumnitraat ZN

1 nitrato de natrium/sodium


natriumperoxide ZN

1 peroxydo de natrium/sdium


natriumsulfaat ZN

1 sulfato de natrium/sodium


natriumveldspaat ZN

1 albite


natriumverbinding ZN

1 composito sodic/de na-trium/de sodium


natriumverlichting ZN

1 exclaramento/illumination de natrium


natriumzout ZN

1 sal sodic/de natrium/de sodium


natroliet ZN

1 natrolitho


natron ZN

1 (soda) soda
bijtende -- = soda caustic
2 (natrium) natrium, sodium


natronloog ZN

1 hydroxydo/lixivia de natrium/sodium


natronzout ZN

1 Zie: natriumzout


natspuiten WW

1 asperger, rigar


natten WW

1 humectar, molliar


nattevingerwerk ZN

1 Zie: giswerk


nattig BN

1 (vochtig) humide
de verf is nog -- = le color es ancora humide
-- zijn = humer
-- maken = humidificar
het -- maken = humidification
2 (regenachtig) pluviose, humide
-- weer = tempore pluviose


nattigheid ZN

1 humiditate, molliatura
de -- van de grond = le humiditate del solo
(FIG) -- voelen = suspectar un cosa


natura ZN

1 natura
inbreng in -- = apporto in natura
in -- betalen = pagar in natura
hulp in -- = succurso in natura


naturaliën ZN MV

1 productos natural


naturalisatie ZN

1 naturalisation


naturalisatiebewijs ZN

1 attestation de naturalisation


naturalisatieprocedure ZN

1 procedura/procedimento de naturalisation


naturaliseren WW

1 naturalisar
zich laten -- = naturalisar se
het -- = naturalisation


naturalisme ZN

1 naturalismo


naturalist ZN

1 naturalista


naturalistisch BN

1 naturalista, naturalistic
--e roman = roman(ce) naturalista/naturalistic
--e stromingen = currentes naturalistic
--e inter-pretatie van de werkelijkheid = interpretation naturalistic del realitate


naturel ZN

1 (autochtoon) autochthono, nativo, indigena
2 (karakter) natural, natura


naturel BN

1 (ongekleurd, puur) natural
-- linnen = lino natural


naturen WW

1 sequer attentivemente con le oculos


naturisme ZN

1 naturismo


naturist ZN

1 naturista


naturistencamping ZN

1 camping naturista, campo de naturistas


naturistenkamp ZN

1 Zie: naturistencamping


naturistenterrein ZN

1 terreno naturista/pro naturistas


naturistentijdschrift ZN

1 revista naturista


naturistenvereniging ZN

1 association naturista/de naturistas


naturistisch BN

1 naturista


naturopaat ZN

1 naturopathe


naturopathie ZN

1 naturopathia


naturopathisch BN

1 naturopathic


natuur ZN

1 (wat rondom de mens is) natura
ongerepte -- = natura virgine
moeder -- = matre natura
speling van de -- = capricio del natura
kringloop van de -- = cyclo del natura
liefde voor de -- = amor del natura
geheimen der -- = secretos del natura
weelde van de -- = prodigalitate del natura
kennis der -- = historia natural
bestudering van de -- = studio del natura
in de vrije -- = in plen natura
de -- ontzien = respectar/sparniar le natura
2 (aangeboren geaardheid) natura, natural, temperamento
de gewoonte is een tweede -- = le habitude es un secunde natura
menselijke -- = natura human, essentia del homine, humanitate
tegenstrijdige --en = naturas discorde/discordante/opposite
dat is zijn tweede -- = isto es su secunde natura
dat gaat tegen de -- in = isto es contrari al natura
van --e = naturalmente


natuurarts ZN

1 Zie: natuurgenezer


natuurazijn ZN

1 vinagre natural


natuurbad ZN

1 banio natural, piscina (de natation) natural


natuurbeheer ZN

1 Zie: natuurbehoud


natuurbehoud ZN

1 preservation/protection/conservation del natura, ecologismo


natuurbeschermer ZN

1 protector del natura, ecologista


natuurbescherming ZN

1 Zie: natuurbehoud


natuurbeschermingsgebied ZN

1 parco natural, reserva natural


natuurbeschouwing ZN

1 contemplation del natura


natuurbeschrijver ZN

1 descriptor del natura


natuurbeschrijving ZN

1 description del natura


natuurbos ZN

1 bosco/foreste natural


natuurboter ZN

1 butyro natural


natuurconstante ZN

1 constante


natuurdienst ZN

1 culto del natura


natuurdrift ZN

1 instincto
sublimering van de --en = sublimation del instinctos


natuurfilm ZN

1 film (E) super le/de natura


natuurfilosofie ZN

1 philosophia natural/del natura


natuurfilosofisch BN

1 relative al philosophia natural/del natura


natuurgave ZN

1 dono del natura


natuurgebied ZN

1 region/zona natural/ecologic
beschermd -- = reserva natural


natuurgeloof ZN

1 religion natural


natuurgeneeskunde ZN

1 naturopathia, medicina natural, naturismo


natuurgeneeswijze ZN

1 Zie: natuurgeneeskunde


natuurgenezer ZN

1 medico qui practica le medicina natural, naturopathe, (medico) naturista


natuurgetrouw BN

1 fidel al natura, veridic
een --e weergave = un reproduction/copia fidel
iets -- weergeven = reproducer un cosa fidelmente


natuurgetrouwheid ZN

1 fidelitate al natura, veritate


natuurgevoel ZN

1 sentimento del natura


natuurgodsdienst ZN

1 religion natural


natuurhistorie ZN

1 historia natural


natuurhistorisch BN

1 del historia natural
-- museum = museo de historia natural


natuurijs ZN

1 glacie natural


natuurijsbaan ZN

1 patinatorio natural, area/pista de patinar/patinage natural


natuurindruk ZN

1 impression del natura


natuurkenner ZN

1 naturalista


natuurkennis ZN

1 cognoscentia/cognoscentimento del natura
2 historia natural


natuurkeus ZN

1 selection natural


natuurkracht ZN

1 fortia natural/del natura
blinde -- = fortia cec del natura


natuurkunde ZN

1 physica
experimentele -- = physica experimental
theoretische -- = physica theoric
toegepaste -- = physica applicate
wiskundige -- = physicomathematica


natuurkundeboek ZN

1 libro/manual de physica


natuurkundeleraar ZN

1 professor de physica


natuurkundeproef ZN

1 experimento/test (E) physic/de physica


natuurkundig BN

1 physic, de physica
--e aardrijkskunde/geografie = geographia physic
--e verschijnselen = phenomenos physic
--e instrumenten = instrumentos de physica
-- laboratorium = laboratorio de physica


natuurkundige ZN

1 physico


natuurlandschap ZN

1 paisage natural


natuurleefwijze ZN

1 naturalismo, naturismo


natuurleer ZN

1 systema del natura


natuurliefde ZN

1 amor al natura


natuurliefhebber ZN

1 amante/amator/amico del natura


natuurlijk BN

1 natural
--e zoon = filio natural
--e geneesmiddelen = remedios/medicinas natural
--e rijkdommen = ricchessas natural
--e brandstof = combustibile natural
--e immuniteit = immunitate natural
--e haven = porto natural
--e houding = attitude natural
--e dood = morte natural
--e hindernis = barriera natural
--e grens = frontiera natural
--e houding = attitude natural
--e behoeften = besonios natural
--e historie = historia natural
--e geboorte = parte natural
--e toonladder = scala/gamma natural
--e logaritme = logarithmo natural
--e getallen = numeros natural
--e selectie = selection natural
(BIOL) -- stelsel = classification natural
(JUR) --e persoon = persona physic
niet -- = innatural
op --e wijze = naturalmente
zich heel -- gedragen = comportar se naturalmente


natuurlijkerwijze BW

1 naturalmente


natuurlijkheid ZN

1 character natural, naturalitate
-- van een verschijnsel = naturalitate de un phenomeno
2 (ongekunsteldheid) naturalitate, simplicitate, spontaneitate, ingenuitate, naivitate


natuurmens ZN

1 (mens in zijn natuurstaat) homine primitive/del natura
2 (iemand die veel van de natuur houdt) amante/amator/amico del natura


natuurmest ZN

1 stercore/fertilisante natural


natuurminnaar ZN

1 Zie: natuurliefhebber


natuurmonument ZN

1 monumento/reserva natural


natuuronderwijs ZN

1 inseniamento del scientias natural


natuuronderzoek ZN

1 studio del natura


natuuronderzoeker ZN

1 explorator del natura, naturalista


natuurpark ZN

1 parco natural


natuurpoëzie ZN

1 poesia natural/del natura


natuurpracht ZN

1 splendor del natura


natuurproces ZN

1 processo natural


natuurprodukt ZN

1 producto natural/del natura


natuurramp ZN

1 catastrophe/calamitate/disastro natural, (grote ramp) cataclysmo


natuurrecht ZN

1 derecto natural


natuurreservaat ZN

1 reserva/parco natural


natuurrijk ZN

1 regno del natura


natuurrubber ZN

1 cauchu natural, latex


natuurschilder ZN

1 pictor del natura


natuurschildering ZN

1 pictura del natura


natuurschoon ZN

1 beltate(s) natural/del natura


natuurspeling ZN

1 joco del natura


natuurstaat ZN

1 stato de natura, naturalitate


natuursteen ZN

1 petra natural


natuurstudie ZN

1 studio del natura


natuurtafereel ZN

1 scena del natura


natuurtalent ZN

1 talento natural/innate, persona dotate


natuurtoestand ZN

1 stato de natura


natuurverering ZN

1 culto del natura


natuurverschijnsel ZN

1 phenomeno natural/del natura


natuurvezel ZN

1 fibra natural


natuurvoeding ZN

1 (het voeden) alimentation natural
2 (produkten) alimentos natural


natuurvoedingswinkel ZN

1 boteca/magazin de productos natural/de alimentation natural


natuurvolk ZN

1 populo/population primitive


natuurvoortbrengsel ZN

1 producto natural/del natura


natuurvorser ZN

1 explorator del natura, naturalista


natuurvriend ZN

1 amico/amante/amator del natura


natuurwaardering ZN

1 appreciation del natura


natuurwandeling ZN

1 promenada in le natura


natuurwerking ZN

1 operation del natura


natuurwet ZN

1 (NAT) lege physic
2 (natuurlijke zedenwet) lege natural/del natura


natuurwetenschap ZN

1 scientia natural/physic/del natura


natuurwetenschappelijk BN

1 del scientias natural, scientific, physic
toegepast -- onderzoek = recercas de physica applicate


natuurwetenschapper ZN

1 scientista, (mbt de natuurkunde) physico


natuurwol ZN

1 lana natural


natuurwollen BN

1 de lana natural
-- onderkleren = subvestimentos de lana natural


natuurwonder ZN

1 meravilia del natura


natuurwoud ZN

1 Zie: natuurbos


natuurzijde ZN

1 seta natural


naumachie ZN

1 naumachia


nauplius(larve) ZN

1 nauplio


nautafoon ZN

1 nautaphono


nautiek ZN

1 scientia nautic, nautica


nautilus ZN

1 nautilo


nautisch BN

1 nautic
--e sport = sport (E) nautic
-- instrument = instrumento nautic
-- feest = festa nautic


nauw ZN

1 (zeeëngte) stricto, passo, canal
Nauw van Calais = Passo/Canal de Calais
2 (moeilijkheid) embarasso
in het -- drijven = confunder, accular


nauw BN

1 (smal) stricte, (innig) intime
--e grenzen = limites stricte
--e straat = strata stricte
--e relatie = relation intime
--e vriendschapsbanden = ligamines/vinculos de amicitate stricte/intime
broek met --e pijpen = pantalon con gambas stricte
(BIJBEL) --e poort = porta stricte
in --e samenwerking met = in stricte/intime collaboration con
-- verbonden met = strictemente ligate con
-- bij iets betrokken zijn = esser multo implicate in un cosa
-- met elkaar samenhangen = esser ligate intimemente
niet zo -- kijken = non esser multo exigente/stricte
het niet zo -- nemen = prender le cosas legiermente
het niet zo -- nemen met zijn geweten = transiger con su conscientia
het komt niet zo -- = isto non es tanto importante
te -- kledingstuk = vestimento troppo stricte
te --e schoenen = scarpas troppo stricte
te -- zijn = esser troppo stricte, serrar troppo
met -- verholen trots = con orgolio mal dissimulate
dat luistert heel -- = on debe facer lo con multe precision


nauwelijks BW

1 a pena, quasi non
-- merkbaar = quasi imperceptibile
het is -- te geloven = il es a pena credibile
het verschil is -- te merken = le differentia es minime


nauwgezet BN

1 exacte, precise, accurate, punctual, conscientiose
uiterst -- = meticulose, minutiose, scrupulose
-- werk = labor/travalio conscientiose
-- geweten = conscientia stricte
zijn plichten -- waarnemen = observar su deberes con exactitude


nauwgezetheid ZN

1 exactitude, punctualitate
historische -- = exactitude historic
uiterste -- = meticulositate, minutiositate, scrupulositate, conscientiositate
met pijnlijke -- = con exactitude religiose


nauwheid ZN

1 strictessa


nauwkeurig BN

1 precise, exacte, juste, accurate, stricte, correcte, conscientiose, scrupulose
akelig/overdreven -- = meticulose, minutiose, punctiliose
een uiterst --e analyse = un analyse (-ysis) rigorose
-- onderzoek = investigation scrupulose
--e beschrijving = description exacte/precise
iets -- vaststellen = fixar un cosa con exactitude
ontzettend -- zijn = esser un meravilia de precision
--e balans = balancia fidel
tot op een millimeter -- = con un margine de error de un millimetro


nauwkeurigheid ZN

1 precision, precisitate, accuratessa, exactitude, justessa, conscientiositate
uiterste (overdreven) -- = meticulositate, minutiositate, punctilio
historische -- = exactitude historic
uiterste -- van een berekening = rigor/rigorositate de un calculo
2 (betrouwbaarheid) fidelitate
-- van een vertaling = fidelitate de un traduction


nauwlettend BN

1 attente, attentive, vigilante
-- toezien = surveliar attentivemente
-- toezicht = surveliantia attentive


nauwlettendheid ZN

1 attention (scrupulose), vigilantia


nauwnemend BN

1 minutiose


nauwsluitend BN

1 stricte
-- kledingstuk = vestimento stricte


nauwsluitendheid ZN

1 strictessa


nauwte ZN

1 (het nauw zijn) strictessa
2 (smalle doorgang) passage/passo stricte, (zeeëngte) stricto, passo, (in de bergen) passo de montania, stricto


nauwziend BN

1 (mbt personen) attente, attentive
2 (mbt zaken) minutiose


navaal BN

1 naval


navarch ZN

1 navarcha


navaren WW

1 sequer in un nave


navegen WW

1 dar un ultime colpo de scopa


navel ZN

1 (van mens/dier) umbilico, omphalo, hilo
van de -- = omphalic
een -- hebbend = umbilicate
2 (van plant) umbilico, cicatricula, hilo
3 (sinaasappel) navel


navelappel ZN

1 navel


navelbandje ZN

1 bandage umbilical/umbilifere


navelbloeding ZN

1 omphalorrhagia


navelbreuk ZN

1 (MED) hernia umbilical, omphalocele


navelkruid ZN

1 umbilico de Venus


navelontsteking ZN

1 omphalitis


navelpunt ZN

1 (WISK) puncto umbilical, umbilico


navelsinaasappel ZN

1 navel


navelstaarder ZN

1 persona introvertite


navelstaarderij ZN

1 introversion, introspection


navelstaren ZN

1 introversion, introspection


navelstreek ZN

1 region umbilical


navelstreng ZN

1 cordon/funiculo umbilical
de -- afbinden = ligaturar le cordon umbilical
doorsnijding van de -- = omphalotomia


navelvormig BN

1 in forma de umbilico, umbilicate, umbilical


navelzwijn ZN

1 pecari


navenant BW

1 proportionatemente, relativemente
de prijzen zijn -- hoog = le precios es proportionalmente alte


navenant BN

1 equivalente
ze had haar best niet gedaan en haar rapport was -- = illa non se habeva effortiate e su reporto scholar lo ha monstrate


naverbrander ZN

1 dispositivo/apparato de postcombustion


naverbranding ZN

1 postcombustion


navertellen WW

1 repeter/contar lo que on ha audite
hij zal het niet -- = ille non vivera pro contar lo


naverwant ZN

1 Zie: verwant


naverwantschap ZN

1 Zie: verwantschap


navicert ZN (ENGELS)

1 navicert


navicula ZN

1 navicula


navigabel BN

1 navigabile


navigatie ZN

1 (scheepvaart) navigation
Acte van Navigatie = Acto de Navigation
2 (stuurmanskunst) navigation
de -- van een olietanker = le navigation de un petrolero
3 (plaatsbepaling) navigation


navigatiefout ZN

1 error de navigation


navigatiehut ZN

1 cabina de navigation


navigatieinstrument ZN

1 instrumento de navigation


navigatiekompas ZN

1 compasso/bussola de navigation


navigatiekunst ZN

1 arte de navigation


navigatielicht ZN

1 foco de navigation/position


navigatiesatelliet ZN

1 satellite de navigation


navigatiesysteem ZN

1 systema de navigation


navigatievlucht ZN

1 volo de navigation


navigator ZN

1 navigator


navigeren WW

1 navigar
het -- = navigation
-- op het kompas = navigar con le bussola


navliegen WW

1 (vliegende volgen) volar detra (un persona)


navloeien WW

1 continuar a fluer, (van bloed) continuar a sanguinar, continuar a perder sanguine


navlooien WW

1 examinar/investigar/scrutinar minutiosemente


NAVO ZN

1 OTAN (= Organisation del Tractato del Atlantico Nord)


NAVO-dubbelbesluit ZN

1 duple decision del OTAN


navoelbaar BN

1 que da le mesme sentimentos


navoelen WW

1 haber le mesme sentimentos, comprender (le sentimentos de)
zo'n verdriet is nauwelijks na te voelen = il es difficile de sentir le mesme pena/dolor


navolgbaar BN

1 (het navolgen waard) digne de esser imitate/sequite
2 (nagevolgd kunnende worden) imitabile, que on pote imitar


navolgbaarheid ZN

1 imitabilitate


navolgen WW

1 imitar, sequer
het -- = imitation
een dichter -- = imitar/copiar un poeta
iemands voorbeeld -- = sequer le exemplo de un persona


navolgend BN

1 sequente, subsequente
de --e personen = le personas mentionate infra


navolgende ZN

1 lo que seque
het -- is belangrijk = lo que seque es importante


navolgenswaard(ig) BN

1 digne de esser imitate/sequite, digne de imitation
een -- voorbeeld = un exemplo a sequer


navolger ZN

1 epigono, imitator, copiator
de --s van Rembrandt = le epigonos de Rembrandt
2 successor


navolging ZN

1 (het handelen/werken naar een voorbeeld) imitation
dit beleid verdient -- = iste politica merita esser sequite
de Navolging van Christus = le Imitation del Christo
dit voorbeeld zal ongetwijfeld -- vinden = sin dubita iste exemplo va esser copiate
in -- van mijn voorganger = sequente le exemplo de de mi predecessor
2 (produkt) imitation, copia, reproduction
slaafse -- = imitation servil


navorderen WW

1 reclamar un imposto/taxa additional/supplementari


navordering ZN

1 imposition/imposto/taxa additional/supplementari


navorsbaar BN

1 investigabile


navorsen WW

1 investigar, perquirer, scrutar, scrutinar, explorar, recerdar
de oorsprong van een woord -- = investigar/recercar le origine de un parola


navorser ZN

1 cercator, recercator, explorator, investigator, perquisitor, scrutator


navorsing ZN

1 recerca, investigation, scrutinio, inquesta


navorst ZN

1 gelo tardive


navraag ZN

1 inquesta, information
-- doen naar iets bij iemand = informar se de un cosa presso un persona
iemand die -- doet = inquiritor, inquisitor


navragen WW

1 inquirer, informar se, prender informationes
je kunt het bij Frits -- = tu pote informar te presso Frits, Frits potera informar te, Frits potera dicer te lo
iemand die navraagt = inquiritor, inquisitor


navrager ZN

1 inquiritor, inquisitor


navraging ZN

1 information


navrant BN

1 multo triste, multo dolorose
een -- geval = un caso multo triste


navrucht ZN

1 fructo tardive


navullen WW

1 impler/plenar de novo, reimpler, replenar, recargar


navulverpakking ZN

1 imballage de recarga


naweeën ZN MV

1 (na bevalling) contractiones uterin post le parto
2 (mbt ziekte) (ook FIG) sequelas
de -- van de oorlog ondervinden = experimentar le sequelas del guerra
3 (FIG) consequentias, repercussiones


nawegen WW

1 verificar/controlar le peso, pesar de novo, repesar


nawerk ZN

1 labor/travalio supplementari


nawerken WW

1 (zijn werking doen gevoelen) haber un effecto posterior, continuar a haber/producer su effecto, (invloed doen gelden) repercuter
dit geneesmiddel werkt lang na = iste medicina ha un effecto prolongate
2 (overwerken) facer horas supplementari
3 (nadoen) imitar, copiar


nawerking ZN

1 effecto (posterior), repercussion(es)
de -- van de BTW-wet op de handel = le repercussion super le commercio del lege del TVA
de -- van alcohol ondervinden = suffrer/sentir le effectos del alcohol
2 (MED) sequela


nawerpen WW

1 jectar detra (un persona)


nawijzen WW

1 monstrar/sequer per le digito, signalar


nawinter ZN

1 fin del hiberno, ultime parte del hiberno, hiberno tardive


nawissen WW

1 essugar de novo


nawitten WW

1 blanchir de novo


nawoord ZN

1 postfacio, epilogo, (conclusie) conclusion


nawrijven WW

1 continuar a fricar


nawuiven WW

1 agitar le mano detra (un persona), dicer adeo con le mano, salutar con le mano


nazang ZN

1 (na een godsdienstoefening) canto/cantico/hymno final
2 (na een gedicht) epilogo, (van een ode) epodo


Nazareeër ZN

1 nazareno


Nazarener ZN

1 nazareno


Nazareth ZN EIGN

1 Nazareth
van/uit -- = nazaren


nazaten ZN MV

1 descendentes, descendentia, posteritate


nazeggen WW

1 repeter (le parolas de)
dat kan zij mij niet -- = isto es plus que illa pote dicer


nazegging ZN

1 repetition


nazenden WW

1 (achternazenden) facer sequer
de rekening zullen we u de volgende week -- = nos vos inviara le factura le septimana que veni
2 (eerdere zending aanvullen) expedir ulteriormente, completar le invio de


nazending ZN

1 invio/expedition ulterior


nazepen WW

1 saponar de novo


nazetten WW

1 persequer


nazetting ZN

1 persecution


nazi ZN

1 nazi {ts}


naziekte ZN

1 sequela


nazien WW

1 (nakijken) revider, revisar, (corrigeren) corriger
2 (nagaan, uitzoeken) examinar, verificar, controlar
de rekeningen -- = controlar/revisar le contos
3 (naogen) sequer con le vista/con le oculos


nazificatie ZN

1 nazification {ts}


nazificeren WW

1 nazificar {ts}
het -- = nazification {ts}


nazificering ZN

1 nazification {ts}


nazin ZN

1 apodose (-osis)


nazingen WW

1 reprender/repeter un aere/un melodia
2 continuar a cantar


nazisme ZN

1 nazismo {ts}


nazistisch BN

1 nazista {ts}
--e methoden = me-thodos nazista


nazitten WW

1 (achtervolgen) persequer
de dief -- = persequer le fur/robator
2 (controleren, streng nagaan) observar attentemente


nazoeken WW

1 (onderzoek doen) cercar, recercar, investigar, examinar
2 (opzoeken, naslaan) cercar
iets -- in een encyclopedie = cercar un cosa in un encyclopedia


nazoeking ZN

1 recerca(s), investigation


nazomer ZN

1 fin del estate, ultime parte del estate


nazorg ZN

1 (na operatie) assistentia/tractamento postoperatori
2 (onderhoud) mantenentia


nazouten WW

1 salar de novo


nazwaaien WW

1 Zie: nawuiven


nazweren WW

1 continuar a suppurar


nazwerm ZN

1 essame secundari


N.B.

1 (Afk: Nota Bene) N.B.


n-bom ZN

1 bomba N


n.Chr.

1 (Afk.: na Christus) p. J.C. (= post Jesus-Christo)


Neanderthaler ZN

1 homine de Neanderthal


nearctisch BN

1 nearctic
--e fauna = fauna nearctic


nearmisser ZN

1 quasi-collision


neartrose ZN

1 nearthrose (-osis)


neb ZN

1 (snavel) becco


nebbe ZN

1 Zie: neb


nebbeling ZN

1 anguilla


Nebukadnezar ZN EIGN

1 Nabuchodonosor


nebuleus BN

1 nebulose


nebulium ZN

1 nebulium


necessaire ZN

1 necessaire (F)


necessiteit ZN

1 necessitate


nec plus ultra

1 nec plus ultra (L)


necrobiose ZN

1 necrobiose (-osis)


necrobiotisch BN

1 necrobiotic


necrofaag BN

1 necrophage


necrofaag ZN

1 necrophago


necrofagie ZN

1 necrophagia


necrofiel BN

1 necrophile


necrofiel ZN

1 necrophilo


necrofilie ZN

1 necrophilia


necrofobie ZN

1 necrophobia


necrologie ZN

1 (levensbericht) necrologia
2 (lijst van gestorvenen) necrologia


necrologisch BN

1 necrologic


necrologium ZN

1 necrologia, (R.K.) obituario


necroloog ZN

1 (beschrijver) necrologo, necrologista
2 (beschrijving) necrologia


necromanie ZN

1 necromania


necromant ZN

1 necromante


necromantie ZN

1 necromantia


necromantisch BN

1 necromantic
--e praktijken = practicas necromantic
--e riten = ritos necro-mantic


necropolis ZN

1 necropole, necropolis


necropool ZN

1 Zie: necropolis


necropsie ZN

1 necropsia


necrose ZN

1 necrose (-osis), gangrena, mortification
-- weefsel = texito necrotic


necroseren WW

1 necrosar


necrotisch BN

1 (door necrose aangetast) necrotic
-- weefsel = texito necrotic
2 (necrose betreffend) necrotic
-- proces = processo necrotic


necrotomie ZN

1 necrotomia


necrotoxine ZN

1 necrotoxina


nectar ZN

1 (MYTH) nectare
2 (PLANTK) nectare
naar -- smakend = nectarin
-- voortbrengend = nectarifere


nectarie ZN

1 nectario


nectarine ZN

1 (vrucht) nectarina


nectarklier ZN

1 nectario


nectarschijf ZN

1 nectario


nectarschubje ZN

1 nectario


nederdalen WW

1 Zie: neerdalen


nederdaling ZN

1 Zie: neerdaling


Nederduits ZN EIGN

1 basse germano


Nederduits BN

1 in basse germano
--e vertaling = traduction in basse germano


nederig BN

1 humile, modeste
van --e geboorte = de nascentia humile
mijn --e woning = mi humile casa
-- om vergiffenis vragen = peter humilemente pardono


nederigheid ZN

1 humilitate, modestia, submission
evangelische -- = humilitate evangelic
geveinsde -- = humilitate/modestia affectate
in alle -- iets bekennen = confessar/recognoscer un cosa in/con tote humilitate/modestia, confessar/recognoscer humilemente un cosa


nederlaag ZN

1 disfacta, defaite (F), deroute (F)
militaire -- = disfacta militar
beslissende -- = disfacta decisive
gevoelige -- = disfacta sensibile
een -- lijden = suffrer un disfacta
de vijand een -- toebrengen = infliger un disfacta al inimico
zijn -- bekennen = admitter/conceder su disfacta


Nederland ZN EIGN

1 Nederland, Hollanda, le Paises Basse
Het Koninkrijk der Nederlanden = Le Regno del Paises Basse
-- overzee = le territorios ultramarin/de ultramar del Paises Basse


Nederlander ZN

1 nederlandese, hollandese


Nederlanderschap ZN

1 nationalitate nederlandese/hollandese
het -- verliezen = perder le nationalitate nederlandese


Nederlands BN

1 nederlandese, hollandese
--e taal = lingua nederlandese, nederlandese
--e grammatica/spraakkunst = grammatica nederlandese
de --e ambassade = le ambassada nederlandese
De Nederlandse Bank = Le Banca Nederlandese


Nederlands ZN

1 (taal) nederlandese, hollandese
algemeen beschaafd --, ABN = nederlandese standard (E)


Nederlands-Indië ZN EIGN

1 Le Indias Oriental Nederlandese


nederlandssprekend BN

1 nederlandophone


nederlandstalig ZN

1 (Nederlandssprekend) nederlandophone
zij is -- = illa es nederlandophone
2 (in het Nederlands) in/de lingua nederlandese, scribite/pronunciate in nederlandese
--e advertentie = annuncio in nederlandese


nederpop ZN

1 musica pop (E) nederlandese


Neder-Rijn ZN EIGN

1 Basse Rheno


Neder-Silezië ZN EIGN

1 Basse Silesia


nederwiet ZN

1 cannabe/cannabis nederlandese


nederzetting ZN

1 establimento, stabilimento, (kolonie) colonia


nee TW

1 no
--, -- en nog eens --! = no e mille vices no!
hij zei van -- = ille diceva no
hij zegt overal -- op = ille dice no a toto
een vraag met -- beantwoorden = responder negativemente a un question
nooit -- zeggen = nunquam dicer no, nunquam refusar
-- schudden = negar con le testa/capite


nee ZN

1 non
een categorisch/onvoorwaardelijk -- = un non categoric/inconditional
mijn -- staat tegenover uw ja = il es mi parola contra le vostre
-- verkopen = non haber alco in stock (E)


neef ZN

1 (zoon van oom en tante) cosino
volle -- = cosino german/in prime grado
2 (oomzegger) nepto, nepote


neefje ZN

1 (steekmug) culice


neeknikken WW

1 facer un signo de capite/de testa negative


neembaar ZN

1 (MIL) prendibile


neen

1 Zie: nee


neep ZN

1 (kneep) pinciamento
2 (indruk van knijpen) marca de pinciamento


neer BW

1 a basso
ter -- werpen = jectar a basso
op en -- = de alto in basso
op en -- gaan = 1. (reizen) ir e venir, 2. (van boven naar beneden) montar e descender


neerbuigen WW

1 (een bocht/buiging doen maken) bassar
2
(knielen) zich -- = bassar se, prosternar se, prosterner se


neerbuigend BN

1 disdignose, condescendente, contemptuose
--e welwillendheid = condescendentia
-- knikken = salutar con un aere de superioritate


neerbuigendheid ZN

1 disdigno, condescendentia


neerdalen WW

1 descender, bassar, (vallen) cader
het -- = descendita, descension
(LUCHTV) -- op zee = amarar
het -- op zee = amarage
uit de hemel -- = descender del celo
in dwarrelvlucht -- = descender con un volo irregular
de zegeningen dalen op de gelovigen neer = le benedictiones descende super le credentes


neerdaling ZN

1 descendita, descension
-- op zee = amarage


neerdonderen WW

1 cader al solo


neerdrukken WW

1 (naar beneden drukken) appoiar (super), pulsar (super)
2 (deprimeren) deprimer
het -- = depression
iemand die neerdrukt = depressor
3 (liggen op) pesar super, appoiar super


neerdrukkend BN

1 (deprimerend) deprimente, depressive


neerdrukking ZN

1 (depressie) depression


neerduiken WW

1 (bukken) bassar se
2 (duikend naar beneden gaan, bijv. van vliegtuig) piccar


neerduwen WW

1 pulsar verso le basso


neerdwarrelen WW

1 cader
de sneeuwvlokken dwarrelden neer = le floccos de nive torneava a basso


neergaan WW

1 (naar beneden gaan) descender
de trap op- en -- = montar e descender le scala
het op- en -- van de prijzen = le oscillationes del precios
2 (vallen) cader


neergaand BN

1 descendente
--e luchtstroom = currente descendente
--e lijn = linea descendente
2 (FIG) descendente, declinante
--e bedrijfstak = branca industrial declinante/in crise/in crisis, branca declinante de industria
--e conjunctuur = recession


neergang ZN

1 declino, decadentia, regression, ruina


neergestort BN

1 (GEOL) colluvial


neergeworpen BN

1 prostrate


neergooien WW

1 (naar beneden gooien) jectar/lancear a basso
2 (op de grond gooien) jectar/lancear a terra
3 (omvergooien) transverter
4 (ophouden) cessar
de werknemers hebben het werk neergegooid = le obreros ha cessate/abandonate le labor/travalio
de boel erbij -- = abandonar toto


neerhaal ZN

1 (van letter) gamba de littera


neerhalen WW

1 (naar beneden halen) bassar
de zeilen -- = bassar le velas
2 (omverhalen) abatter, demolir
een muur -- = abatter/demolir un muro
3 (neerschieten) abatter
een vliegtuig -- = abatter un avion
4 (bekritiseren) abassar, criticar, denigrar, humiliar
zijn vrouw -- = denigrar su spo(n)sa


neerhangen WW

1 (omlaag hangen) pender
2 (ergens ophangen) suspender


neerhangend BN

1 pendente


neerhellen WW

1 esser inclinate


neerhurken WW

1 quattar


neerkijken WW

1 (naar beneden kijken) reguardar/mirar verso le basso/a basso
hij kijkt neer op de stad onder hem = ille contempla le urbe a su pedes
2
(minachten) -- op = depreciar, disdignar
op een werk -- = depreciar un labor
minachtend op iemand -- = disdignar un persona, reguardar/mirar un persona con disdigno


neerkladden WW

1 (slordig schrijven) scriber mal
2 (slordig schilderen) pinger in haste


neerklappen WW

1 batter a basso, plicar a basso


neerkletteren WW

1 (vallen met lawaai) cader/batter con fracasso
de hagel kletterde op de wandelaars neer = le grandine cadeva con fortia super le promenatores
2 (neervallen en kapot gaan) rumper se al solo


neerklimmen WW

1 descender
op- en neerklimmen = montar e descender


neerknallen WW

1 occider per un balla, fusillar


neerknielen WW

1 genicular, genuflecter, prosternar se, prosterner se
het -- = geniculation, genuflexion, prosternation
de soldaten knielden neer om te schieten = le soldatos geniculava pro tirar


neerknuppelen WW

1 occider con un massa/fuste


neerkomen WW

1 (vallen, landen) descender, cader
waar is het vliegtuig neergekomen? = ubi ha descendite le avion?
2 (treffen) cader super, incumbar a
alles komt op mijn schouders neer = toto cade super mi spatulas
dat zal op uw hoofd -- = isto recadera super vos
3 (gelijkstaan met) equivaler
het komt er op neer dat = isto equivale a dicer que
dat komt op hetzelfde neer = isto es le mesme cosa, isto es equal
dit antwoord komt neer op een weigering = iste responsa equivale a un refusa
het komt er eigenlijk op neer dat = le veritate es que


neerkrabbelen WW

1 scriber mal


neerkwakken WW

1 Zie: neersmakken-1


neerlandicus ZN

1 nederlandista, specialista del lingua nederlandese


neerlandisme ZN

1 nederlandismo


neerlandistiek ZN

1 (studio del) lingua e litteratura nederlandese, philologia nederlandese


neerlaten WW

1 bassar, abassar, descender
een loodlijn -- = abassar un perpendiculo
het -- van een loodlijn = abassamento de un perpendiculo
laat de rolgordijnen maar neer = (a)bassa le persianas


neerleggen WW

1 (op iets leggen) mitter, poner, deponer
2 (afstand doen van) deponer, abandonar, abdicar, resignar
de wapens -- = deponer le armas
een functie/ambt -- = resignar/abandonar un function
de kroon -- = deponer le corona, abdicar al corona
het bijltje er bij -- = abandonar le lucta
de pen -- = deponer le penna, cessar de scriber
3 (doden) occider
4 (betalen) pagar
ik heb tien gulden moeten -- = io ha debite pagar dece florinos
5 (vastleggen) fixar
clausule neergelegd in een contract = clausula fixate in un contracto
6
(berusten) zich -- bij = resignar se a
zich bij een beslissing -- = resignar se a un decision, conformar se con un decision


neerlegging ZN

1 (mbt een krans, etc.) deposition
-- van een krans = deposition de un corona
2 (van een ambt) dimission, abdication


neerliggen WW

1 (mbt personen) jacer
2 (mbt zaken) trovar se


neerlopen WW

1 (naar beneden vloeien) fluer a basso
2 (benedenwaartse richting hebben) cader


neermaaien WW

1 falcar


neerpennen WW

1 notar rapidemente


neerplenzen WW

1 cader in torrentes, diluviar


neerploffen WW

1 (neervallen) cader pesantemente
in zijn stoel -- = lassar se cader super/in su sedia
2 (neergooien) lassar cader, jectar/lancear a terra
3 (SCHEI) precipitar


neerrollen WW

1 rolar (a basso)
de tranen rolden langs haar wangen neer = le lacrimas rolava super su genas


neersabelen WW

1 occider con le sabla


neerschieten WW

1 (fusilleren) fusilar, occider (per un balla)
2 (neerhalen) abatter
een vliegtuig -- = abatter un avion


neerschijnen WW

1 lucer (super), exclarar
de maan scheen op het landschap neer = le luna luceva super/exclarava le paisage


neerschrijven WW

1 scriber, notar


neerschuiven WW

1 (naar beneden brengen) descender, facer glissar verso le basso, pulsar verso le basso
op- en -- = facer montar e descender
2 (naar beneden gaan) glissar verso le basso


neersijpelen WW

1 deguttar


neerslaan WW

1 (met geweld onderdrukken) reprimer violentemente, suffocar
een opstand -- = reprimer/jugular/suffocar un revolta
2 (van ogen/oogleden) bassar, abassar
de ogen -- = bassar/abassar le oculos
de oogleden -- = bassar/abassar le palpebras
het -- van de ogen/van de oogleden = abassamento del oculos/del palpebras
3 (SCHEI) depositar, precipitar
het -- = precipitation
vatbaar voor -- = precipitabile
de stroom slaat het metaal neer = le currente precipita le metallo
het metaal slaat neer op de elektrode = le metallo se precipita super le electrodo
4 (een bezinksel doen ontstaan) sedimentar
het -- = sedimentation
5 (naar beneden slaan) abatter
zich niet door tegenspoed laten -- = non lassar se abatter per le adversitate
6 (naar beneden vallen) abatter se
een wolk van stof sloeg neer op het plein = un nube de pulvere se ha abattite super le placia
7 (mbt damp) condensar se


neerslachtig BN

1 abattite, prostrate, deprimite, depresse, depressive, melancholic
-- maken = abatter, deprimer
een --e bui = un momento de depression


neerslachtigheid ZN

1 abattimento, depression, melancholia, (diepe --) prostration
ten prooi vallen aan een diepe -- = cader in un profunde abattimento
zijn -- te boven komen = surmontar su depression, non lassar se abatter


neerslag ZN

1 (bezinksel) deposito, sedimentation, sedimento
2 (SCHEI) precipitato
-- van zout = precipitato de sal
3 (regen, sneeuw, hagel) precipitation (atmospheric), cadita, (regenhoeveelheid) pluvia, cadita pluvial/de pluvia, pluviositate
atmosferische -- = precipitation atmospheric
jaarlijkse hoeveelheid -- = precipitation annual
radioactieve -- = precipitation/cadita radioactive, fall-out (E)
geen -- van betekenis = sin precipitationes importante
4 (neerwaartse beweging) descendita
de -- van een zuiger in een motor = le descendita del piston in un motor
5 (op schrift gestelde indrukken) consequentia, resultatos
die gebeurtenis vond zijn -- in zijn roman = iste evento trovava su expression in su roman(ce)
de wetgeving moet de -- zijn van de publieke opinie = le legislation debe reflecter le opinion public


neerslagcoëfficiënt ZN

1 coefficiente hyetal


neerslaggebied ZN

1 (METEO) region/zona de precipitationes


neerslaggradiënt ZN

1 gradiente pluviometric


neerslaghoeveelheid ZN

1 quantitate de precipitation


neerslagkaart ZN

1 mappa/carta de precipitation


neerslagkromme ZN

1 curva de precipitation


neerslagoverschot ZN

1 excedente de precipitation


neerslagzone ZN

1 Zie: neerslaggebied


neersmakken WW

1 (op de grond werpen) jectar a terra/al solo con fortia
2 (vallen) cader a terra


neersmijten WW

1 Zie: neersmakken-1


neersteken WW

1 (met een mes) occider per colpos de cultello/per un colpo de cultello, (met een dolk) pugnalar


neerstorten WW

1 (naar beneden storten/werpen) jectar a basso, precipitar
2 (neervallen) cader, abatter se
(vliegtuig) in een vrille -- = cader in spira


neerstoten WW

1 (naar beneden stoten) pulsar a basso, facer cader
2 (doden) occider per colpos de cultello, occider per un colpo de cultello


neerstrijken WW

1 (laten zakken) bassar
de vlag -- = bassar le bandiera
2 (platstrijken) applattar, lisiar
3
ze streken neer in een hotel = illes se ha installate in un hotel (F)
ze streken neer op een terras = illes se ha sedite in un terrassa
de vogel streek neer op een tak = le ave se poneva super un branca


neerstromen WW

1 fluer abundantemente, cader a torrentes
--de regen = pluvia torrential


neerstroming ZN

1 currente (de aere) descendente


neerstrooien WW

1 (dis)seminar, dispersar
broodkruimels -- = disseminar micas de pan


neertellen WW

1 (tellend neerleggen) contar
hij telde het geld neer = ille contava le moneta
2 (betalen) disbursar, pagar
voor een boek vijf tientjes -- = disbursar/pagar cinquanta florinos pro un libro


neertrappen WW

1 reverter per un colpo de pede


neertrekken WW

1 (omvertrekken) reverter, transverter, demolir, tirar a basso
de muren -- = demolir le muros
2 (naar beneden trekken) bassar, abassar
3 (kleineren) denigrar, depreciar, dispreciar


neertrekkend BN

1
--e spier = depressor


neertuimelen WW

1 cader, bascular


neervallen WW

1 (op de grond vallen) cader
er dood bij -- = cader morte
de regen viel in/bij stromen neer = le pluvia cadeva in torrentes
werken tot men er bij neervalt = laborar/travaliar usque al exhaustion
2 (neerhangen) pender
3 (neerknielen) cader al geniculos/genus, prosternar se, prosterner se
voor iemand -- = jectar se al pedes de un persona
4 (gaan zitten) lassar se cader


neervellen WW

1 abatter


neervlijen WW

1 (zachtjes neerleggen) poner dulcemente
het hoofd -- = poner dulcemente le testa/capite
zich op het mos -- = extender se super le musco
2 (ordelijk neerleggen) arrangiar, disponer
de bloembollen op zolder -- = arrangiar le bulbos al granario


neerwaarts BN

1 descendente
--e beweging = movimento descendente


neerwaarts BW

1 a basso, verso le basso


neerwerpen WW

1 (op de grond werpen) jectar/lancear a terra, (naar beneden werpen) jectar/lancear a basso
de wapens -- = jectar le armas
2 (omverwerpen) reverter, transverter
3 (knielen) prosternar, prosterner


neerzakken WW

1 (naar beneden zakken) descender
2 (inzakken) collaber


neerzetten WW

1 (iets ergens plaatsen) mitter, poner, deponer, placiar, locar, collocar
een tafel in de kamer -- = mitter/poner un tabula in le camera
kijk uit waar je je voeten neerzet = reguarda ubi tu mitte/pone le pedes
(SPORT) een goede tijd -- = realisar/registrar un bon tempore
2
(gaan zitten) zich -- = seder se
3
(zich vestigen) zich -- = establir se, stabilir se, fixar se
4
een personage overtuigend -- = interpretar un personage con conviction


neerzien WW

1 (minachten) minuspreciar, disdignar, depreciar, dispreciar, contemner
2 (naar beneden kijken) reguardar/mirar a basso/verso le basso


neerzijgen WW

1 Zie: neerzinken


neerzinken WW

1 collaber


neerzitten WW

1 (zitten) esser sedite
bij de pakken -- = perder corage, esser discoragiate
2 (gaan zitten) prender un sedia, seder se


neet ZN

1 ovo de pediculo


neetoor ZN

1 grunnion, murmurator


nefast BN

1 nefaste, funeste, disastrose, catastrophic, perniciose


nefelometer ZN

1 nephelometro


nefelometrie ZN

1 nephelometria


nefelometrisch BN

1 nephelometric


nefoscoop ZN

1 nephoscopio


nefralgie ZN

1 nephralgia


nefrectomie ZN

1 nephrectomia


nefriet ZN

1 nephrite


nefritis ZN

1 nephritis


nefrologie ZN

1 nephrologia


nefrologisch BN

1 nephrologic


nefroloog ZN

1 nephrologo, nephrologista


nefrose ZN

1 nephrose (-osis)


negatie ZN

1 negation
dubbele -- = duple negation
-- van zijn principes = negation de su principios


negatief BN

1 (niet positief) negative
-- getal = numero negative
--e elektriciteit = electricitate negative
--e lading = carga negative
--e pool/electrode = polo/electrodo negative, cathodo
--e zin = phrase negative
--e katalysator = catalysator negative
--e katalyse = catalyse (-ysis) negative
(FOTO) -- beeld = imagine negative, negativo, cliché (F)
(NAT) --e geladenheid = negativitate
(NAT) --e arbeid = travalio negative
(NAT) elektrisch -- geladen = electronegative, con carga negative
--e lens = lente concave/divergente
2 (afwijzend) negative
--e waardering = appreciation negative
--e houding = attitude negative, negativitate
-- oordeel = judicamento negative
3 (nadelig) negative
--e gevolgen = effectos negative


negatief ZN

1 (ontwikkelde plaat/film) negativo
2 (afgedrukt beeld) negativo, cliché (F)


negatiefdruk ZN

1 impression negative


negatieffilm ZN

1 pellicula/film (E) negative


negatiefproces ZN

1 (FOTO) disveloppamento negative


negativisme ZN

1 negativismo


negativist ZN

1 negativista


negativistisch BN

1 negativista


negativiteit ZN

1 (negative houding) negativitate


negen

1 H TELW, ZN novem
de -- muzen = le novem musas
iets in --en breken = rumper un cosa in novem partes/morsellos
hoofdstuk -- = capitulo novem
bladzijde -- = pagina novem
we zijn met zijn --en = nos es novem
met -- vermenigvuldigen = nonuplar


negenbladig BN

1 (PLANTK) con novem folios


negendaags BN

1 de novem jornos/dies
--e reis = viage de novem dies


negende R TELW

1 novesime, none
het -- deel = le novesime/none parte, le novesimo/nono
de Negende (Symfonie) van Beethoven = le None (Symphonia) de Beethoven
Lodewijk de Negende = Ludovico None/Novem


negendelig BN

1 de/in novem partes/tomos/volumines
--e TV-serie = serie televisate de novem partes


negenduizend H TELW

1 novem milles


negenentwintigste R TELW

1 vinti/viginti-novesime/none


negenhoek ZN

1 nonagono, enneagono


negenhoekig BN

1 enneagone, enneagonal
--e figuur = figura enneagone/enneagonal
-- prisma = prisma enneagone/enneagonal
--e piramide = pyramide enneagone/enneagonal


negenhonderd H TELW

1 novem centos


negenjarig BN

1 de novem annos
een -- meisje = un puera de novem annos


negenlettergrepig BN

1 enneasyllabe, enneasyllabic, de novem syllabas


negenlobbig BN

1 novemlobate


negenmaal BW

1 novem vices


negenmaands BN

1 de novem menses


negennervig BN

1 (PLANTK) novemnervate


negenoog ZN

1 (MED) antrace
2 (vis) lampreda


negenponder ZN

1 (iets van negen pond) objecto/pan/balla, etc. de novem libras


negenproef ZN

1 proba/prova del novem


negenpuntscirkel ZN

1 circulo de novem punctos


negenregelig BN

1 de novem versos, de novem lineas


negenrest ZN

1 resto de un division per novem


negental ZN

1 (negen stuks) novem pecias/copias, etc.
2 (SPORT) equipa de novem jocatores


negentien

1 ZN, H TELW dece-novem


negentiende R TELW

1 dece-novesime, dece-none, decimonone
het --e deel = le dece-none parte, le dece-nono
de -- april = le dece-novem de april


negentienjarig BN

1 de dece-novem annos


negentig

1 ZN, H TELW novanta
groep van -- = novantena


negentiger ZN

1 nonagenario


negentiger BN

1
de -- jaren = le annos novanta


negentigjarig BN

1 (negentig jaar oud) nonagenari
2 (negentig jaar durend) de novanta annos


negentigjarige ZN

1 nonagenario


negentigmaal BW

1 novanta vices


negentigste R TELW

1 novantesime
het -- deel = le novantesime parte, le novantesimo


negenurig BN

1 de novem horas
een --e werkdag = un jornata (de travalio/labor) de novem horas


negenvoud ZN

1 (negenmaal zo groot getal) nonuplo
2 (door negen deelbaar getal) multiplo de novem


negenvoudig BN

1 nonuple
de --e kampioen = qui ha essite campion novem vices
-- copiëren = reproducer in novem exemplares, facer novem copias


negenzijdig BN

1 a/de novem lateres, enneagone, enneagonal


neger ZN

1 negro


negerachtig BN

1 negroide


negerbevolking ZN

1 population nigre


negerbloed ZN

1 sanguine de negros


negerdans ZN

1 ballo/dansa de negros


negeren WW

1 finger non cognoscer, ignorar, disdignar
het stopteken -- = ignorar le signal de arresto
een advies -- = ignorar un consilio
de insinuaties -- = disdignar le insinuationes
iemand straal -- = ignorar completemente un persona
je moet hem gewoon -- = face como si ille non existe, ignora le!


negeren WW

1 tractar mal


negergezicht ZN

1 visage de negro


negerhaar ZN

1 capillos de negro


negerhandel ZN

1 commercio del negros


negerhut ZN

1 cabana de negros


negerij ZN

1 (afgelegen dorp) village distante
2 (negerdorp) village de negros


negerin ZN

1 negra, negressa


negerjongen ZN

1 puero nigre


negerkamp ZN

1 campo de negros


negerkoning ZN

1 rege de negros


negerkoren ZN

1 sorgho


negerkunst ZN

1 arte del negros


negerkwestie ZN

1 Zie: negervraagstuk


negerland ZN

1 terra de negros


negerlied ZN

1 canto de negros


negerlippen ZN MV

1 labios negroide


negerliteratuur ZN

1 litteratura de negros


negermeisje ZN

1 puera nigre


negermop ZN

1 burla de negros


negermuziek ZN

1 musica de negros


negerprobleem ZN

1 problema/question del negros


negerras ZN

1 racia de negros


negerslaaf ZN

1 sclavo nigre


negerstaat ZN

1 stato nigre/de negros


negerstam ZN

1 tribo de negros


negertaal ZN

1 lingua de negros


negertype ZN

1 typo negroide


negervolk ZN

1 populo nigre/de negros


negervraagstuk ZN

1 problema/question del negros


negerwijk ZN

1 quartiero de negros


negerzanger ZN

1 cantor/cantator negro/nigre


négligé ZN

1 négligé (F), déshabillé (F)


negligent BN

1 negligente


negligentie ZN

1 negligentia


negligentieclausule ZN

1 clausula de negligentia


negligeren WW

1 negliger


negorij ZN

1 Zie: negerij


negotie ZN

1 (handel) commercio, negotio
2 (koopwaar) mercantias de un venditor ambulante


negotiepenning ZN

1 moneta imaginari


negotiëren WW

1 (handel drijven) negotiar, commerciar
2 (onderhandelen) negotiar


negride BN

1 negroide


negritisch BN

1 del negritos


negrito ZN

1 negrito


negroïde BN

1 negroide
-- rassen = racias negroide


negroïden ZN MV

1 negroides


negro spiritual ZN

1 negro-spiritual (E), gospel (E)


Negus

1 negus


neigen WW

1 (overhellen tot een mening) inclinar (a), tender (a), propender (a)
ik neig ertoe te geloven dat U gelijk hebt = io tende/propende a creder que vos ha ration
naar beige --d = tendente al beige (F)
2 (hellen) inclinar, propender
naar één kant -- = verger
3 (doen hellen) inclinar
het hoofd -- = inclinar le testa/capite
4 (naar beneden gaan) descender
de zon neigt ter kimme = le sol descende al horizonte


neiging ZN

1 inclination, tendentia, propension, (pre)disposition, proclivitate
de -- vertonen/hebben om = inclinar a, haber tendentia a, tender a, propender a
aangeboren -- = inclination native
een zekere -- tot het kwaad = un certe proclivitate al mal
-- tot wreedheid = proclivitate al crueltate
-- tot overdrijven = tendentia a exaggerar
artistieke --en = tendentias artistic
fascistische --en = tendentias fascista
een algemene -- tot pessimisme = un tendentia general al pessimismo
ziekelijke -- tot liegen = tendentia/impulsion morbide a mentir
tegennatuurlijke/perverse -- = tendentia perverse/antinatural
zijn -- om alles maar goed te praten = su propension a excusar toto
zijn --en volgen = ceder/obedir a su impulsiones


nek ZN

1 nuca, collo, cervice
van de -- = nucal
gespierde -- = collo musculate/musculose
zijn -- breken = rumper se le collo
zijn -- uitsteken = prender riscos
iemand de -- omdraaien = torquer le collo a un persona
met een dikke -- = laticolle
-- aan -- = latere a latere, testa a testa
stijve -- = torticollis
(FIG) met het hoofd in de -- = con aeres de sufficientia
over zijn -- gaan = vomitar
daar ga ik van over mijn -- = isto me da nauseas
uit zijn -- kletsen = dicer nonsenso/stupiditates
iemand met de -- aankijken = dispreciar un persona


nekader ZN

1 vena cervical


nekband ZN

1 ligamento vervical


nekhaar ZN

1 pilo/capillo del nuca
je lult uit je --en = tu dice stupiditates


nekholte ZN

1 nuca


nekken WW

1 rumper le nuca, torquer le nuca
2 (FIG) (funest zijn voor) dar le colpo de gratia
een voorstel -- = torpedar un proposition


nekklier ZN

1 glandula cervical


nekkramp ZN

1 meningitis cerebrospinal


nekkrampbacterie ZN

1 meningococco


nekpijn ZN

1 dolores del nuca, cervicalgia


nekschot ZN

1 (schot in de nek) tiro/colpo in le/al nuca
2 (genadeschot) colpo de gratia


nekslag ZN

1 (slag in de nek) colpo in le nuca
2 (genadeslag) colpo final/de gratia
dit gaf de -- aan het bedrijf = isto dava le colpo final al interprisa


nekspier ZN

1 musculo cervical


neksteun ZN

1 appoianuca, appoiotesta


nekstijfheid ZN

1 rigiditate del nuca


nekton ZN

1 necton


nekvel ZN

1 pelle del collo
een hond in zijn -- pakken = prender un can per le pelle del collo


nekveren ZN MV

1 plumas del nuca


nekwervel ZN

1 vertebra cervical/del collo


nel ZN

1 novem


nelson ZN

1 nelson


nelumbium ZN

1 nelumbio


nematicide ZN

1 nematocida


nematocyste ZN

1 nematocysto


nematode ZN

1 nematodo


nemen WW

1 prender
het -- = prension, prehension, prisa
weer -- = reprender
het weer -- = reprisa
maatregelen -- = prender mesuras
voorzorgsmaatregelen -- = prender precautiones
in overweging -- = prender in consideration, considerar
het initiatief -- = prender le initiativa
iemand bij de hand -- = prender un persona per le mano
het woord -- = prender le parola
stelling -- = prender position
de verdediging op zich -- van = prender le defensa de
de zorg op zich -- voor = prender le cura de
iemand de maat -- = prender le mesuras de un persona
een besluit/beslissing -- = prender un partito/decision
een bad -- = prender un banio
stormenderhand -- = prender de assalto
een voorbeeld -- aan = prender exemplo de
tot vrouw -- = prender femina
de vlucht -- = prender le fuga
lessen -- = prender lectiones
ernstig -- = prender al serio
zijn toevlucht -- tot = recurrer a
de trein -- = prender le traino
wraak -- op = prender vindicantia super
de zaken -- zoals ze zijn = prender le cosas como illos son
de hoorn van de haak -- = distachar {sj} le receptor
uit de circulatie -- = retirar/retraher del circulation
een boek uit de handel -- = retirar/retraher un libro del vendita
een andere dokter -- = cambiar de medico
gevangen -- = captivar, capturar
op zich -- = cargar se de, assumer
de leiding op zich -- = assumer le direction
de verantwoordelijkheid op zich -- = assumer le responsabilitate
verplichtingen op zich -- = contractar obligationes
bij de neus -- = conducer per le naso
uit elkaar -- = dissecar, dismontar
(MIL) te -- = prendibile
er bij -- = adjunger, adder
zich genomen voelen = sentir de defraudate
zijn intrek -- in = allogiar se in
nota -- van = prender nota de
in overweging -- = considerar
in ogenschouw -- = contemplar
iets ter hand -- = occupar se de un cosa
iets voor lief -- = acceptar un cosa como illo es
neem nou... = pro exemplo


nemer ZN

1 prenditor, (koper) comprator


nemesia ZN

1 nemesia


Nemesis ZN EIGN

1 Nemesis
2 (FIG) nemesis


neobarok ZN

1 neobaroco


neocalvinisme ZN

1 neocalvinismo


neoclassicisme ZN

1 neoclassicisme


neoclassicist ZN

1 neoclassicista


neocommunist ZN

1 neocommunista


neoconservatief BN

1 neoconservative


neoconservatisme ZN

1 neoconservatismo


neocorporatisme ZN

1 neocorporatismo


neocortex ZN

1 neocortice


neocorticaal BN

1 neocortical


neocriticisme ZN

1 neocriticismo, neokantianismo


neodadaïsme ZN

1 neodadaismo


neodarwinisme ZN

1 neodarwinismo


neodarwinist ZN

1 neodarwinista


neodarwinistisch BN

1 neodarwinista


neodymium ZN

1 neodymium


neo-expressionisme ZN

1 neo-expressionismo


neo-expressionist ZN

1 neo-expressionista


neo-expressionistisch ZN

1 neo-expressionista


neofascisme ZN

1 neofascismo


neofascist ZN

1 neofascista


neofascistisch BN

1 neofascista, neofascistic


neofiet ZN

1 (nieuwgedoopte) neophyto
2 (monnik, priester) neophyto
3 (PLANTK) neophyto


neofiguratief BN

1 neofigurative


neofobie ZN

1 neophobia


neogeen BN

1 neogene, neogenic


neogeen ZN

1 neogeno


neogotiek ZN

1 neogothico


neogotisch BN

1 neogothic


neogrammaticus ZN

1 neogrammatico


neo-impressionisme ZN

1 neo-impressionismo


neo-impressionist ZN

1 neo-impressionista


neo-impressionistisch BN

1 neo-impressionista


neokantiaan ZN

1 neokantiano


neokantiaans BN

1 neokantian


neokantianisme ZN

1 neokantianismo, neocriticismo


neokapitalisme ZN

1 neocapitalismo


neokapitalist ZN

1 neocapitalista


neokapitalistisch BN

1 neocapitalista, neocapitalis-tic


neoklassicisme ZN

1 neoclassicismo


neoklassiek BN

1 neoclassic
--e bouwkunst = architectura neoclassic


neoklassikus ZN

1 neoclassico


neokolonialisme ZN

1 neocolonialismo


neokolonialist ZN

1 neocolonialista


neokolonialistisch BN

1 neocolonialista, neocolonialistic


neolamarckisme ZN

1 neolamarckismo


neolamarckist ZN

1 neolamarckista


Neolatijn ZN

1 neolatino


Neolatijns BN

1 neolatin
--e talen = linguas neolatin


neolatinist ZN

1 neolatinista


neoliberaal BN

1 neoliberal


neoliberaal ZN

1 neoliberaal


neoliberalisme ZN

1 neoliberalismo


neoliberalist ZN

1 neoliberalista


neoliberalistisch BN

1 neoliberalista


Neolithicum ZN

1 neolithico


neolithisch BN

1 neolithic
--e beschaving = civilisation neolithic


neologisch BN

1 neologic


neologisme ZN

1 neologismo
vorming van --n = neologia
iemand die --n gebruikt of invoert = neologista


neomalthusiaans BN

1 neomalthusian


neomalthusianisme ZN

1 neomalthusianismo


neomarxisme ZN

1 neomarxismo


neomarxist ZN

1 neomarxista


neomarxistisch BN

1 neomarxista


neomercantilisme ZN

1 neomercantilismo


neomist ZN

1 neophyto


neomycine ZN

1 neomycina


neon ZN

1 neon


neonataal BN

1 neonatal


neonatologie ZN

1 neonatologia


neonatologisch BN

1 neonatologic


neonatoloog ZN

1 neonatologo


neonazi ZN

1 neonazi {ts}, neonazista {ts}


neonazisme ZN

1 neonazismo {ts}


neonazistisch BN

1 neonazista {ts}


neonbaken ZN

1 jalon de neon


neonbuis ZN

1 tubo a(l)/de neon


neongas ZN

1 gas neon


neonlamp ZN

1 lampa a(l)/de neon


neonlicht ZN

1 lumine/luce a(l)/de neon


neontologie ZN

1 neontologia


neonverlichting ZN

1 illumination/exclaramento a(l)/de neon


neoplasma ZN

1 neoplasma


neoplasticisme ZN

1 neoplasticismo


neoplastisch BN

1 neoplastic


neoplatonisch BN

1 neoplatonic


neoplatonisme ZN

1 neoplatonismo
-- van Plotinus = neoplatonismo de Plotinus
christelijk -- = neoplatonismo christian


neoplatonist ZN

1 neoplatonico, neoplatonista


neopositivisme ZN

1 neopositivismo
aanhanger van het -- = neopositivista


neopositivist ZN

1 neopositivista


neopositivistisch BN

1 neopositivista, neopositivistic


neopreen ZN

1 neopreno


neoprof ZN

1 nove professional


neopythagorisch BN

1 neopythagoric


neopythagorisme ZN

1 neopythagorismo


neorama ZN

1 neorama


neorealisme ZN

1 neorealismo


neorealist ZN

1 neorealista


neorealistisch BN

1 neorealista, neorealistic
--e filmmaker = cineasta neorealista
--e film = film (E) neorealistic


neorenaissance ZN

1 neorenascentia


neoromantiek ZN

1 neoromanticismo


neoscholasticus ZN

1 neoscholastico, neothomista


neoscholastiek ZN

1 neoscholasticismo, neothomismo


neoscholastisch BN

1 neoscholastic, neothomista, neothomistic


neostalinist ZN

1 neostalinista


neostalinistisch BN

1 neostalinista


neoteen BN

1 neotenic


neotenie ZN

1 neotenia


neothomisme ZN

1 Zie: neoscholastiek


neothomist ZN

1 Zie: neoscholasticus


neothomistisch BN

1 Zie: neoscholastisch


neovitalisme ZN

1 neovitalismo


neozoïcum ZN

1 neozoico


Neozoïsch BN

1 neozoic


nep ZN

1 (waardeloos spul) cosalia, (namaak) ersatz (D)
dat is -- = isto non es ver


Nepal ZN EIGN

1 Nepal
bewoner van -- = nepalese


Nepalees BN

1 nepalese


Nepalees ZN

1 (bewoner) nepalese
2 (taal) nepalese


nepbaard ZN

1 barba posticie


nepbom ZN

1 bomba false


nepdiamant ZN

1 diamante false


nepent(hes) ZN

1 nepenthe


neper ZN

1 neper


neperiaans BN

1 neperian
--e logaritme = logarithmo neperian


nepers BN

1 Zie: neperiaans


nepotisme ZN

1 nepotismo


nepotist ZN

1 nepotista


neppen WW

1 dupar, mystificar


neppil ZN

1 placebo


neptunisch BN

1 neptunian


neptunisme ZN

1 neptunismo


neptunist ZN

1 neptunista


neptunium ZN

1 neptunium


Neptunus ZN EIGN

1 (ROM GODSD) Neptuno
van -- = neptunian
2 (ASTRON) Neptuno
van -- = neptunian


neptunuspost ZN

1 messages in bottilias


Neptunusvork ZN

1 tridente (de Neptuno)


nepzaak ZN

1 (winkel) magazin ubi on vende cosas de pauc/poc valor
2 (bedrog) duperia
de loterij was één grote -- = le lotteria esseva un grande duperia


nereïde ZN

1 nereide


nerf ZN

1 nervura, (in papier/leer) grano, (bladader) nervura, nervatura, nervation, vena
(PLANTK) --en hebben/krijgen = innervar


nergens BW

1 (op/in een andere plaats) nusquam, in nulle/necun parte/loco
-- anders = nusquam altere
dan ben je -- meer = alora on non sape que facer
2 (niets) nihil
dat lijkt -- naar = isto non resimila a nihil
dat dient -- toe = isto non servi a nihil
-- vanaf weten = non saper (de) nihil, non esser al currente de nihil
-- voor terugschrikken = non timer ni Deo ni Diabolo


nering ZN

1 (middel van bestaan) commercio
de tering naar de -- zetten = viver secundo su medios
2 (klandizie) clientela
een drukke/goede -- hebben = haber un clientela numerose, haber multe clientela


neringdoende ZN

1 botechero, commerciante, mercante


neritisch BN

1 neritic
--e zone = zona neritic/litoral
--e afzettingen = jacimentos/depositos neritic


Nero ZN EIGN

1 Neron
van -- = neronian


nero ZN

1 despota, tyranno


nerts ZN

1 (DIERK) vison
2 (bont) vison


nertsfokker ZN

1 elevator de visones


nertsfokkerij ZN

1 elevation de visones


nertshuid ZN

1 pelle de vison


nertsmantel ZN

1 mantello de vison


nervaal BN

1 nerval


nervatuur ZN

1 (van blad) nervation, nervura, nervatura


nerveus BN

1 (zenuwachtig) nervose
--e spanning = tension nervose
--e hoest = tusse nervose
2 (de zenuwen betreffend) nervose
--e ziekten = maladias nervose


nerveusheid ZN

1 nervositate


nervig BN

1 venate
met --e bladen = nervifoliate


nervositeit ZN

1 nervositate, (MED) nervosismo


nervus ZN

1 nervo


nes ZN

1 (landtong) lingua de terra


Nessus ZN EIGN

1 Nesso


nessushemd ZN

1 tunica de Nesso


nest ZN

1 nido
een -- bouwen = facer un nido, nidificar, annidar
het bouwen van een -- = nidification
--en uithalen = disannidar ovos
uit een goed -- komen = esser de bon racia/familia
2
(worp) -- jongen = portata, ventrata
-- honden = portata de canes
3 (in elkaar passende voorwerpen) nido
-- dozen = nido de cassas
4 (bed) lecto
5
in de --en zitten = esser in grande difficultates


nestblijver ZN

1 ave nidicole


nestbouw ZN

1 construction del nido, nidification


nestbromelia ZN

1 nidulario


nestdrift ZN

1 instincto de nidification/de annidar


nestel ZN

1 agulietta


nesteldrift ZN

1 Zie: nestdrift


nestelen WW

1 (een nest maken) facer un nido, nidificar, annidar
het -- = nidification
bacteriën nestelen zich in de wondjes = le parve plagas es le nidos de bacterios


nesteling ZN

1 (het nestelen) nidification
2 (vogel) pullo


nestelkruid ZN

1 zostera marin


nestelmaker ZN

1 aguliettero


nesterij ZN

1 cosa insignificante


nesthaar ZN

1 prime pilos


nestholte ZN

1 nido, (van wild dier) antro


nestkastje ZN

1 cassa pro nidification


nestkleed ZN

1 prime plumas/pilos


nestmateriaal ZN

1 material(es) del nido


Nestor ZN EIGN

1 Nestor


nestor ZN

1 (oudste) nestor


nestoriaan ZN

1 nestoriano


nestoriaans BN

1 nestorian
--e leer = doctrina nestorian
--e ketterij = heresia nestorian
--e Kerk = Ecclesia nestorian


Nestorius ZN EIGN

1 Nestorius
leer van -- = nestorianismo


nestparasiet ZN

1 parasito


nestplaats ZN

1 loco pro nidification, nido


nestveren ZN MV

1 prime plumas/pilos


nestvlieder ZN

1 ave nidifuge


nestvogel ZN

1 pullo


nestvol ZN

1 nidata


nestwarmte ZN

1 calor del nido
2 (FIG) affection familial


net BN

1 (ordelijk) in ordine, ordinate
2 (keurig) correcte
3 (beschaafd) decente, respectabile, correcte, convenibile, distinguite
--te buurt = quartiero decente/convenibile
--te mensen = gente decente
-- meisje = juvena decente
alles in het --te = decentemente
4 (schoon) nette, munde
--e toiletten = toilettes (F) munde
5 (sierlijk) elegante


net ZN

1 (weefsel met mazen) rete
de mazen van het -- = le malias del rete
de bal in het -- trappen = inviar le ballon in le rete
een -- knopen/breien = maliar un rete
--ten boeten = reparar retes
vangen in een -- = prender/attrappar con un rete
met een -- vissen = piscar con un rete
een -- uitzetten = tender un rete
iemand in zijn --ten verstrikken = atraher un persona in su retes
achter het -- vissen = arrivar/venir troppo tarde
2 (RADIO, TV) rete, canal, catena
eerste -- = prime catena (de television)
tweede -- = secunde catena (de television)
3 (netwerk) rete, systema
elektrisch -- = rete electric
-- van straten en kanalen = rete de stratas e canales
4 (netschrift) copia nette/munde
in het -- schrijven = facer un copia nette
5 (darmvlies) epiploon


net BW

1 (netjes) correctemente, convenibilemente, con cura
hij gaat altijd -- gekleed = ille se vesti sempre/semper con cura
2 exactemente, justo
-- op tijd = justo a tempore
ik wilde -- weggaan = io esseva super le puncto de partir, io voleva justo partir
3 (pas) a pena
ik ben -- thuis = io ha a pena arrivate a casa
ik ben er -- klaar mee = io ha a pena finite de facer lo
4 (precies als)
-- zo = identic
hij is -- zo groot als ik = ille es tanto grande como io
-- als gewoonlijk = como de costume
-- als het voorbeeld = conforme al modello
-- doen alsof = finger, facer como
het zijn -- broers = illes se resimila como fratres
het is -- koffie = isto resimila a caffe
hij is -- zijn vader = ille es le portrait (F) de su patre


netaansluiting ZN

1 connexion al rete electric


netbal ZN

1 (TENNIS) balla in/de rete


netbreuk ZN

1 (van het darmvlies) hernia del epiploon


netdraad ZN

1 filo de aranea


netel ZN

1 urtica


netelachtig BN

1 Zie: netelig


netelachtigen ZN MV

1 Zie: netelplanten


netelcel ZN

1 cellula urticante, nematoblasto, nematocysto


neteldier ZN

1 cnidario, acalephe


neteldoek ZN

1 musselina


neteldoeks BN

1 de musselina


neteldraad ZN

1 filamento


netelhaar ZN

1 pilo urticante


netelhennep ZN

1 galeopsis


netelig BN

1 plen de urticas, piccante, spinose
2 (lastig, moeilijk) spinose, delicate, critic
-- vraagstuk = problema spinose
--e zaak = question delicate
zich uit een --e situatie redden = liberar se de un situation delicate/critic/spinose
3 (lichtgeraakt) irascibile, iracunde, susceptibile, irritabile, choleric


neteligheid ZN

1 (moeilijkheid) difficultate, delicatessa, spinositate
2 (lichtgeraaktheid) susceptibilitate, irritabilitate, irascibilitate, iracundia


netelkapsel ZN

1 nematocysto


netelkoorts ZN

1 urticaria


netelorgaan ZN

1 hematocysto


netelplanten ZN MV

1 urticaceas


netelroos ZN

1 urticaria


neteluitslag ZN

1 Zie: netelroos


netelzucht ZN

1 Zie: netelroos


netenkam ZN

1 pectine fin


netfrequentie ZN

1 frequentia del rete


netheid ZN

1 (zindelijkheid) munditia, nettitate
2 (fatsoen) correction, decentia


netje ZN

1 (tasje) reticulo


netjes BN

1 Zie: net


netmaag ZN

1 (van herkauwers) reticulo, secunde stomacho


netnummer ZN

1 indicativo (interurban/del rete)


netpaal ZN

1 poste/palo de rete


netpositie ZN

1 (TENNIS) position al rete


netpython ZN

1 python reticulate


netrechter ZN

1 (TENNIS) judice de rete


netruim ZN

1 magazin/deposito del retes


netschakelaar ZN

1 interrruptor/commutator de rete


netschrift ZN

1 (de in het net geschreven copie) copia nette/munde
2 (cahier) quaderno de copias nette/munde


netservice ZN

1 (TENNIS) servicio de rete


netspanning ZN

1 tension/voltage de rete


netspel ZN

1 (TENNIS) joco al rete


netsteek ZN

1 puncto reticulate


netstof ZN

1 texito reticulate


netstok ZN

1 Zie: netpaal


netstroom ZN

1 currente de rete


netten WW

1 molliar, humectar


nettenboeter ZN

1 reparator de retes


nettenknoper ZN

1 Zie: nettenmaker


nettenmaker ZN

1 maliator


netto BN

1 nette
50 kilogram -- = 50 kilogrammas nette
zij verdient duizend euros -- = illa gania mille euros nette


nettobedrag ZN

1 amonta/summa nette


nettogewicht ZN

1 peso nette


nettohuur ZN

1 location nette


netto-investering ZN

1 investimento nette


nettoloon ZN

1 salario nette


netto-omzet ZN

1 volumine nette de negotios/de venditas


netto-opbrengst ZN

1 producto nette


nettoprijs ZN

1 precio nette


nettoproduktie ZN

1 production nette


nettosalaris ZN

1 salario nette


nettosaldo ZN

1 saldo nette


nettotarra ZN

1 tarra nette


nettotonnage ZN

1 tonnage nette


nettovracht ZN

1 (SCHEEP) frete nette


nettowaarde ZN

1 valor nette


nettowinst ZN

1 profito/beneficio nette


netvaten ZN MV

1 vasculos reticulate


netverband ZN

1 apparato reticulate


netvleugelige ZN

1 nevroptero


netvlies ZN

1 retina
letsel aan het -- = lesiones retinic


netvliesbloeding ZN

1 hemorrhagia del retina


netvliesgezwel ZN

1 tumor del retina


netvliesontsteking ZN

1 inflammation del retina, retinitis


netvoeding ZN

1 alimentation del rete


netvormig BN

1 retiforme, reticular, reticulate
(BIOL) -- weefsel = texito reticular


netweefsel ZN

1 (BIOL) texito reticular


netwerk ZN

1 (van handelwijzen/wegen) rete
-- van wegen en kanalen = rete de camminos e canales
-- van intriges = rete de intrigas/intricos
-- van spionnen = rete de spias/spiones
2 (raster) reticulation
een -- maken = reticular
3 (BIOL) (netwerk van vezeltjes in cellen/intracellulaire elementen) reticulo
4 (in het net geschreven (school)werk) copia nette/munde


netwerkanalyse ZN

1 analyse (-ysis) de circuito


netwerksynthese ZN

1 synthese (-esis) de circuito


neuken WW

1 futuer


neum ZN

1 neuma


neuraal BN

1 nerval, neural
--e plaat = placa neural
--e buis = tubo neural


neuralgie ZN

1 neuralgia
crurale -- = neuralgia crural
intercostale -- = neuralgia intercostal


neuralgisch BN

1 neuralgic
--e pijn = dolor neuralgic


neurastheen BN

1 neurasthenic


neurasthenicus ZN

1 neurasthenico


neurasthenie ZN

1 neurasthenia


neurasthenisch BN

1 neurasthenic


neuriën WW

1 cantar a bucca clause, cantettar


neuriet ZN

1 axon, cylindraxe


neuritis ZN

1 neuritis


neurobiologie ZN

1 neurobiologia


neurobiologisch BN

1 neurobiologic


neurobioloog ZN

1 neurobiologo


neuroblast ZN

1 neuroblasto


neurochemie ZN

1 neurochimia


neurochemisch BN

1 neurochemic


neurochirurg ZN

1 neurochirurgo


neurochirurgie ZN

1 neurochirurgia


neurochirurgisch BN

1 neurochirurgic
--e kliniek = clinica neurochirurgic


neurocybernetica ZN

1 neurocybernetica


neuro-endocrien BN

1 neuroendocrin


neuro-endocrinologie ZN

1 neuroendocrinologia


neurofibril ZN

1 neurofibrilla


neurofibroom ZN

1 neurofibroma


neurofysiologie ZN

1 neurophysiologia


neurofysiologisch BN

1 neurophysiologic


neurofysioloog ZN

1 neurophysiologo, neurophysiologista


neurohormoon ZN

1 neurohormon


neurolepticum ZN

1 neuroleptico


neuroleptisch BN

1 neuroleptic
--e stof = substantia neuroleptic


neurolinguïstiek ZN

1 neurolinguistica


neurologie ZN

1 neurologia


neurologisch BN

1 neurologic
--e kliniek = clinica neurologic


neuroloog ZN

1 neurologo, neurologista


neuroma ZN

1 neuroma


neuron ZN

1 neuron, cellula nervose
eenpolig -- = neuron unipolar/monopolar


neuronaal BN

1 neuronal, neuronic


neuronolyse ZN

1 neuronolyse (-ysis)


neuroot ZN

1 neurotico


neuropaat ZN

1 neuropathe


neuropathie ZN

1 neuropathia


neuropathisch BN

1 neuropathic


neuropathologie ZN

1 neuropathologia


neuropathologisch BN

1 neuropathologic
--e kli-niek = clinica neuropathologic


neuropatholoog ZN

1 neuropathologico, neuropathologo, neuropathologista


neuroplasma ZN

1 neuroplasma


neuroplegicum ZN

1 neuroplegico


neuropsychiatrie ZN

1 neuropsychiatria


neuropsychiatrisch BN

1 neuropsychiatric


neuropsychologie ZN

1 neuropsychologia


neuropsychologisch BN

1 neuropsychologic


neuropsycholoog ZN

1 neuropsychologo, neuropsychologista


neurosarcoom ZN

1 neurosarcoma


neurose ZN

1 neurose (-osis)


neuroticus ZN

1 neurotico


neurotisch BN

1 neurotic
-- gedrag = comportamento neurotic
--e aandoeningen = affectiones neurotic, neuroses


neurotiseren WW

1 render neurotic, provocar un neurose (-osis)


neurotomie ZN

1 neurotomia


neurotoxine ZN

1 neurotoxina


neurotoxisch BN

1 neurotoxic


neurotransmitter

1 neurotransmissor, neuromediator


neurotroop BN

1 neurotrope
--e virussen = viruses neurotrope
--e giften = toxicos neurotrope


neurotropisme ZN

1 neurotropismo


neurovegetatief BN

1 neurovegetative
-- systeem = systema neurovegetative


neurovirus ZN

1 neurovirus


neurula ZN

1 neurula


neus ZN

1 naso
van de -- = nasal
rechte -- = naso recte
spitse -- = naso punctate
(ANAT) onder de -- gelegen = subnasal
fijne "neus" hebben = haber flair (F), haber bon naso
zijn -- snuiten = essugar le naso
uit zijn -- bloeden = perder sanguine del naso
iemand bij de -- hebben = conducer un persona per le naso, dupar/mystificar un persona
zijn -- overal insteken = mitter le naso in toto
met zijn -- in de boeken zitten = esser con le naso in le libros
niet verder kijken dan zijn -- lang is = non vider ultra su naso
door de -- spreken = parlar per le naso
de -- optrekken = torquer le naso
een frisse -- halen = prender le fresco
door de -- uitspreken = nasalisar
het uitspreken door de -- = nasalisation
tussen -- en lippen = a un momento perdite
de -- van een vliegtuig = le naso de un avion
2 (SCHEEP) proa, taliamar


neusaandoening ZN

1 affection nasal/del naso


neusaap ZN

1 nasica


neusademhaling ZN

1 respiration nasal/per le naso


neusader ZN

1 vena nasal


neusamandel ZN

1 amygdala pharyngal, (vergroot) vegetationes adenoide


neusarts ZN

1 rhinologo, rhinologista


neusbeen ZN

1 osso nasal/del naso, (ploegschaarbeen) vomere


neusbeer ZN

1 nasua


neusbloeden ZN

1 Zie: neusbloeding


neusbloeding ZN

1 hemorrhagia nasal, (MED) epistaxis
een -- hebben = sanguinar del naso


neusbrandertje ZN

1 Zie: neuswarmertje


neuscatarre ZN

1 catarrho nasal, rhinitis


neusdoek ZN

1 pannello de naso


neusdruppels ZN MV

1 guttas nasal/pro le naso


neusgang ZN

1 passage nasal


neusgat ZN

1 orificio nasal, nare


neusgeluid ZN

1 sono nasal, nasalitate


neusgezwel ZN

1 tumor nasal/del naso


neushaai ZN

1 lamia cornubic


neushaar ZN

1 pilo nasal/del naso/del nare, (van katachtige) vibrissa


neusheelkunde ZN

1 rhinologia


neusheelkundig BN

1 rhinologic


neusholte ZN

1 fossa/cavitate nasal/del naso


neushoorn ZN

1 rhinocerote
Indische -- = rhinocerote indian
wollige -- = rhinocerote lanose
witte -- = rhinocerote blanc
zwarte -- = rhinocerote nigre
eenhoornige -- = rhinocerote unicorne


neushoornvogel ZN

1 calao


neushuid ZN

1 pelle del naso


neus-keelholte ZN

1 nasopharynge, rhinopharynge


neuskeelholte-ontsteking ZN

1 rhinolaryngitis


neuskegel ZN

1 cono (del naso)


neusklank ZN

1 sono nasal, nasal
de -- doen verdwijnen = denasalisar
het verdwijnen van de -- = denasalisation
2 nasalitate


neusklinker ZN

1 vocal oral


neusknijper ZN

1 pince-nez (F)


neuskouter ZN

1 cultro


neuskraakbeen ZN

1 cartilagine nasal/del naso


neuslengte ZN

1
winnen met een -- = vincer per un pilo


neusletter ZN

1 littera nasal


neuslijn ZN

1 linea/profilo nasal/del naso


neusloos BN

1 sin naso


neusontsteking ZN

1 rhinitis


neusopening ZN

1 orificio nasal


neusoperatie ZN

1 operation del naso


neuspeuteren WW

1 mitter se le digito in le naso


neuspijn ZN

1 rhinalgia


neuspoliep ZN

1 polypo nasal


neuspunt ZN

1 puncta de naso


neusring ZN

1 anello nasal/del naso


neusschelp ZN

1 concha nasal


neusslagader ZN

1 arteria nasal


neusslang ZN

1 nasica


neusslijm ZN

1 muco nasal


neusslijmvlies ZN

1 membrana pituitari, mucosa nasal


neusspecialist ZN

1 specialista de rhinologia, rhinologo, rhinologista


neusspeculum ZN

1 speculo nasal, rhinoscopio


neusspiegel ZN

1 Zie: neusspeculum


neusspier ZN

1 musculo nasal


neusspuitje ZN

1 syringa nasal


neusstem ZN

1 voce nasal


neusstuk ZN

1 (van helm, etc.) parte frontal, nasal


neuston ZN

1 neuston


neustussenschot ZN

1 septo (inter)nasal


neusuitwas ZN

1 tumor del naso


neusverkoudheid ZN

1 catarrho nasal, coryza, rhinitis


neusverstopping ZN

1 obstruction del fossas nasal


neusvleugel ZN

1 ala/aletta nasal/del naso, nare


neusvlies ZN

1 membrana pituitari


neusvocht ZN

1 muco nasal, mucositate


neusvogel ZN

1 tucano


neusvormig BN

1 nasiforme


neuswarmertje ZN

1 pipa multo curte


neuswijs BN

1 pedante, pretentiose, presumptuose


neuswijsheid ZN

1 pedantismo, pretention, pretension, presumptuositate


neuswijzigheid ZN

1 Zie: neuswijsheid


neuswortel ZN

1 radice/base del naso


neuszenuw ZN

1 nervo nasal


neut(je) ZN

1 bicarietto


neutraal BN

1 neutre, neutral
--e kleur = color neutre/neutral
--e houding = attitude neutre/neutral
--e school = schola neutre/neutral
-- grondgebied = territorio neutre/neutral
--e mogendheden = potentia neutre/neutral
-- terrein = terreno neutre/neutral
--e kleur = color neutre/neutral
2 (SCHEI, ELEKTR) neutre, neutral
--e zouten = sales neutre


neutrale ZN

1 (onpartijdige) neutral


neutralisatie ZN

1 (ook SCHEI) neutralisation


neutraliseren WW

1 (ook SCHEI) (neutraal maken) neutralisar
het -- = neutralisation
een zone -- = neutralisar un zona
een zuur -- = neutralisar un acido


neutralisering ZN

1 (ook SCHEI) neutralisation
-- van een zone = neutralisation de un zona
-- van een zuur = neutralisation de un acido


neutralisme ZN

1 neutralismo


neutralist ZN

1 neutralista


neutralistisch BN

1 neutralista, neutralistic
--e houding = attitude neutralista/neutralistic
--e politiek = politica neutralista/neutralistic


neutraliteit ZN

1 (ook SCHEI) neutralitate
de -- schenden = violar le neutralitate
een stricte -- in acht nemen = observar un stricte neutralitate
gewapende -- = neutralitate armate


neutraliteitspolitiek ZN

1 politica de neutralitate, neutralismo, neutralitate


neutraliteitsproclamatie ZN

1 proclamation de neutralitate


neutraliteitsrecht ZN

1 derecto de neutralitate


neutraliteitsverdrag ZN

1 tractato de neutralitate


neutraliteitsverklaring ZN

1 declaration de neutralitate


neutrino ZN

1 neutrino


neutrofiel BN

1 neutrophile


neutron ZN

1 neutron
langzaam/vertraagd -- = neutron retardate
snel -- = neutron rapide
thermisch -- = neutron thermic/thermal
massa van het -- = massa del neutron


neutronenbestraling ZN

1 irradiation per neutrones


neutronenbom ZN

1 bomba a/de neutrones


neutronenbundel ZN

1 fasce de neutrones


neutronendeficit ZN

1 deficit de neutrones


neutronendetector ZN

1 detector de neutrones


neutronendichtheid ZN

1 densitate de neutrones


neutronenfysica ZN

1 physica del neutrones


neutronengranaat ZN

1 granata a/de neutrones


neutronenster ZN

1 stella neutronic/de neutrones


neutronenstraal ZN

1 radio neutronic/de neutrones


neutronenstraling ZN

1 radiation de neutrones


neutrum ZN

1 (geslacht) genere neutre, neutro
2 (woord) parola neutre, neutro
3 (vorm) forma neutre, neutro


neuzelen WW

1 (door de neus spreken) parlar per le naso
2 (onzin uitkramen) dicer nonsenso


neuzen WW

1 mitter le naso in


ne varietur

1 ne varietur (L)
een akte -- laten paraferen = facer paraphar un acto ne varietur


nevel ZN

1 (mist) nebula, bruma
dichte -- = nebula dense/spisse
lichte -- = nebula legier
in --en gehuld zijn = esser involvite in brumas, (FIG, ook) esser multo enigmatic
2 (ASTRON) nebula, nebulosa
galactische -- = nebulosa galactic
extragalactische -- = nebula extragalactic
planetaire -- = nebulosa planetari
3 (MED) nebula
4 (damp, stoom) vapor


nevelachtig BN

1 nebulose, brumose
-- weer = tempore brumose


nevelachtigheid ZN

1 nebulositate


nevelapparaat ZN

1 Zie: nevelvormer


nevelbank ZN

1 banco de nebula/bruma


nevelbeeld ZN

1 imagine vage/imprecise


nevelblusser ZN

1 apparato de extinction nebulisante


nevelen WW

1 (misten) facer nebula/bruma


nevelflard ZN

1 fragmento de nebula/de bruma


nevelgordijn ZN

1 cortina de nebula/de bruma


nevelhypothese ZN

1 (ASTRON) hypothese (-esis) nebular/de Laplace


nevelig BN

1 brumose, nebulose, (in geringe mate nevelig) vaporose, (FIG) vage
--e atmosfeer = atmosphera brumose
--e lucht = celo vaporose


neveligheid ZN

1 nebulositate


neveling ZN

1 (nevel) nebula
2 (nevelachtigheid) nebulositate


nevelkamer ZN

1 camera de nebula/de Wilson


nevelmaand ZN

1 novembre


nevelmassa ZN

1 massa brumose/nebulose


nevelprojectiel ZN

1 projectil nebulose


nevelsluier ZN

1 velo de bruma/de nebula


nevelspuit ZN

1 nebulisator, pulverisator, (tegen brand) extinctor


nevelster ZN

1 stella nebulose, nebulosa


nevelvat ZN

1 camera de Wilson


nevelverspreider ZN

1 Zie: nevelvormer


nevelvlek ZN

1 macula nebulose
2 nebula, nebulosa


nevelvormer ZN

1 apparato fumigene


nevelvorming ZN

1 formation de nebula/bruma


nevelwolk ZN

1 nube nebulose


nevenaccent ZN

1 accento secundari


nevenactiviteit ZN

1 activitate secundari/collateral


nevenarbeid ZN

1 labor/travalio accessori/secundari/annexe


nevenartikel ZN

1 articulo annexe


nevenas ZN

1 axe secundari


nevenbaan ZN

1 empleo annexe/accessori/additional


nevenbedoeling ZN

1 intention secundari


nevenbedrijf ZN

1 industria secundari


nevenbetrekking ZN

1 empleo annexe/accessori/additional


nevendienst ZN

1 (in kerk) servicio pro infantes


nevendoel ZN

1 scopo/fin/objectivo secundari


neveneffect ZN

1 effecto secundari/collateral


nevenfiguur ZN

1 figura/personage secundari


nevenfunctie ZN

1 function annexe/accessori/additional/adjunctive, secunde empleo, activitate professional secundari


nevengeschikt BN

1 coordinate
--e zinnen = propositiones coordinate


nevenhandeling ZN

1 (LIT) episodio


nevenhoek ZN

1 (WISK) angulo adjacente/contigue


nevenindustrie ZN

1 industria secundari


neveninkomsten ZN MV

1 receptas adjunctive, altere receptas


nevenliggend BN

1 adjacente, contigue


nevenoplossing ZN

1 solution alternative


nevenprodukt ZN

1 producto annexe/secundari/accessori, subproducto, (SCHEI) producto derivate, derivato


nevenreactie ZN

1 reaction secundari


nevenrol ZN

1 rolo secundari


nevens VZ

1 (naast) al latere de
2 (behalve) ultra


nevenschikkend BN

1 copulative, coordinante, coordinative, de coordination, paratactic
-- voegwoord = conjunction copulative/coordinante/coordinative/de coordination
-- gebruiken = coordinar


nevenschikking ZN

1 coordination, parataxis


nevensgaand BN

1 ci/hic juncte, (in envelop) includite


nevensgaand BW

1 ci/hic juncto


nevenslagader ZN

1 arteria collateral


nevenstaand BN

1 adjacente, contigue


neventhema ZN

1 thema accidental


nevenverschijnsel ZN

1 phenomeno secundari


nevenvertrek ZN

1 Zie: zijkamer


nevenvoordeel ZN

1 avantage accessori


nevenvorm ZN

1 forma secundari


nevenwerking ZN

1 effecto secundari/collateral


nevenwerkzaamheden ZN MV

1 labores/travalios annexe/secundari/accessori/additional/collateral


nevenzaal ZN

1 sala annexe/lateral


Newfoundland ZN EIGN

1 Terra Nove


newfoundlander ZN

1 (hond) (can del) terra nove


Newfoundlander ZN

1 habitante de Terra Nove


new-look ZN

1 new-look (E)


New Orleans ZN EIGN

1 Nove Orleans


newton ZN

1 newton


Newton ZN EIGN

1 Newton
theorie van -- = theoria de Newton


newtoniaans BN

1 newtonian
le --e wet van de al-gemene aantrekkingskracht = le lege newtonian del gravitation universal


Newtonringen ZN MV

1 (FOTO) anellos (colorate) de Newton


new wave ZN

1 new wave (E)


New York ZN EIGN

1 Nove York


Newyorker ZN

1 neoyorkese


Newyorks BN

1 neoyorkese


niacine ZN

1 niacina


Niagara-waterval ZN

1 cataracto del Niagara


Nibelungenlied ZN EIGN

1 Canto/Canzone (I) del Nibelungen


Nicaragua ZN EIGN

1 Nicaragua
van/uit = nicaraguen
bewoner van -- = nicaragueno


Nicaraguaan ZN

1 nicaragueno


Nice ZN EIGN

1 Nice
van/uit -- = nizzarde


Niceens BN

1 nicen


niche ZN

1 (natuurlijk leefmilieu) niche (F)
ecologische -- = niche ecologic


nichroom ZN

1 nichromo


nicht ZN

1 (dochter van oom en tante) cosina
2 (oomzegster) nepta
3 (homo) homophilo, homosexual


nichtenbar ZN

1 bar (E) pro homophilos/pro homosexuales


nichtencafé ZN

1 caffe/café (F) de homophilos/homosexuales


nichterig BW

1
--e types = typos effeminate
-- praten = parlar como un homosexual/homophilo


nicol ZN

1 nicol


Nicolaas ZN EIGN

1 Nicolaus


nicolprisma ZN

1 Zie: nicol


nicotiana ZN

1 nicotiana


nicotine ZN

1 nicotina
van -- ontdoen = disnicotinisar


nicotinearm BN

1 disnicotinisate
--e sigaretten = cigarrettas disnicotinisate


nicotinebevattend BN

1 Zie: nicotinehoudend


nicotinefilter ZN

1 disnicotinisator


nicotinegehalte ZN

1
het -- verlagen = disnicotinisar


nicotinehoudend BN

1 nicotinose


nicotinevergiftiging ZN

1 intoxication de/per nicotina, nicotinismo


nicotinevlek ZN

1 macula de nicotina
vingers met --ken = digitos con maculas de nicotina, digitos jalne de nicotina


nicotinevrij BN

1 sin nicotina


nicotinezuur ZN

1 acido nicotinic, niacina


nicotinezuuramide ZN

1 nicotinamido


nidatie ZN

1 nidation


niëlleren WW

1 niellar
het -- = niellatura
goud -- = niellar le auro
een medaille -- = niellar un medalia


niëllering ZN

1 niellatura


niëllo ZN

1 niello


niëllograveerder ZN

1 niellator


niëllotechniek ZN

1 niellatura


niëllowerk ZN

1 niellatura


niemand ONB VNW

1 necuno, nemo
-- anders = necuno altere
helemaal -- = absolutemente nemo
-- van ons = necuno de nos
niets of -- = nihil o nemo
-- minder dan = nemo minus que


niemandal ZN

1 (kleinigheid) bagatella
2 (onbeduidend persoon) persona insignificante, nullitate


niemandal ONB VNW

1 absolutemente nihil


niemandsland ZN

1 terra de necuno/nemo, no man's land (E)


niemandsvriend ZN

1 amico de nemo, misanthropo


nier ZN

1 (orgaan) ren
wandelende -- = ren mobile/flottante
wegneming van een -- = ablation de un ren
schors van de -- = cortice surrenal
boven de --en gelegen = suprarenal
het aan de --en hebben = haber un maladia del renes, patir del renes
hij is tot in hart en --en een democraat = ille es democrate usque al medulla del ossos
2 (CUL) renion
gebakken --tjes = reniones frite


nieraandoening ZN

1 nephropathia


nieraanval ZN

1 attacco nephritic


nierabces ZN

1 abscesso al ren


nierachtig BN

1 reniforme


nierader ZN

1 vena renal


nierbed ZN

1 capsula renal/del ren


nierbekken ZN

1 pelve/bassino renal/del ren


nierbekkenontsteking ZN

1 inflammation del pelve/bassino renal/del ren, pyelitis


nierbeschrijving ZN

1 nephrographia


nierbloeding ZN

1 nephrorrhagia


nierbreuk ZN

1 hernia del ren, nephrocele


nierbroodje ZN

1 sandwich (E)/panetto al reniones


nierbuisje ZN

1 tubulo renal/urinifere


niercarcinoom ZN

1 carcinoma/cancere renal/del ren


niercel ZN

1 cellula renal


niercirrose ZN

1 cirrhose (-osis) renal


nierdialyse ZN

1 dialyse (-ysis) renal, hemodialyse (-ysis)


nierextirpatie ZN

1 extirpation de un ren, nephrectomia


nierextract ZN

1 extracto renal


nierfunctie ZN

1 function renal/del ren


niergezwel ZN

1 tumor del ren


niergordel ZN

1 cinctura/cincturon renal


niergraveel ZN

1 Zie: niergruis


niergruis ZN

1 sablo renal/urinari, gravella


nierhilus ZN

1 hilo del ren


nierkanker ZN

1 Zie: niercarcinoom


nierkapsel ZN

1 capsula renal/del ren


nierkelk ZN

1 pelve renal


nierkoliek ZN

1 colica renal/nephritic, nephralgia


nierkoorts ZN

1 febre nephritic


nierkramp ZN

1 spasmo del renes


nierkwaal ZN

1 Zie: nierziekte


nierlijden ZN

1 nephritis


nierlijder ZN

1 patiente nephritic, nephritico


niermerg ZN

1 medulla renal


nierontsteking ZN

1 inflammation del ren(es), nephritis


nieroogkreeft ZN

1 langustina


nieroperatie ZN

1 operation del ren, nephrotomia


nierpapil ZN

1 papilla renal


nierpatiënt ZN

1 patiente nephritic, nephritico


nierpijn ZN

1 dolores nephritic, nephralgia


nierpoort ZN

1 hilo del ren


nierragoût ZN

1 ragout (F) de reniones


nierschors ZN

1 cortice renal


nierslagader ZN

1 arteria renal


nierspecialist ZN

1 nephrologo, nephrologista


niersteen ZN

1 (MED) petra/calculo renal/nephritic, nephrolitho
2 (GEOL) jada


niersteenaanval ZN

1 Zie: niersteenkoliek


niersteenkoliek ZN

1 colica renal/nephritic


niersteenlijder ZN

1 malado de petra/calculo renal/nephritic


niersteenvergruizer ZN

1 Zie: niervergruizer


niersteenvorming ZN

1 lithiasis renal


nierstenen ZN MV

1 (kwaal) lithiasis renal, nephrolithiasis


nierstoot ZN

1 (SPORT) colpo in le renes


nierstreek ZN

1 region renal


niertepel ZN

1 papilla renal


niertje ZN

1 (CUL) renion


niertransplantatie ZN

1 transplantation/graffo renal/del ren


niertuberculose ZN

1 tuberculose (-osis) renal/del renes


niervaatkluwen ZN

1 glomerulos renal


niervaren ZN

1 polystycho


niervat ZN

1 vasculo renal


niervergiftiging ZN

1 uremia


niervergruizer ZN

1 lithotriptor


nierverharding ZN

1 induration renal


nierverzwering ZN

1 abscesso al ren


niervet ZN

1 grassia (del region) renal


niervlecht ZN

1 plexo renal


niervormig BN

1 reniforme
--e bladeren = folios reniforme
met --e bladeren = renifoliate


nierwee ZN

1 Zie: nierpijn


nierwond ZN

1 lesion renal


nierzand ZN

1 sablo renal/urinari, gravella


nierziekte ZN

1 renopathia, maladia del ren(es), nephrose (-osis)
tegen --n = antinephritic


nies ZN

1 sternutamento, sternutation


niesbui ZN

1 accesso/attacco de sternutamento/sternutation


nieskramp ZN

1 sternutation convulsive


nieskruid ZN

1 herba a sternutar, helleboro, veratro
zwart -- = helleboro nigre


niesmiddel ZN

1 medicamento sternutatori


niespoeder ZN

1 pulvere sternutatori/a sternutar


niesverwekkend BN

1 sternutatori


nieswortel ZN

1 (wortel van het nieskruid) radice de helleboro
2 (nieskruid) herba a sternutar, helleboro, veratro


niesziekte ZN

1 calicivirose (-osis)


niet BW

1 non
ik hoop van -- = io spera que non
ik kan -- komen = io non pote venir
in het geheel --, volstrekt/totaal -- = non del toto, nullemente
zo -- = si non, in caso negative
waarom --? = proque non?
nog -- = nondum, non jam, non ancora
is 't --?. -- waar? = nonne?


niet ZN

1 (meestal: nietje) agrafe, crampa
2 (klinknageltje) rivete
3 (mbt loterij) numero/billet non ganiante, blanco
4 (het niet zijn) nihil
uit het -- te voorschijn roepen = crear del nihil
te -- doen = abrogar, annullar, cancellar, abolir
om -- = pro nihil, gratis, gratuitemente


niet-aanvalsverdrag ZN

1 pacto/tractato de non-aggression


niet-actinisch BN

1 inactinic
-- licht = lumine/luce inactinic


niet-actueel BN

1 non-actual, inactual


niet-alcoholisch BN

1 non-alcoholic, sin alcohol


niet-ambtelijk BN

1 non-official, inofficial


nietapparaat ZN

1 Zie: nietmachine


niet-begrijpen ZN

1 incompre(he)nsion


niet-bestaan ZN

1 non-existentia


niet-bestaand BN

1 non-existente, inexistente


niet-betaald BN

1 non-pagate


niet-betaling ZN

1 non-pagamento


niet-bezitter ZN

1 non-possessor


niet-bindend BN

1 non-obligatori


niet-commercieel BN

1 non-commercial, a scopo non-lucrative, sin fines lucrative/de lucro


niet-commutativiteit ZN

1 non-commutativitate


niet-confessioneel BN

1 laic


niet-constructief BN

1 non-constructive
--e definitie = definition non-constructive


niet-contractueel BN

1 extracontractual


niet-discriminatie ZN

1 non-discrimination


niet-dodelijk BN

1 non-lethal


nieteling ZN

1 persona insignificante, homine sin valor, homine nulle, nullitate


nieten WW

1 (met nietjes) agrafar, crampar
2 (met klinknagels) rivetar


nietenwipper ZN

1 levaagrafes


nieter ZN

1 Zie: nietmachine


nietes! TW

1 no(n)!


niet-euclidisch BN

1 non-euclidian
--e meetkunde = geometria non-euclidian


niet-gebonden BN

1 libere
2 (POL) non-alineate
-- landen = paises/statos non-alineate


niet-gebondenheid ZN

1 libertate
2 (POL) non-alineamento


niet-geleidend BN

1 (ELEKTR) non-conductor, isolator, insulator


niet-geleider ZN

1 (ELEKTR) non-conductor, insulator, isolator


nietgezagsgetrouw BN

1 refractari al autoritate


niethamer ZN

1 (martello) rivetator


nietig BN

1 (JUR) invalide, nulle, casse
-- verklaren = annullar, infirmar, declarar nulle, nullificar, cassar, annihilar, invalidar, rescinder, vitiar
een contract -- verklaren = rescinder un contracto
--e overeenkomst = accordo invalide
-- testament = testamento inofficiose
2 (heel klein) minute, tenue
3 (zonder waarde) futile, insignificante
de mens is een -- wezen = le homine es un creatura insignificante


nietigheid ZN

1 (JUR) invaliditate, nullitate
-- van een testament = inofficiositate de un testamento
2 (onaanzienlijkheid) insignificantia
3 (vergankelijkheid) insignificantia, futilitate, (ijdelheid) vanitate
4 (voorwerp) cosa futile/trivial, cosa de pauc/poc importantia, bagatella


nietigverklarend BN

1 rescissori


nietigverklaring ZN

1 invalidation, cassation, annullation, annullamento, infirmation, nullification, rescission
formele -- = nullification formal
-- van een contract = nullification de un contracto
-- van een testament = cassation de un testamento
-- van een verkiezing = annullation de un election


niet-ingewijde ZN

1 non-initiato


niet-ingezetene ZN

1 non-residente, (buitenlander) estraniero


niet-ingezetene ZN

1 non-residente


niet-inmenging ZN

1 abstention
2 (POL) non-ingerentia, non-intervention


niet-inmengingspolitiek ZN

1 politica de non-ingerentia/de non-intervention


niet-invorderbaar BN

1 non-incassabile


niet-inwonend BN

1 non-residente, externe
--e kinderen = infantes qui non vive con lor genitores


nietje ZN

1 agrafe, crampa
2 (klinknageltje) rivete


nietjestrekker ZN

1 levacrampas, leva-agrafes


niet-jood ZN

1 non-judeo


niet-joodverklaring ZN

1 declaration de non-judaicitate, certificato de origine non judee


niet-lid ZN

1 non-adherente, non-membro, non-socio


niet-lineair BN

1 non-linear


nietmachine ZN

1 apparato/machina a/de crampar/agrafar
2 (voor klinknagels) machina a/de rivetar


niet-meewerken ZN

1 non-cooperation


niet-metaal ZN

1 metalloide


niet-nakoming ZN

1 non-execution, inexecution, inobservation, inobservantia


niet-naleving ZN

1 Zie: niet-nakoming


niet-negatief BN

1 non-negative
--e matrix = matrice non-negative
--e vorm = forma non-negative


niet-officieel BN

1 non-official, inofficial


niet-ontvankelijk BN

1 non receptive, inadmissibile, irrecipibile
een beroep -- verklaren = declarar irrecipibile un recurso


niet-ontvankelijkheid ZN

1 non-receptivitate, inadmissibilitate, irrecipibilitate
-- van een beroep = irrecipibilitate de un recurso


niet-oorlogvoerend BN

1 non-belligerente
-- land = pais non-belligerente


niet-oorlogvoerende ZN

1 non-belligerente


niet-openbaar BN

1 non-public


niet-overdraagbaar BN

1 non-transferibile, intransferibile, (mbt ziekten) non transmissibile
2 (JUR) non-transferibile


niet-overeenstemming ZN

1 non-conformitate


niet-partijgebonden BN

1 independente


nietpistool ZN

1 apparato a/de agrafar pneumatic
2 (voor klinknagels) rivetator pneumatic


niet-politiek BN

1 apolitic


niet-positief BN

1 non-positive
--e vorm = forma non-positive
--e matrix = matrice non-positive


niet-roken ZN

1 (opschrift) non-fumatores


niet-rokencoupé ZN

1 compartimento de/pro non-fumatores


niet-roker ZN

1 non-fumator


niet-rokers

1 (opschrift) non-fumatores


niets ONB VNW

1 (non ...) nihil, nil
ik weet -- = io non sape nihil
bijna -- = quasi nihil
ik heb -- meer = il non me resta/remane nihil
ik heb er -- op tegen = io non ha necun/nulle inconvenviente
-- is moeilijker dan = nihil es plus difficile que
-- waard zijn = non valer nihil
voor -- = pro nihil, gratis, gratuitemente
het is -- = isto non es nihil
dat kost -- = isto non costa nihil
ik weet er -- van = io non sape nihil de illo
-- anders = necun altere cosa, nihil altere
-- minder dan = nihil minus que
-- of niemand = nihil o nemo
het is helemaal voor -- geweest = toto ha essite in van
op -- uitlopen = conducer a nihil
voor -- gaat de zon op = in iste vita nihil es gratis
voor -- en niemand bang zijn = non timer nihil e nemo


niets BW

1 absolutemente non, nullemente, non ... del toto
dat bevalt mij -- = isto non me place del toto


niets ZN

1 nihil, nil
het -- = le nihilitate


nietsbeduidend BN

1 Zie: nietsbetekenend


nietsbeduidendheid ZN

1 insignificantia, futilitate


nietsbetekenend BN

1 insignificante, negligibile, nulle, futile


nietsdoen ZN

1 otiositate, inaction, inactivitate, disoccupation
tot -- gedwongen zijn = esser condemnate al inactivitate
het zalig -- = le dolce far niente (I), le dulce otiositate


nietsdoener ZN

1 persona otiose, otioso, persona disoccupate


niet-sferisch BN

1 non-spheric


nietsnut ZN

1 bon-a-nihil, persona incapabile/inutile


nietsnutter ZN

1 Zie: nietsnut


nietsontziend BN

1 inscrupulose
--e misdadiger = criminal inscrupulose


niet-stemmer ZN

1 abstentionista


niet-strijdend BN

1 non-combattente


niet-strijder ZN

1 non-combattente


nietsvermoedend BN

1 sin suspicion, qui conjice/conjectura nihil, ignar


nietswaardig BN

1 sin valor, de necun valor, futile
2 (slecht) basse, vil, abjecte


nietszeggend BN

1 disproviste de senso, insignificante, inexpressive, trivial, banal
--e woorden = parolas insignificante


niettegenstaande VZ

1 malgrado, nonobstante, in despecto de
-- mijn vergissing = in despecto de mi error
-- het feit dat = malgrado le facto que


niettegenstaande VW

1 ben que


niettemin BW

1 totevia, nonobstante isto, malgrado isto, in despecto de isto, tamen
-- is het waar dat = totevio il es ver que


niet-toelating ZN

1 non-admission


niet-toepassing ZN

1 non-application


niet-uitgekeerd BN

1
--e winsten = profitos/beneficios/lucros non distribuite


niet-uitvoering ZN

1 (JUR) non-execution


niet-vakman ZN

1 non-experto, non-professional, non-specialista


niet-verbindend BN

1 non-compulsori, que non obliga a nihil


niet-verschijnen ZN

1 (JUR) non-comparition


nietwaar TW

1 nonne
het is niet verplicht, nietwaar? = isto non es compulsori, nonne?


niet-warmtegeleidend BN

1 calorifuge


niet-waterig BN

1 non-aquose
--e oplossing = solution non-aquose


niet-zijn ZN

1 non-esser, inexistentia


nietzscheaan ZN

1 nietzscheano


nietzscheaans BN

1 nietzschean
-- pessimisme = pessimismo nietzschean
--e ethiek = ethica nietzschean


nietzscheanisme ZN

1 nietzscheanismo


nieuw BN

1 nove, novelle, (pas gebeurd OOK) recente, (nieuwerwets OOK) moderne
het --e jaar = le nove anno, le anno nove
-- boek = libro nove, (pas verschenen) libro recente
--e wijn = vino nove
--e maan = nove luna, luna nove, novilunio
-- huis = nove casa, (ander huis) altere casa
--e wereld = nove mundo
--e mode = novelle moda
naar de --ste mode = secundo le ultime moda
--e aardappels = patatas novelle/nove
--e ideeën = ideas novelle
--e haringen = haringos nove
--e richting in de kunst = nove/novelle tendentia/currente in le arte
een -- leven beginnen = comenciar un nove vita
Nieuwe Testament = Nove Testamento
iets --s = innovation
is dat iets --s? = esque isto es alco nove?
een --e sigaar opsteken = accender un altere cigarro
niet --s onder de zon = nihil nove sub le sol
het --e is eraf = le attraction del novitate ha disparite
Hollandse --e = le prime haringos fresc
het --ste snufje = le ultime novitate


nieuw ZN

1 nove cosas, nove vestimentos
zich in het -- steken = comprar nove vestimentos


nieuwaangekomene ZN

1 nove venito/arrivato


nieuwachtig BN

1 quasi nove


nieuwbakken BN

1 nove, novelle


nieuwbekeerde ZN

1 proselyto, nove converso/convertito, converso/convertito recente, neophyto


nieuwbouw ZN

1 edificios/casas de construction recente


nieuwbouwcomplex ZN

1 complexo de edificios/casas de construction recente


nieuwbouwflat ZN

1 edificio a appartamentos de construction recente


nieuwbouwhuis ZN

1 casa nove/de construction recente


nieuwbouwplan ZN

1 plano de nove constructiones/casas


nieuwbouwwijk ZN

1 quartiero nove/moderne/de construction recente


nieuwbouwwoning ZN

1 Zie: nieuwbouwhuis


Nieuw-Caledonië ZN EIGN

1 Nove Caledonia


Nieuwcaledoniër ZN

1 habitante de Nove Caledonia


Nieuwcaledonisch BN

1 de Nove Caledonia


nieuw-christendom ZN

1 neochristianismo


nieuweling ZN

1 (onervarene) comenciante, comenciator, débutant (F), novicio
2 (pas aangekomene) nove venito


nieuwemaan ZN

1 nove luna, luna nove, novilunio


nieuwerwets BW

1 secundo le ultime moda


nieuwerwets BN

1 nove, novelle, moderne


nieuwgeboren BN

1 neonate


nieuwgeborene ZN

1 neonato


nieuwgebouwd BN

1 de construction recente


nieuwgedoopte ZN

1 neophyto


nieuwgehuwd BN

1 Zie: pasgetrouwd


nieuwgemaakt BN

1 recente, recentemente facite, de data recente


nieuwgemunt BN

1 recentemente cuneate


nieuwgetrouwd BN

1 Zie: pasgetrouwd


nieuwgevormd BN

1 de formation recente, (TAAL) neologic
--e woorden = parolas de formation recente, neologismos


Nieuwgrieks BN

1 neogrec, romaic
--e taal = lingua romaic, romaico


Nieuwgrieks ZN

1 greco moderne, neogreco, romaico


Nieuw Guinea ZN EIGN

1 Nove Guinea


Nieuwguinees BN

1 de Nove Guinea


nieuwheid ZN

1 novitate, novellitate, frescor


Nieuwhoogduits ZN

1 moderne alte germano


nieuwigheid ZN

1 (iets onbekends) novitate, novellitate
afkeer van --en = misoneismo
2 (vernieuwing) innovation
--en invoeren = introducer innovationes, innovar
technische --en = innovationes technic


nieuwigheidsdrijver ZN

1 novator


nieuwigheidszucht ZN

1 mania del innovationes


nieuwjaar ZN

1 anno nove, nove anno
gelukkig -- = felice anno nove
mijn beste wensen voor -- = mi optime augurios pro le anno nove
ik wens u een gelukkig -- = io vos desira/desidera un prospere anno nove
-- vieren = celebrar le anno nove


nieuwjaarsbezoek ZN

1 visita de anno nove


nieuwjaarsboek ZN

1 libro de nove anno


nieuwjaarsboodschap ZN

1 message de anno nove


nieuwjaarsbrief ZN

1 littera de nove anno


nieuwjaarscadeau ZN

1 presente de anno nove, strena


nieuwjaarsconcert ZN

1 concerto de anno nove


nieuwjaarsdag ZN

1 die de anno nove


nieuwjaarsdicht ZN

1 poesia de nove anno


nieuwjaarsfeest ZN

1 festa de nove anno


nieuwjaarsgeschenk ZN

1 Zie: nieuwjaarscadeau


nieuwjaarsgroet ZN

1 salute(s) de anno nove


nieuwjaarskaart ZN

1 carta de anno nove


nieuwjaarslied ZN

1 canto de nove anno


nieuwjaarsmorgen ZN

1 matino de nove anno


nieuwjaarsochtend ZN

1 Zie: nieuwjaarsmorgen


nieuwjaarspost ZN

1 currero de anno nove


nieuwjaarsprent ZN

1 felicitation illustrate de nove anno


nieuwjaarsreceptie ZN

1 reception de nove anno


nieuwjaarsspeech ZN

1 discurso de anno nove


nieuwjaarsvisite ZN

1 visita de anno nove


nieuwjaarswens ZN

1 felicitation de nove anno


nieuwkatholicisme ZN

1 neocatholicismo


nieuwkatholiek ZN

1 neocatholico


nieuwkatholiek BN

1 neocatholic


nieuwkeltisch BN

1 neoceltic
--e talen = linguas neoceltic


nieuwkomer ZN

1 (nieuweling) nove venito
2 (iets nieuws) novitate, innovation


nieuwkoop ZN

1 compra recente, nove compra, nove acquisition


nieuwlands BN

1 de terra nove


Nieuwlatijn ZN

1 neolatino


nieuwlichter ZN

1 modernista, novator, innovator


nieuwlichterij ZN

1 modernismo, modernitates


nieuwmodisch BW

1 secundo le ultime moda


nieuwmodisch BN

1 moderne


nieuwprijs ZN

1 precio (in stato) nove, precio original


nieuws ZN

1 novas, informationes, notitias
het laatste -- = le ultime novas, le novas de ultime hora
commentaar op het -- geven = commentar le actualitate
2 (nieuwheid) novitate, novellitate


nieuwsagentschap ZN

1 agentia de informationes/de notitias/de pressa


nieuwsbericht ZN

1 nova, notitia, information
(ook RADIO, TV, etc.) --en = novas, bulletin de novas/de informationes


nieuwsblad ZN MV

1 jornal (de information), (MV) pressa de information


nieuwsbrief ZN

1 littera informative, bulletin de novas/information


nieuwsbron ZN

1 fonte de novas


nieuwsbulletin ZN

1 (ook RADIO en TV) bulletin informative/de novas/de informationes


nieuwsbureau ZN

1 Zie: nieuwsagentschap


nieuwsdienst ZN

1 servicio informative/de information/de novas/de pressa


nieuwsgaarder ZN

1 jornalista


nieuwsgaring ZN

1 collection de novas
vrije -- = libere collection de novas


nieuwsgierig BN

1 curiose
niet -- = incuriose
--e blikken = reguardos curiose
iemand -- maken = excitar le curiositate de un persona, intrigar/intricar un persona
ik ben niet -- naar de uitslag = io non es curiose de cognoscer le resultatos


nieuwsgierige ZN

1 persona curiose


nieuwsgierigheid ZN

1 curiositate
hinderlijke -- = curiositate importun
ongezonde -- = curiositate malsan
onbevredigde -- = curiositate insatisfacte
niet te bevredigen -- = curiositate insatiabile
uit louter -- = per mer curiositate
iemands -- wekken = eveliar/excitar le curiositate de un persona, intrigar/intricar un persona
zijn -- bedwingen = frenar su curiositate
prikkeling van de -- = excitation/excitamento del curiositate
zijn -- bevredigen = contentar/satiar/saturar/satisfacer su curiositate


nieuwshonger ZN

1 fame de novas, curiositate


nieuwsjager ZN

1 Zie: nieuwtjesjager


nieuwslezer ZN

1 speaker (E), lector de novas/de notitias


nieuwsmaar ZN

1 Zie: nieuwstijding


nieuwsmedia ZN MV

1 media


nieuwsoverzicht ZN

1 résumé (F)/summario del novas/informationes/notitias


nieuwstijding ZN

1 nova, information, notitia


nieuwsuitzending ZN

1 (bulletin de) informationes/novas


nieuwsvoorziening ZN

1 information


nieuwswaarde ZN

1 valor de actualitate


nieuwtestamentisch BN

1 del Nove Testamento, neotestamentari


nieuwtje ZN

1 (iets nieuws) novitate, (bericht) nova, notitia
een -- bekend maken = divulgar un nova
2 (hoedanigheid) novitate
het -- was eraf = illo habeva perdite le incantation del novitate


nieuwtjesjager ZN

1 chassator {sj}/cercator de novas/notitias


nieuwvorming ZN

1 (TAALK) (proces) neologia, (nieuw woord) neologismo, formation neologic, neoformation
door -- ontstaan = neologic
2 (MED) neoplasma, neoformation
door -- ont-staan = neoformate


nieuwwaarde ZN

1 valor (in le stato) nove


Nieuw Zeeland ZN EIGN

1 Nove Zelanda


Nieuwzeelander ZN

1 neozelandese


Nieuwzeelands BN

1 neozelandese
--e bevolking = population neozelandese


nieuwzilver ZN

1 argentano


nieuwzilverblik ZN

1 argentano laminate/in folios


nieuwzilverdraad ZN

1 filo de argentano


Nieuw Zuid Wales ZN EIGN

1 Nove Galles del Sud


niezen WW

1 sternutar
het -- = sternutamento, sternutation


niezer ZN

1 sternutator


niezing ZN

1 sternutamento, sternutation


ni-fe-kern ZN

1 nife


nigelle ZN

1 (PLANTK) nigella


Niger ZN EIGN

1 (rivier) Niger
2 (staat) Niger


Nigeria ZN EIGN

1 Nigeria


Nigeriaan ZN

1 nigeriano


Nigeriaans BN

1 nigerian


nigritisch BN

1 del negritos


nigromantie ZN

1 necromantia


nihil BN

1 nulle
de ontvangsten waren -- = le receptas esseva nulle


nihilisme ZN

1 nihilismo


nihilist ZN

1 nihilista


nihilistisch BN

1 nihilista, nihilistic


nijd ZN

1 (afgunst) invidia
uit louter -- = per pur invidia
scheel zien van -- = morir de invidia
2 (vijandschap) resentimento, odio
haat en -- = odio e resentimento


nijdas ZN

1 persona torve


nijdassen WW

1 molestar


nijdig BN

1 (boos) furiose
2 (afgunstig) invidiose
3 (nors) torve


nijdigheid ZN

1 (toorn) furia, cholera, ira
2 (afgunst) invidia
3 (norsheid) torvitate


nijgen WW

1 (buigen) inclinar se, inclinar le testa/capite, facer un reverentia


nijging ZN

1 reverentia, inclination


Nijl ZN EIGN

1 Nilo
Blauwe -- = Nilo azur
Witte -- = Nilo Blanc
van de -- = nilotic


Nijldal ZN EIGN

1 Vallea del Nilo


Nijldelta ZN EIGN

1 delta del Nilo


nijlhagedis ZN

1 lacerta nilotic/del Nilo


nijlkrokodil ZN

1 crocodilo nilotic/del Nilo


nijlpaard ZN

1 hippopotamo


nijlpaardehuid ZN

1 pelle de hippopotamo


nijlpaardevlees ZN

1 carne de hippopotamo


nijlreiger ZN

1 ibis


nijpen WW

1 pressar, premer, stringer, pinciar
--de behoefte = besonio stringente
--de armoede = povressa/paupertate extreme
--de koude = frigido pungente/pinciante/penetrante/acute


nijper ZN

1 pincia(s), tenalia(s)


nijptang ZN

1 Zie: nijper


nijver BN

1 diligente, active, assidue, sollicite, industriose, laboriose
het --e bijenvolkje = le apes laboriose


nijverheid ZN

1 industria
handel en -- = commercio e industria
tak van -- = branca de industria


nijverheidsberoep ZN

1 profession industrial


nijverheidsbond ZN

1 syndicato industrial


nijverheidskunst ZN

1 arte industrial


nijverheidsonderneming ZN

1 interprisa industrial


nijverheidsonderwijs ZN

1 inseniamento industrial/technic


nijverheidsprodukten ZN MV

1 productos industrial


nijverheidsschool ZN

1 (technische school) schola industrial/technic


nijverheidstentoonstelling ZN

1 exposition industrial/del industria


nijverheidsvoortbrengselen ZN MV

1 productos industrial/del industria


Nikkei-index ZN

1 indice/index Nikkei


nikkel ZN

1 nickel
het -- verwijderen = disnickelar


nikkelaar ZN

1 nickelator


nikkelalliage ZN

1 Zie: nikkellegering


nikkelbad ZN

1 banio de nickel/de nickelage


nikkelbrons ZN

1 bronzo de nickel


nikkelchroom ZN

1 nichromo


nikkeldraad ZN

1 filo de nickel


nikkelen BN

1 de nickel
-- muntstukje = nickel


nikkelerts ZN

1 mineral de nickel


nikkelhoudend BN

1 nickelifere, que contine nickel


nikkelijzer ZN

1 ferronickel


nikkelkoper ZN

1 argentano


nikkellaag ZN

1 jacimento de nickel


nikkellegering ZN

1 alligato de nickel


nikkelmessing ZN

1 argentano


nikkelmijn ZN

1 mina de nickel


nikkelmunt ZN

1 moneta de nickel


nikkelnet ZN

1 rete de filo de nickel


nikkelproduktie ZN

1 production de nickel


nikkelstaal ZN

1 aciero nickelate/al nickel


nikkelstuk ZN

1 moneta de nickel


nikkelverbinding ZN

1 composito de nickel


nikkelzilver ZN

1 argentano


nikkelzout ZN

1 sal de nickel


nikken WW

1 facer un signo del testa/capite, inclinar le testa/capite


nikker ZN

1 negro


niks BW

1 nullemente, non ... del toto


niks ONB VNW

1 Zie: niets
dat is -- waard = isto non vale nihil
dat is niet -- = isto non es pauc/poc cosa
om -- = pro nihil


niksen WW

1 otiar, esser inactive, guastar su tempore


niksnut ZN

1 Zie: nietsnut


nilotisch BN

1 nilotic


nilpotent BN

1 nilpotente
--e groep = gruppo nilpotente
--e operator = operator nilpotente


nimbostratus ZN

1 nimbostratus, nimbostrato


nimbus ZN

1 (stralenkrans) nimbo, aureola, corona
2 (METEO) nimbo


nimf ZN

1 (bekoorlijk meisje) nympha
2 (MYTH) nympha
3 (insekt) nympha


nimfkruid ZN

1 najas


nimfkruidfamilie ZN

1 najadaceas


nimfomaan BN

1 nymphomane, nymphomaniac


nimfomane ZN

1 nymphomana, nymphomaniaca


nimfomanie ZN

1 nymphomania


nimfstadium ZN

1 (van insekt) stadio nymphal


nimmer BW

1 nunquam, jammais, non ... jammais, in necun momento/tempore


nimmermeer BW

1 Zie: nimmer


nimmerzat ZN

1 (DIERK) tantalo


Nimrod ZN EIGN

1 Nimrod


Ninive(h) ZN EIGN

1 Ninive
bewoner van -- = ninivita


Ninivitisch BN

1 ninivita


niobium ZN

1 niobium


nipje ZN

1 parve bibita/gorgata


NIPO

1 (Afk.: Nederlands Instituut voor de Publieke Opinie) Instituto Nederlandese de Opinion Public


nippel ZN

1 niple


nippen WW

1 biber a parve bibitas/gorgatas, sorber


nippertje ZN

1
op het -- = justo a tempore, al ultime momento/secunda/minuta, in extremis (L)
altijd op het -- komen = venir semper/sempre al ultime momento


Nippon ZN EIGN

1 Nippon


nipt BN

1 stricte


nirvana ZN

1 nirvana (Skr)
van het -- = nirvanic


nis ZN

1 niche (F)
in een -- zetten = nichar {sj}


nitraat ZN

1 nitrato
omzetten in -- = nitrificar
omzetting in -- = nitrification


nitraatplant ZN

1 planta nitrophile


nitraatvergend BN

1 nitrophile


nitraatvorming ZN

1 nitrification


nitreren BN

1 nitrar
het -- = nitration


nitrering ZN

1 nitration


nitreus BN

1 nitrose
--e dampen = vapores nitrose


nitride ZN

1 nitrido, nitruro


nitriet ZN

1 nitrito


nitrificatie ZN

1 nitrification


nitril ZN

1 nitrillo


nitrinezuur ZN

1 acido nitric


nitrobacterie ZN

1 nitrobacterio


nitrobenzeen ZN

1 nitrobenzene, nitrobenzina


nitrobenzol ZN

1 Zie: nitrobenzeen


nitrocellulose ZN

1 nitrocellulosa, pyroxylo, fulmicoton


nitrofiel BN

1 nitrophile


nitrofosfaat ZN

1 nitrophosphato


nitrogenium ZN

1 azoto, nitrogeno


nitroglycerine ZN

1 nitroglycerina, glyceroltrinitrato


nitroglycerol ZN

1 nitroglycerina


nitrometer ZN

1 nitrometro


nitrotolueen ZN

1 nitrotoluene


nitroverbinding ZN

1 composito de nitro/azoto


nitwit ZN

1 persona incapace


niveau ZN

1 nivello, standard (E), grado
het -- van het water = le nivello del aqua
op ministerieel -- = a nivello ministerial
op hoog -- = a alte nivello
een onderzoek van -- = un investigation de alte nivello
debat op internationaal -- = debatto a nivello international
voetbal op hoog -- = football (E) de alte qualitate
een gesprek op -- = un discussion de alte qualitate
besprekingen op het hoogste -- = conversationes al maxime nivello
geestelijk -- = nivello intellectual
bewolking in de hogere --s = nubes in le regiones superior
verschil in -- = differentia de nivello
het -- daalt = le nivello bassa
het -- stijgt = le nivello monta
afdalen tot het -- van zijn gehoor = descender al nivello de su audientia
op hetzelfde -- staan als = esser del nivello de


niveaukanaal ZN

1 canal a nivello/sin esclusas


niveaukruising ZN

1 cruciamento al mesme nivello


niveauverandering ZN

1 cambio/cambiamento de nivello


niveauverschil ZN

1 differentia de nivello
het -- van de leerlingen = le differentia de nivello inter le alumnos


niveauvlak ZN

1 plano/superficie de nivello


niveleringstendens ZN

1 tendentia de nivellamento


nivelleerder ZN

1 nivellator


nivelleren WW

1 (vlak maken) nivellar, equalar, equalisar, applanar
een vloer -- = nivellar un solo
2 (FIG) nivellar, equalar, equalisar
de lonen -- = nivellar/equalisar le salarios
het -- van de lonen = nivellamento/equalisation del salarios


nivellering ZN

1 (ook FIG) equalisation, nivellamento
-- van de lonen = nivellamento/equalisation del salarios
geestelijke -- = nivellamento intellectual


nivelleringseffect ZN

1 effecto de nivellamento


nivelleringsmanie ZN

1 mania de nivellamento


nivelleringsproces ZN

1 processo de nivellamento


nivometer ZN

1 nivometro


nivose ZN

1 (sneeuwmaand) nivoso


nizam ZN

1 (titel van de vorst van Haiderabad) nizam


Noach ZN EIGN

1 Noe
ark van -- = arca de Noe


Nobel ZN EIGN

1 Nobel


nobel BN

1 (edelmoedig) nobile, generose, (grootmoedig) magnanime
-- karakter = character nobile
2 (edel) nobile
--e gelaatstrekken = tractos nobile


nobel ZN

1 (munt) nobile


nobelheid ZN

1 nobilitate


nobelium ZN

1 nobelium


Nobelprijs ZN

1 premio/precio Nobel
de -- voor de vrede = le premio/precio Nobel del pace
winnaar van de -- = laureato del premio/precio Nobel


Nobelprijswinnaar ZN

1 laureato del premio/precio Nobel


nobiliteit ZN

1 nobilitate


noblesse oblige ZN

1 noblesse oblige (F)


N.O.C.

1 (Afk.: Nederlands Olympisch Comité) Comité (F)/committee (E)/commission Olympic Nederlandese


noch VW

1 ni, nec
-- ... -- ... = ni/nec ... ni/nec ...
vlees -- vis = ni carne ni pisce
tijd -- zin hebben = non haber ni tempore ni inclination
je broer -- ik hebben het gezien = ni tu fratre ni io lo ha vidite
-- de een -- de andere = ni le un ni le altere
-- het een -- het andere = ni un cosa ni le altere
-- hij -- zijn vrouw waren er = ni ille ni su marita esseva presente


nochtans BW

1 nonobstante, totevia, tamen


nociceptief BN

1 nociceptive
--e reflexen = reflexos nociceptive


nociceptor ZN

1 nociceptor


noclaim-korting ZN

1 bonus (L), bonification pro absentia de reclamationes, bonification pro non-reclamation


noctambule ZN

1 noctambulo, somnambulo


noctambulisme ZN

1 noctambulismo, somnambulismo


noctuarium ZN

1 casa pro animales nocturne


nocturne ZN

1 (MUZ) nocturno
2 (KERK) nocturno


nodaal BN

1 nodal


node ZN

1
van -- zijn = esser necessari
van -- hebben = haber besonio de, besoniar, necessitar


node BW

1 (gedwongen) involuntarimente, reluctantemente, contra su grado, con repugnantia
hij wil -- vertrekken = ille es reluctante a partir
2 (ternauwernood) a pena
Jan kan haar -- missen = Jan non pote viver sin illa
-- zullen wij hem missen = nos regrettara su absentia


nodeloos BN

1 inutile, van, non necessari, superflue
zich -- ongerust maken = inquietar se inutilmente
2 (JUR) frustratori


nodeloosheid ZN

1 inutilitate


noden WW

1 (uitnodigen) invitar (a) convitar (a)
hij noodde ons aan tafel = ille nos invitava a seder nos al tabula
2 (er toe aanzetten) invitar (a)
het weer noodt niet tot een wandeling = le tempore non invita a un promenada


nodig BN

1 (noodzakelijk) necesse, necessari, indispensabile
-- hebben = haber besonio de, besoniar, necessitar
hoog -- hebben = haber grande besonio de
de --e maatregelen treffen = prender le mesuras necessari
dat is hard/dringend -- = isto es multo urgente, isto es un necessitate imperiose
als het -- is, zo -- = si il es necessari, in caso de necessitate, al besonio
het -- vinden = considerar necessari
-- weg moeten = deber partir absolutemente
2 (gebruikelijk) usual, habitual, accostumate


nodigen BN

1 invitar (a), convitar (a)
iemand tot de maaltijd -- = invitar un persona a dinar
iemand op een feest -- = invitar un persona a un festa


nodigheid ZN

1 necessitate


nodiging ZN

1 invitation


nodulair BN

1 nodular, nodose, nodulose


nodulus ZN

1 nodulo


nodus ZN

1 (MED) nodositate


noedels ZN MV

1 pasta


noedelsoep ZN

1 suppa de pasta


noëma ZN

1 noema


noëmatisch BN

1 noematic


noembaar BN

1 exprimibile


noemen WW

1 (een naam/hoedanigheid geven) appellar, nominar, denominar, (betitelen) qualificar (de), (uitmaken (voor)) tractar (de)
de dingen bij hun naam -- = appellar le cosas per lor nomine
met name -- = nominar explicitemente, designar nominativemente
niet te -- = innominabile
de beweging is naar hem genoemd = le movimento ha su nomine
iemand een leugenaar -- = tractar un persona de mentitor
2 (vermelden) mentionar, citar
een voorbeeld -- = dar un exemplo


noemenswaard(ig) BN

1 digne de mention, digne de esser mentionate, notabile, importante, considerabile, appreciabile
een -- verschil = un differentia notabile/considerabile/appreciabile
niet -- = insignificante, negligibile


noemer ZN

1 (naamgever) nominator
2 (WISK) denominator
gemeenschappelijke -- = denominator commun
twee breuken onder dezelfde -- brengen = reducer duo fractiones al mesme denominator
(FIG) alles onder één -- brengen = (ag)gruppar toto sub un denominator commun
3 (nominatief) nominativo


noen ZN

1 mediedie, meridie


noenmaal ZN

1 repasto del mediedie/de meridie


noenrust ZN

1 pausa de mediedie/de meridie


noenslaapje ZN

1 siesta


noësis ZN

1 noesis


noest ZN

1 (in hout) nodo


noest BN

1 diligente, assidue, active, industriose, infatigabile
--e werkers = laboratores/travaliatores diligente/infatigabile
--e arbeid = labor/travalio (facite) con diligentia/zelo
--e vlijt = application infatigabile, assiduitate


noesterig BN

1 Zie: noestig


noestheid ZN

1 diligentia, assiduitate, application


noestig BN

1 nodose


noestigheid ZN

1 nodositate


noëtisch BN

1 noetic


nog BW

1 ancora
-- steeds/altijd = ancora, semper, sempre
-- eens = ancora un vice, altere vice, de novo, itero
-- eens en -- eens = itero e itero
(TW) (bis!) -- eens! = ancora!
-- nooit = nunquam
vandaag -- = hodie ipse/mesmo
wil je -- thee? = vole tu ancora the?
geef me -- een glas = da me un altere vitro


noga ZN

1 nougat (F)


nogablok ZN

1 bloco de nougat (F)


nogakoekje ZN

1 biscuit de nougat (F)


nogakraam ZN

1 stand (E) de nougat (F)


nogal BW

1 satis, assatis, bastante
hij lijkt me -- pedant = ille me pare assatis pedante
dat gebeurt -- eens = isto occure/eveni con bastante frequentia
-- wiedes = bastante logic


nogareep ZN

1 barra/tabletta de nougat (F)


nogmaals BW

1 ancora un vice, altere vice, de novo, itero
ik zeg u --, wees voorzichtig = io vos lo repete, sia prudente


no-iron BN

1 que non necessita repassage
2 (opschrift) non repassar


nok ZN

1 (deel van het dak) culmine de tecto, cresta, crista
2 (TECHN) camma
platte -- = camma platte


nokbalk ZN

1 trabe/trave/arbore del culmine del tecto


nokbint ZN

1 Zie: nokbalk


nokkenas ZN

1 arbore a/de cammas


nokkenschijf ZN

1 disco a/de cammas


nol ZN

1 (duin) duna


nolens volens

1 nolens volens (L)


noli me tangere ZN

1 noli me tangere (L)


noma ZN

1 noma


nomade ZN

1 (steppenbewoner) nomade
2 (iemand met een zwervend bestaan) nomade


nomadenbestaan ZN

1 Zie: nomadenleven


nomadenleven ZN

1 nomadismo, vita/existentia nomade


nomadenstam ZN

1 tribo nomade


nomadenvolk ZN

1 populo nomade


nomadisch BN

1 nomade
een -- leven leiden = viver como un nomade


nomadisme ZN

1 nomadismo


nomen ZN

1 (naam) nomine
-- est omen = le nomine es un presagio/augurio
2 (TAAL) (naamwoord) nomine, substantivo


nomenclator ZN

1 (ROM GESCH) nomenclator
2 naamlijstmaker, naamgever


nomenclatuur ZN

1 (geheel van regels) nomenclatura
Brusselse -- = nomenclatura de Bruxelles
2 (naamregister) nomenclatura
botanische -- = nomenclatura botanic
chemische -- = nomenclatura chimic
systematische -- = nomenclatura systematic
binominale/binomiale -- = nomenclatura binominal/binomial
de -- maken van = nomenclar


nominaal BN

1 (in geldswaarde uitgedrukt) nominal, extrinsec
--e waarde van een munt = valor nominal/extrinsec de un moneta
-- kapitaal = capital nominal
--e opbrengst = rendimento nominal
2 (TAAL) nominal
--e zin = phrase nominal
3 (de naam betreffend) nominal


nominalisatie ZN

1 nominalisation


nominaliseren WW

1 nominalisar


nominalisering ZN

1 nominalisation


nominalisme ZN

1 nominalismo
wetenschappelijk -- = nominalismo scientific


nominalist ZN

1 nominalista


nominalistisch BN

1 nominalista, nominalistic
--e leer = doctrina nominalista/nominalistic


nominatie ZN

1 (benoeming) nomination, appunctamento
2 (voordracht) lista de nomination, lista de candidatos
op de -- staan = esser in le lista (del candidatos)


nominatief BN

1 nominative
--e aandelen = actiones nominative


nominatief ZN

1 (naamval) nominativo
2 (woord) nominativo


nomineren WW

1 proponer como candidato


nomisch BN

1 nomic


nomisme ZN

1 nomismo


nomocratie ZN

1 nomocratia


nomograaf ZN

1 nomographo


nomografie ZN

1 nomographia


nomografisch BN

1 nomographic


nomogram ZN

1 nomogramma


nomologie ZN

1 nomologia


nomologisch BN

1 nomologic


nomotheet ZN

1 nomotheto


nomothetisch BN

1 nomothetic


non ZN

1 religiosa, monacha, soror


non-acceptatie ZN

1 non-acceptation, refusa de acceptation


non-actief ZN

1 non-activitate, disponibilitate, inactivitate


non-actief BN

1 in non-activitate, in disponibilitate, in inactivitate


non-activiteit ZN

1 Zie: non-actief ZN


non-agressiepact ZN

1 pacto/tractato de non-aggression


nonas ZN MV

1 (ROM GESCH) nonas
2 (KERK) nonas


non-belligerent BN

1 non-belligerente


non-belligerent ZN

1 non-belligerente


non-belligerentie ZN

1 non-belligerentia


nonchalance ZN

1 nonchalance (F), negligentia, inadvertentia, abandono, laxitate, (onverschilligheid) indifferentia


nonchalant BN

1 nonchalant (F), negligente, inadvertente, laxe, (onverschillig) indifferente


non-combattant ZN

1 non-combattente


non-comparitie ZN

1 non-comparition


non-conform BN

1 non-conforme


non-conformisme ZN

1 non-conformismo


non-conformist ZN

1 non-conformista


non-conformistisch BN

1 non-conformista, non-conformistic
--e intellectueel = intellectual non-conformista
--e geest = spirito non-conformista
--e houding = attitude non-conformista
--e leer = doctrina non-conformista


non-conformiteit ZN

1 non-conformitate


non-coöperatie ZN

1 non-cooperation


nondescript BN

1 insignificante


nonet ZN

1 nonetto


non-ferrometaal ZN

1 metallo non-ferrose/non-ferree


non-fiction ZN

1 non-fiction


non-figuratief BN

1 non-figurative, abstracte
--e kunst = arte non-figurative
--e schilderkunst = pictura non-figurative/abstracte
--e schilder = pictor non-figurative/abstracte


non-food BN

1 non-alimentari


non-interventie ZN

1 non-intervention
voorstander van -- = non-interventionista


non-interventiepolitiek ZN

1 politica de non-intervention


nonius ZN

1 nonius, vernier (F)


nonnengewaad ZN

1 habito de monacha/religiosa


nonnenkap ZN

1 tocca de monacha/religiosa


nonnenkleed ZN

1 habito de monacha/religiosa


nonnenklooster ZN

1 convento feminin/de monachas/religiosas


nonnenkoor ZN

1 choro de monachas/religiosas


nonnenleven ZN

1 vita de monacha/religiosa


nonnenorde ZN

1 ordine de monachas/religiosas


nonnenschool ZN

1 schola de monachas/religiosas, convento


nonnensluier ZN

1 velo de monacha/religiosa


non plus ultra ZN

1 non plus ultra (L)


non-profit BN

1 sin fin(es)/scopo(s) lucrative/de lucro


non-proliferatie ZN

1 non-proliferation


non-proliferatieverdrag ZN

1 tractato de non-proliferation


nonsens ZN

1 nonsenso, absurditate
pure -- = mer nonsenso
-- verkopen = dicer absurditates


nonsensicaal BN

1 absurde


nonsenspoëzie ZN

1 poesia absurde/ridicule


nonsensverhaal ZN

1 conto/historia absurde/ridicule


non-stop BN

1 non-stop, ininterrupte, ininterrumpite
het hele weekend -- muziek = tote le fin de septimana/le weekend (E) con musica ininterrumpite


non-stopprogramma ZN

1 programma non-stop/ininterrumpite/ininterrupte/sin scala


non-stopvlucht ZN

1 volo non-stop/ininterrumpite/ininterrupte/sin scala


non-valeur ZN

1 nullitate, zero


non-verbaal BN

1 non-verbal
--e communicatie = communication non-verbal


nood ZN

1 (benauwdheid, gevaar) periculo
in -- verkeren = esser in periculo
een schip in -- = un nave in periculo
zijn -- aan iemand klagen = contar su problemas a un persona
in geval van -- = in caso de emergentia
redder in de -- = salvator in le periculo
2 (behoefte) besonio
de --en van onze tijd = le besonios/necessitates de nostre tempore
als de -- aan de man komt = in caso de necessitate/urgentia
3 (gebrek) besonio, necessitate, indigentia, povressa, paupertate, miseria
4 (dwang van omstandigheden) necessitate
in geval van -- = in caso de besonio/de urgentia/de emergentia/de necessitate
-- breekt wet = necessitate care de lege/non ha lege/rumpe le lege
van de -- een deugd maken = facer de necessitate virtute
door de -- gedwongen = obligate per le necessitate/circumstantias


noodaansluiting ZN

1 (ELEKTR) connexion provisori/provisional/temporari/de emergentia


noodafsluiting ZN

1 clausura de urgentia/de emergentia/de succurso


noodaggregaat ZN

1 generator de reserva/de emergentia


noodanker ZN

1 ancora de reserva


noodantenne ZN

1 antenna de reserva


noodbede ZN

1 precaria de succurso


noodbouw ZN

1 construction de emergentia


noodbrug ZN

1 ponte provisori/provisional/temporari/de fortuna


nooddam ZN

1 dica provisori/provisional


nooddeur ZN

1 porta de securitate/de succurso/de emergentia/de urgentia


nooddiensten ZN MV

1 servicios de emergentia/urgentia


nooddijk ZN

1 dica provisori/provisional


nooddoop ZN

1 baptismo de urgentia


nooddruft ZN

1 indigentia, necessitate, inopia, miseria


nooddruftig BN

1 indigente, necessitose, destitute, inope, misere, miserabile


nooddruftigheid ZN

1 Zie: nooddruft


nooddwang ZN

1 necessitate absolute/urgente


noodfonds ZN

1 fundo de emergentia/urgentia


noodgang ZN

1 velocitate extreme
met een -- = a tote velocitate


noodgebied ZN

1 (noodlijdend gebied) region economicamente debile
2 (door ramp getroffen gebied) region/area/zona sinistrate/del disastro/del catastrophe


noodgebouw ZN

1 construction provisori/provisional/temporari


noodgedrongen BW

1 Zie: noodgedwongen


noodgedwongen BW

1 fortiate per le/del necessitate, per le fortia del cosas
wij moesten -- andere maatregelen nemen = nos esseva fortiate prender altere mesuras


noodgeld ZN

1 (tijdens belegering) moneta obsidional


noodgeval ZN

1 caso urgente/de emergentia/de urgentia/de necessitate/de besonio


noodhaven ZN

1 porto de refugio


noodherstel ZN

1 reparation de emergentia/de urgentia


noodhospitaal ZN

1 hospital de emergentia/urgentia


noodhulp ZN

1 adjuta temporari/interimari/provisori


noodinstallatie ZN

1 installation de reserva/de succurso/de emergentia


noodjaar ZN

1 anno disastrose/funeste/de disastro


noodkachel ZN

1 estufa de emergentia


noodkering ZN

1 dica provisori/provisional, barrage de urgentia/de emergentia


noodkerk ZN

1 ecclesia temporari


noodkeuken ZN

1 cocina/culina temporari


noodklep ZN

1 valva de emergentia/de succurso


noodklok ZN

1 campana de alarma


noodkreet ZN

1 crito de alarma/de auxilio/de succurso


noodlamp ZN

1 lampa de reserva/de succurso/de emergentia


noodlanding ZN

1 atterrage fortiate/de emergentia


noodleiding ZN

1 (noodbuis) conducto provisori/provisional/de emergentia


noodleugen ZN

1 mendacio officiose


noodlijdend BN

1 indigente, necessitose, destitute
--e kerken = ecclesias necessitose


noodlijdendheid ZN

1 situation disastrose


noodlot ZN

1 (mal) sorte, destino, fato, fatalitate
het -- achtervolgde haar = le fato la persecutava, illa esseva persecutate per le fatalitate
slagen van het -- = injurias/colpos del sorte/del destino
onafwendbaarheid van het -- = implacabilitate del destino
je ontkomt niet aan je -- = on non escappa a su destino


noodlotsdrama ZN

1 drama fatalista, tragedia de fato/de destino/del fatalitate


noodlotsmotief ZN

1 motivo fatalista


noodlotstragedie ZN

1 Zie: noodlotsdrama


noodlottig BN

1 fatal, fatidic, funeste, catastrophal, disastrose, nefaste, mortal
--e afloop = fin disastrose
--e vergissing/fout = error funeste
-- toeval = hasardo nefaste
-- ongeluk = accidente mortal
--e val = cadita mortal
een --e afloop hebben = finir fatalmente/in morte
dat liep voor hem -- af = isto finiva in un disastro pro ille


noodlottigheid ZN

1 fatalitate


noodluik ZN

1 trappa de succurso/de emergentia


noodmaatregel ZN

1 mesura de emergentia/de urgentia


noodmast ZN

1 mast de fortuna


noodmunt ZN

1 (bij belegering) moneta obsidial


noodmuur ZN

1 muro temporari


noodoplossing ZN

1 solution/recurso provisori/provisional/temporari/de emergentia, expediente


noodpeil ZN

1 nivello de alarma/de emergentia


noodpenning ZN

1 Zie: noodmunt


noodplan ZN

1 plano de emergentia/de urgentia


noodpomp ZN

1 pumpa de emergentia/de urgentia/de succurso


noodprogramma ZN

1 programma de emergentia/de urgentia


noodrantsoen ZN

1 viveres/ration de reserva/de emergentia


noodrecht ZN

1 legislation de emergentia


noodrem ZN

1 freno de alarma/de emergentia/de succurso/de securitate
aan de -- trekken = pulsar le freno de securitate


noodreparatie ZN

1 reparo/reparation temporari/provisori/provisional/de emergentia


noodroep ZN

1 crito de alarma


noodroer ZN

1 timon/governaculo de emergentia/de reserva/de fortuna


noodschool ZN

1 schola temporari/de emergentia


noodsein ZN

1 signal de alarma/de urgentia


noodsignaal ZN

1 signal de alarma/de urgentia


noodsituatie ZN

1 Zie: noodtoestand


noodslachting ZN

1 macellation fortiate/de emergentia


noodsluis ZN

1 esclusa de succurso


noodsprong ZN

1 (geweldige sprong) salto enorme
2 (FIG) ultime tentativa


noodstal ZN

1 stabulo temporari/de emergentia


noodstop ZN

1 arresto fortiate/brusc/de urgentia/de securitate


noodteken ZN

1 Zie: noodsignaal


noodtij ZN

1 marea periculose


noodtoestand ZN

1 stato/situation de emergentia/de urgentia/de exception
de -- afkondigen = proclamar le stato de emergentia


noodtrap ZN

1 scala de succurso


nooduitgang ZN

1 exito/porta de urgentia/de succurso/de emergentia/de securitate


noodvaart ZN

1 velocitate extreme
met een -- = a tote velocitate


noodverband ZN

1 (voorlopig verband) bandage provisori/provisional/temporari/de urgentia/de emergentia
2 (voorlopige maatregel) mesura provisori/provisional/temporari/de emergentia


noodverkoop ZN

1 vendita fortiate


noodverlichting ZN

1 illumination/exclaramento de reserva/de emergentia


noodverordening ZN

1 decreto de emergentia


noodvlag ZN

1 bandiera de alarma


noodvoorraad ZN

1 reserva, provisiones


noodvoorziening ZN

1 mesura/disposition provisori/provisional/temporari/de urgentia


noodvulling ZN

1 obturation provisori (de un dente)


noodweer ZN

1 (slecht weer) tempesta
2 (zelfverdediging) legitime defensa


noodwendig BN

1 indispensabile, inevitabile, necessari, immancabile, fatal
-- gevolg = consequentia inevitabile


noodwendigheid ZN

1 indispensabilitate, inevitabilitate, fatalitate, necessitate
onvermijdelijke -- = caso de fortia major


noodwet ZN

1 lege provisori/provisional/de urgentia/de exception


noodwetgeving ZN

1 legislation de urgentia


noodwinkel ZN

1 magazin provisori/provisional/temporari


noodwoning ZN

1 habitation/casa provisori/provisional/temporari/de emergentia


noodzaak ZN

1 necessitate, besonio
absolute -- = necessitate absolute
innerlijke -- = necessitate interior
gebiedende/bittere -- = necessitate imperative/imperiose
de -- van iets inzien = esser consciente del necessitate de un cosa
ik zie de -- daarvan niet in = io non vide le necessitate de isto
in geval van -- = in caso de necessitate
zonder -- = sin necessitate


noodzakelijk BN

1 (onmisbaar) necesse, necessari, indispensabile, essential
--e voorwaarde = condition necessari/indispensabile
-- kwaad = mal necessari/indispensabile
-- deel uitmaken van = esser un parte integrante/essential/vital de
-- maken = render necessari, necessitar
het -- achten iets te doen = estimar necessari facer un cosa
volstrekt -- zijn = esser de rigor
2 (onvermijdelijk) necesse, necessari, inevitabile, fatal
-- gevolg van inflatie = consequentia inevitabile/automatic de inflation
daaruit volgt niet -- dat = isto non implica/significa necessarimente que


noodzakelijkerwijs BW

1 necessarimente, inevitabilemente, indispensabilemente, ipso facto (L)


noodzakelijkheid ZN

1 necessitate, indispensabilitate, inevitabilitate
harde -- = necessitate absolute
ijzeren -- = necessitate imperiose


noodzaken WW

1 obligar, necessitar, compeller, compulsar, constringer, coercer, fortiar, coager
ik zag me genoodzaakt om in te grijpen = io me ha vidite obligate/fortiate a intervenir


noodzeil ZN

1 vela de fortuna


noodzender ZN

1 emissor de succurso/emergentia


nooit BW

1 nunquam, non ... jammais
--! = jammais!
bijna -- = quasi nunquam
nu of -- = ora o nunquam
dat is iets om -- te vergeten = isto es alco pro non oblidar jammais


Noor ZN

1 norvegiano


noord ZN

1 nord
van -- naar zuid reizen = transversar un pais/region del nord al sud
de dialoog noord-zuid = le dialogo nord-sud


noord BN

1 del nord, septentrional
de wind is -- = le vento veni del nord


Noord-Afrika ZN EIGN

1 Africa del Nord


Noordafrikaan ZN

1 nord-africano


Noordafrikaans BN

1 nord-african


Noord-Amerika ZN EIGN

1 America Septentrional/del Nord


Noordamerikaan ZN

1 nord-americano, yankee (ENGELS)


Noordamerikaans BN

1 nord-american


Noordatlantisch BN

1 del Atlantico nord
-- Verdragsorganisatie = Pacto del Atlantico Nord


Noord-Beveland ZN EIGN

1 Beveland Septentrional/del Nord


Noordbevelands BN

1 del Beveland Septentrional/del Nord


Noord-Brabant ZN EIGN

1 Brabant Septentrional/del Nord


Noordbrabants BN

1 del Brabant Septentrional/del Nord
-- Orkest = Orchestra del Brabant Septentrional


Noord-Carolina ZN EIGN

1 Carolina del Nord


Noordduits BN

1 del Germania Septentrional/del Nord


noordeinde ZN

1 extremitate nord/nordic


noordelijk BN

1 (mbt de wind) del nord
--e wind = vento del nord
de wind is -- = le vento veni del nord
2 (gelegen in/behorend tot het noorden) nord, del nord, septentrional, boreal, (bij de pool) arctic, hyperboree
Noordelijke IJszee = Oceano Arctic
de --e provincies = le provincias septentrional/del nord
-- halfrond = hemispherio nord/boreal/septentrional
3 (eigen aan het noorden) nordic
het --e klimaat = le climate nordic


noordelijk BW

1 (noordwaarts) verso le nord


noordeling ZN

1 homine del nord
--en = gente del nord


noorden ZN

1 (kompasstreek) nord
magnetisch -- = nord magnetic
een kamer op het -- = un camera exponite al nord
ten -- van = a(l) nord de
de wind komt uit het -- = le vento veni del nord
2 (gebied, land) nord, septentrion, boreas
het -- van Spanje = le nord de Espania
de treinen naar het -- = le trainos verso le nord
ten -- van = a(l) nord/septentrion de


noordenwind ZN

1 vento del nord/boreal/septentrional, aquilon, boreas


noorderbreedte ZN

1 latitude nord/septentrional/boreal
op 20 graden -- = a vinti grados de latitude septentrional


noorderbuur ZN

1 vicino del nord


noordergrens ZN

1 Zie: noordgrens


noorderhalfrond ZN

1 hemispherio boreal/septentrional


noorderkeerkring ZN

1 tropico del Cancer


noorderkim ZN

1 horizonte del nord


noorderkwartier ZN

1 (stad) quartieros septentrional
2 (land) regiones septentrional


noorderlicht ZN

1 aurora boreal


noorderling ZN

1 Zie: noordeling


noorderzon ZN

1
met de -- vertrekken = partir in secreto


Noord-Europa ZN EIGN

1 Europa Septentrional/del Nord


Noordeuropeaan ZN

1 nord-europeo


Noordeuropees BN

1 nord-europee


noordgevel ZN

1 faciada nord


noordgrens ZN

1 frontiera nord/septentrional


Noord-Holland ZN EIGN

1 Hollanda Septentrional/del Nord


Noord-Ierland ZN EIGN

1 Irlanda Septentrional/del Nord


Noord-Italië ZN EIGN

1 Italia Septentrional/del Nord


Noordkaap ZN EIGN

1 Capo Nord


noordkant ZN

1 latere nord


Noord-Korea ZN EIGN

1 Corea Septentrional/del Nord


Noordkoreaan ZN

1 nord-coreano


Noordkoreaans BN

1 nord-corean


noordkust ZN

1 costa nord/septentrional


noordmagnetisme ZN

1 magnetismo de nord


Noord-Nederland ZN EIGN

1 Nederland Septentrional/del Nord


noordnoordoost ZN

1 nord-nord-est


noordnoordwest ZN

1 nord-nord-west


noordoostelijk BN

1 del nord-est


noordoosten ZN

1 nord-est


noordoostenwind ZN

1 vento (que veni) del nord-est


noordooster ZN

1 vento (que veni) del nord-est


noordoostpassaat ZN

1 alizeo del hemispherio nord


noordpijl ZN

1 flecha {sj} que indica le nord


noordpool ZN

1 polo nord/arctic/boreal/nord
magnetische -- = polo nord magnetic
tocht naar de -- = expedition al polo nord
-- van een magneet = polo nord de un magnete


noordpoolcirkel ZN

1 circulo (polar) arctic/boreal/del nord


noordpoolexpeditie ZN

1 expedition al polo nord


noordpoolgebieden ZN MV

1 terras/regiones arctic


noordpoollanden ZN MV

1 Zie: noordpoolgebieden


noordpoolreis ZN

1 Zie: noordpoolexpeditie


noordpoolreiziger ZN

1 explorator del polo nord/del terras arctic/del regiones arctic


noordpoolster ZN

1 stella polar/del nord


noordpoolstreken ZN MV

1 Zie: noordpoolgebieden


noordpooltocht ZN

1 Zie: noordpoolexpeditie


noordpunt ZN

1 (noordelijk punt) puncta nord/septentrional


Noord-Rhodesië ZN EIGN

1 Rhodesia del Nord


noords BN

1 nordic, del nord, septentrional
de --e volken = le populos nordic
de --e mythologie = le mythologia nordic


noordster ZN

1 stella polar/del nord


noordstreek ZN

1 region nord


Noord-Vietnamees ZN

1 nord-vietnamese


Noord-Vietnamees BN

1 nord-vietnamese


noordwaarts BW

1 al nord, verso le nord
-- gaan = ir al nord


noordwand ZN

1 pariete nord


noordwestelijk BN

1 del nord-west
de --e doorvaart = le passage del nord-west


noordwesten ZN

1 nord-west


noordwestenwind ZN

1 vento (que veni) del nord-west


noordwester ZN

1 vento (que veni) del nord-west


Noordzee ZN EIGN

1 Mar del Nord


Noordzeekanaal ZN EIGN

1 Canal del Mar del Nord


Noordzeekust ZN

1 costa del Mar del Nord


Noordzeestrand ZN

1 plagia del Mar del Nord


Noordzeevisser ZN

1 piscator del Mar del Nord


Noordzeevisserij ZN

1 pisca del Mar del Nord


noordzijde ZN

1 latere nord


Noorman ZN

1 normanno, viking


Noormannenschip ZN

1 nave viking


Noormannentijd ZN

1 epocha del vikings


Noors BN

1 norvegian


Noors ZN

1 (taal) norvegiano


Noorweegs BN

1 norvegian


Noorwegen ZN EIGN

1 Norvega, Norvegia


noot ZN

1 (voetnoot) annotation, nota, glossa
verklarende -- = annotation/nota explicative
van --en voorzien = annotar, glossar
ergens een kritische -- bijplaatsen = poner un nota critic a un cosa, commentar un cosa criticamente
2 (muzieknoot) nota (musical/de musica)
hele -- = semibreve
halve -- = breve, minima
kwart -- = semiminima
achtste -- = chroma
zestiende -- = semichroma
vierenzestigste -- = semibischroma
de -- C = ut
--en kunnen lezen = saper leger musica/le notas/un partition/partitura
veel --en op zijn zang hebben = esser multo exigente, pretender multo
een vrolijke -- = un nota allegre/de allegressa
3 (boomvrucht) nuce
loze -- = nuce vacue


nootdragend BN

1 nucifere


nootgewricht ZN

1 enarthrose (-osis)


nootmuskaat ZN

1 Zie: notemuskaat


nootmuskaatrasp ZN

1 Zie: notemuskaatrasp


nootolie ZN

1 oleo de nuce


nootteken ZN

1 asterisco


nootvormig BN

1 nuciforme


nopal(cactus) ZN

1 nopal


nopen WW

1 Zie: noodzaken
hij voelde zich genoopt in te grijpen = ille se sentiva obligate/fortiate a intervenir
wat noopte hem daartoe? = que le ha impulsate a facer lo?


nopens VZ

1 concernente, quanto a


nopjes ZN

1
in zijn -- zijn = esser multo contente, esser de multo bon humor


noppes ZN

1 nihil
voor -- = pro nihil, gratis, gratuitemente


nor ZN

1 prision, carcere
iemand in de -- stoppen = poner/mitter un persona detra barras


noradrenaline ZN

1 noradrenalina


Norbertijn ZN

1 norbertino


noren ZN MV

1 patines de typo norvegese, patines de cursa


noria ZN

1 noria


noriet ZN

1 (geneesmiddel) norit, carbon activate/in pastillas
2 (gesteente) norite


Norisch BN

1 noric
--e Alpen = Alpes noric


norm ZN

1 norma, regula, standard (E)
ethische --en = normas/regulas ethic
aan de -- aanpassen = normar
een -- vaststellen = fixar/stabilir un norma
van de -- afwijken = deviar del norma
volgens de -- = normal
beneden de -- = subnormal
aangenomen -- = convention
voldoen aan de -- = esser conforme al norma
als -- gelden = valer como norma, esser considerate como norma
zich naar de heersende --en richten = conformar se al normas vigente/in vigor


normaal ZN

1 (WISK) linea normal/vertical, normal, vertical, perpendiculo
2 (normale waarde) valor normal
3 (benzine) benzina/gasolina normal/ordinari


normaal BN

1 (gewoon) normal, ordinari
--e toestand = stato normal
--e arbeidsdag = die normal de labor/de travalio
het -- zijn = normalitate
niet -- zijn = esser anormal
-- verlopen = proceder normalmente, sequer su curso, ir toto normalmente
zijn --e leven leiden = menar/facer su vita normal
-- gesproken = normalmente
2 (als norm dienend) normal, regular
--e prijs = precio regular/currente
buiten de --e uren = foris del horas normal


normaalalgoritme ZN

1 algorithmo normal


normaalatmosfeer ZN

1 atmosphera normal/standard (E)


normaaldruk ZN

1 pression normal/standard (E)


normaalelement ZN

1 elemento normal


normaalfilm ZN

1 film (de formato) standard (E)


normaalformaat ZN

1 formato normal/standard (E)


normaalgewicht ZN

1 peso normal/standard (E)


normaalglas ZN

1 vitro pyrex


normaalkromming ZN

1 curvatura normal


normaaloogst ZN

1 recolta normal


normaaloplossing ZN

1 (SCHEI) solution normal


normaalschool ZN

1 schola de studios pedagogic


normaalspanning ZN

1 tension normal


normaalspoor ZN

1 via normal


normaaltoon ZN

1 diapason normal


normaalvlak ZN

1 (WISK) plano normal


normaalziend BN

1 emmetrope, emmetropic
-- oog = oculo emmetrope/emmetropic


normalisatie ZN

1 normalisation, standardisation
-- van de diplomatieke betrekkingen = normalisation del relationes diplomatic
-- van de verkeerstekens = standardisation del signos de traffico


normalisatiecommissie ZN

1 commission de normalisation


normalisatiefactor ZN

1 factor de normalisation


normalisator ZN

1 normalisator


normaliseren WW

1 normalisar, standardisar
het -- = normalisation, standardisation
een rivier -- = normalisar un fluvio
de diplomatieke betrekkingen tussen twee landen -- = normalisar le relationes diplomatic inter duo paises


normalisering ZN

1 normalisation, standardisation
-- van de diplomatieke betrekkingen = normalisation del relationes diplomatic


normaliteit ZN

1 (het normaal zijn) normalitate
2 (SCHEI) normalitate


normaliter BW

1 normalmente
zo gedraagt hij zich -- niet = normalmente ille non se comporta assi


Normandië ZN EIGN

1 Normandia


Normandiër ZN

1 normando, normanno


Normandisch BN

1 normande, normanne
de --e eilanden = le insulas normande/normanne
de --e kust = le costa normande/normanne
de --e verovering = le conquesta normande/normanne


normatief BN

1 normative
--e waarde = valor normative
--e criteria = criterios normative
--e principes = principios normative
--e moraal = moral normative
--e wetenschappen = scientias normative
--e grammatica = grammatica normative
--e taalkunde/taalwetenschap/linguïstiek = linguistica normative


normativiteit ZN

1 normativitate
-- van een prin-cipe = normativitate de un principio


normbesef ZN

1 senso del norma


normeerbaar BN

1 normalisabile
--e kern = nucleo normalisabile
--e functie = function normalisabile


normenstelsel ZN

1 Zie: normensysteem


normensysteem ZN

1 systema de normas


normeren WW

1 normalisar, standardisar, imponer un norma


normering ZN

1 normalisation, standardisation


normgevend BN

1 normative


normhandhaving ZN

1 mantenimento del normas


normograaf ZN

1 normographo


normstelling ZN

1 normalisation


nors BN

1 brusc, dur, rude, rebarbative, torve
-- bejegenen = bruscar


norsheid ZN

1 bruscheria, humor brusc, aere rebarbative, torvitate


nortonbuis ZN

1 tubo norton


nortonpomp ZN

1 pumpa Norton


nortonput ZN

1 puteo Norton


NOS

1 (Afk.: Nederlandse Omroep Stichting) Fundation Nederlandese de Radio e Television


nosofobie ZN

1 nosophobia


nosofoob BN

1 nosophobe


nosografie ZN

1 nosographia


nosografisch BN

1 nosographic


nosologie ZN

1 nosologia


nosologisch BN

1 nosologic


nostalgie ZN

1 nostalgia


nostalgiek BN

1 nostalgic


nostalgisch BN

1 nostalgic
-- lied = canto nostalgic
--e mode = modo nostalgic
--e blik = reguardo nostalgic
--e gedachten = pensatas/pensamentos nostalgic


nostoc ZN

1 nostoc


nota ZN

1 (DIPL) nota, memorandum
diplomatieke -- = nota/memorandum diplomatic
-- van antwoord = nota responsive
2 (rekening) nota, factura
gezamelijke -- = factura combinate
3 (aantekening) nota, annotation
4
-- nemen van = prender nota de, notar


notabel BN

1 notabile, considerabile, importante


notabele ZN

1 notabile, notabilitate, personalitate
de --en van het dorp = le notabiles del village


nota bene

1 nota bene (L)


notabiliteit ZN

1 notabilitate


notacanthus ZN

1 notacantho


notariaat ZN

1 notariato


notarieel BN

1 notarial
--e akte = acto notarial
--e functies = functiones notarial


notaris ZN

1 notario
ten overstaan van een -- = ante un notario


notarisambt ZN

1 notariato
wet op het -- = lege notarial


notarisarchief ZN

1 archivo notarial


notariskantoor ZN

1 officio/studio de notario


notarisklerk ZN

1 empleato de notario


notariskosten ZN MV

1 cargas notarial


notarisschap ZN

1 notariato


notarisstijl ZN

1 stilo de notario


notarisvrouw ZN

1 femina de notario


notarius ZN

1 (R.K.) notario ecclesiastic


notatie ZN

1 notation


notawisseling ZN

1 excambio de notas


notebomenbos ZN

1 bosco de nucieros


noteboom ZN

1 nuciero


notedop ZN

1 concha de nuce
(gebroken) --pen = pellaturas de nuce
in een -- = multo concise/succincte


notehout ZN

1 ligno de nuce/nuciero


notehouten BN

1 de nuciero


notekraker ZN

1 rumpenuces


notelaar ZN

1 nuciero


noten BN

1 de nuciero


notenbalk ZN

1 pentagramma


notenbank ZN

1 banca de emission(es)


notenbar ZN

1 boteca de nuces


notenbrood ZN

1 pan al/de nuces


notendruk ZN

1 impression musical/de musica


notendrukker ZN

1 imprimitor/impressor de musica


notendrukkerij ZN

1 imprimeria de musica


noteneter ZN

1 mangiator de nuces


notenkaas ZN

1 caseo al/de nuces


notenmoes ZN

1 pasta al/de nuces


notenmuskaat ZN

1 nuce muscate


notenmuskaatrasp ZN

1 raspa pro nuce muscate


notennamen ZN MV

1 nomines del notas


notenolie ZN

1 oleo de nuce


notenpapier ZN

1 papiro de musica


notenrasp ZN

1 raspa pro nuces muscate


notenschrift ZN

1 notation/scriptura musical, (met do, re, mi, etc.) solmisation


notenschrijver ZN

1 copista/copiator de musica


notensmaak ZN

1 gusto de nuce


noteren WW

1 (aantekenen) notar, inscriber
het -- = notation, inscription
een naam -- = notar un nomine
een telefoonnummer -- = notar un numero de telephono
2 (de beurskoersen) quotar
het pond noteert f. 2.85 = le libra quota f. 2.85
aan de beurs genoteerd zijn = esser quotate in le bursa


notering ZN

1 notation
2 (op de beurs) quotation, quota
in de officiële -- opgenomen = registrate in le quotation official


notie ZN

1 notion, concepto, idea
geen flauw -- van iets hebben = non haber le minor/minime notion/idea de un cosa
behorend bij de -- = notional


notificatie ZN

1 (kennisgeving) notification
2 (het registreren) registration


notificeren WW

1 (bekendmaken) notificar
2 (registreren) registrar


notifiëren BN

1 Zie: notificeren


notioneel BN

1 notional


notitie ZN

1 nota, notation, annotation, memorandum
-- houden = facer notas
-- nemen van = prender nota de, prestar attention a
geen -- van iemand nemen = ignorar un persona


notitieblok ZN

1 bloco de notas


notitieboek(je) ZN

1 agenda, memorandum, carnet (F)/libretto de notas


n.o.t.k.

1 (Afk.: nader overeen te komen) a convenir
prijs -- = precio a convenir


notoir BN

1 notori
--e dronkaard = bibon/bibulo notori
--e leugenaar = mentitor notori


notoor BN

1 Zie: notoir


notorisch BN

1 notori


notoriteit ZN

1 notorietate
akte van -- = acto de notorietate


notulant ZN

1 redactor del actos


notulen ZN MV

1 actos, reporto
-- van de vergadering = actos del reunion
de -- opmaken = scriber/rediger le actos
in de -- opnemen = notar/inscriber/mentionar in le actos
de -- werden goedgekeurd = le actos esseva approbate


notulenboek ZN

1 libro/registro del actos


notuleren WW

1 (notulen maken) facer/scriber/rediger le actos
2 (in de notulen opnemen) notar/inscriber/mentionar in le actos


notulist ZN

1 redactor del actos


notum ZN

1 noto


nou BW

1 nunc, ora, actualmente, al presente
wat moeten we -- doen? = e que facera nos ora?


noumenaal BN

1 noumenal


noumenon ZN

1 noumeno


nouveau riche ZN

1 nove ricco


nouveau roman ZN

1 nouveau roman (F)


nouveauté ZN

1 novitate, novellitate


nouvelle cuisine ZN

1 (CUL) nouvelle cuisine (F)


nouvelle vague ZN

1 nouvelle vague (F)


nova ZN

1 (ASTRON) nova


novatie ZN

1 novation


novator ZN

1 novator


Nova Zembla ZN EIGN

1 Nova Zembla


noveen, novene ZN

1 novena


novelle ZN

1 (kort verhaal) novella
2 (ROM JUR) novella
3 (wijzigingswet) lege modificative


novellenbundel ZN

1 collection de novellas


novellenschrijver ZN

1 Zie: novellist


novellist ZN

1 scriptor de novellas, novellista


novelty ZN

1 ultime novellitate


november ZN

1 novembre


novemberdag ZN

1 die de novembre


novembermaand ZN

1 mense de novembre


novembernummer ZN

1 numero de novembre


novemberstorm ZN

1 tempesta de novembre


noveren WW

1 novar
een contract -- = novar un contracto


Nove Scotia ZN EIGN

1 Nove Scotia


Novial ZN

1 (taal van Jespersen) Novial
aanhanger van -- = novialista


novialist ZN

1 novialista


novice ZN

1 novicio, novicia


novicenmeester ZN

1 maestro del novicios


novicenmeesteres ZN

1 maestra del novicias


noviciaat ZN

1 noviciato


noviet ZN

1 novicio


noviteit ZN

1 novitate


novocaïne ZN

1 novocaina


novum ZN

1 novitate, cosa nove, facto nove, circumstantia nove, facto sin precedente


nu BW

1 ora, nunc, actualmente, al presente
juist -- = justo nunc
hier en -- = hic e nunc
tot -- toe = usque (a) nunc/ci/hic
-- eens ... dan weer ... = ora/nunc ... ora/nunc ...
-- en dan = de tempore a tempore, alicun vices, a vices
de tijd gaat -- in = le tempore comencia a contar ora


nu ZN

1 nunc, presente
het hier en het -- = le hic e le nunc


nu VW

1 nunc que, ora que
-- ik de beweegredenen ken = ora que io cognosce le motivos


nuance ZN

1 nuance (F), differentiation
onmerkbare --s = nuances imperceptibile
daarin moet je een -- aanbrengen = tu debe nuanciar isto, tu debe modificar lo un pauco/poco
de nodige --s aanbrengen = facer le differentiationes necessari


nuanceren WW

1 (fijn onderscheid aanbrengen) nuanciar, (onderscheiden) differentiar, (wijzigen) modificar


nuancering ZN

1 (het aanbrengen van fijn onderscheid) nuanciation, differentiation, (wijziging) modification
de nodige --en aanbrengen = facer le differentiationes necessari
2 (schakering) nuance (F)


nuanceverschil ZN

1 differentia de nuance (F)


Nubië ZN EIGN

1 Nubia


nubiel BN

1 nubile


Nubiër ZN

1 nubio, nubiano


Nubisch BN

1 nubie, nubian


nucellus ZN

1 nucello


nuchter BN

1 (niet gegeten en gedronken hebbend) jejun
-- zijn = jejunar
-- kalf = vitello neonate
--e darm = jejuno
op de --e maag = con le stomacho vacue
2 (niet dronken) sobrie
-- worden = disebriar se, disinebriar se
3 (verstandig) realista, realistic, sensate, ponderate, impassibile, phlegmatic
--e opmerking = observation sensate
ergens -- onder blijven = restar realistic


nuchterheid ZN

1 (het vasten) jejuno
2 (het niet dronken zijn) sobrietate
3 (zakelijkheid) ponderation, calma
4 (werkelijkheidszin) realismo, spirito realista, senso del realitate(s)


nuchterling ZN

1 persona calme/ponderate/realista


nucleaat ZN

1 nucleato


nucleair BN

1 nuclear
--e structuur = structura nuclear
-- deeltje = particula nuclear
--e centrale = central nuclear
-- voortgestuwde schepen = naves a propulsion nuclear


nuclearisering ZN

1 proliferation (del armas) nuclear


nuclease ZN

1 nuclease


nucleïne

1 nucleina, nucleoproteina


nucleïnezuur ZN

1 acido nucleic


nucleoline ZN

1 nucleolina


nucleolus ZN

1 nucleolo


nucleolyse ZN

1 nucleolyse (-ysis)


nucleon ZN

1 nucleon
mbt een -- = nucleonic


nucleonica ZN

1 nucleonica


nucleoom ZN

1 nucleoma


nucleoplasma ZN

1 nucleoplasma


nucleoproteïne ZN

1 nucleoproteina, nucleina


nucleoside ZN

1 nucleosido


nucleotide ZN

1 nucleotido


nucleotoxisch BN

1 nucleotoxic


nucleus ZN

1 nucleo


nuclide ZN

1 nuclido


nudisme ZN

1 nudismo, naturismo


nudist ZN

1 nudista, naturista


nudistencamping ZN

1 camping de/pro nudistas/naturistas


nudistenkamp ZN

1 campo/campamento de/pro nudistas/naturistas


nudistenstrand ZN

1 plagia de/pro nudistas/naturistas


nudistentijdschrift ZN

1 Zie: naturistentijdschrift


nudistisch BN

1 nudista, naturista


nuditeit ZN

1 (naaktheid) nuditate
2 (naakt figuur) nudo


nudofobie ZN

1 nudophobia


nuf ZN

1 juvena affectate


nuffig BN

1 affectate


nuffigheid ZN

1 affectation


nugget ZN

1 pepita


nuk ZN

1 capricio, phantasia, luna
hij heeft vreemde --ken = ille ha capricios estranie/bizarre/extravagante


nukkig BN

1 capriciose
-- kind = infante capriciose


nukkigheid ZN

1 humor capriciose, capriciositate


nul ZN

1 (cijferteken) zero, (TELW) zero
bedrag met zes --len = amonta con sex zeros
het is twee graden onder/boven -- = il face duo grados sub/super zero
in het jaar -- = in le anno zero
-- komma -- = zero comma zero
tot -- reduceren/terugbrengen = reducer a zero
het uur -- = le hora zero, (MIL) le hora del attacco, (FIG) le momento decisive/critic
2 (persoon) zero, nullitate
hij is een -- = ille es un zero/nullitate


nul BN

1 nulle, insignificante
van -- en gener waarde zijn = esser nulle e de necun valor, isto care totalmente de valor


nuldeler ZN

1 divisor de zero


nulgroei ZN

1 crescimento/crescentia/crescita zero


nulhypothese ZN

1 hypothese (-esis) nulle


nulkromme ZN

1 curva nulle


nulleider ZN

1 conductor neutre


nullificeren WW

1 nullificar


nullificering ZN

1 nullification


nullijn ZN

1 (EC) linea neutre/neutral
2 (lijn die het nulpunt aangeeft) linea de zero


nullipara ZN

1 nullipara


nullisomie ZN

1 nullisomia


nulliteit ZN

1 nullitate


nulmatrix ZN

1 matrice nulle


nulmeridiaan ZN

1 prime meridiano, meridiano zero


nulnummer ZN

1 numero de essayo, specimen (L), numero zero


nuloptie ZN

1 option zero


nulpunt ZN

1 zero, puncto zero
absoluut -- = zero absolute


nulruimte ZN

1 spatio nulle


nulspin ZN

1 spin (E) zero


nulstand ZN

1 (stand op het nul/beginpunt) position zero
2 (SPORT) score (E) zero


nulteken ZN

1 zero


nultensor ZN

1 tensor nulle


nultransformatie ZN

1 transformation nulle


nultrap ZN

1 (TAAL) grado zero


nulvector ZN

1 vector nulle


nulwaardig BN

1 de valor zero, zerovalente


Numantijn ZN

1 numantino


Numantijns BN

1 numantin


numerair BN

1 numerari
--e waarde van munten = valor numerari de pecias de moneta


numerateur ZN

1 numerator


numeratie ZN

1 numeration


numerator ZN

1 numerator


numereren WW

1 numerar


Numeri ZN EIGN

1 (libro de) Numeros


numeriek BN

1 numeric, numeral
--e sterkte = fortia numeric
-- systeem = systema numeric/numeral
-- waarde = valor numeric/numeral
--e code = codice numeric/numeral
een --e meerderheid hebben = haber un superioritate numeric
-- overtreffen = esser superior numericamente
2 (COMP) digital, numeric


numero ZN

1 numero


numerologie ZN

1 numerologia


numerologisch BN

1 numerologic


numeroloog ZN

1 numerologo


numeroteren WW

1 numerar


numerus clausus ZN

1 numero clause, numerus clausus (L)


numerus fixus ZN

1 numero fixe, numerus fixus (L)


Numidië ZN EIGN

1 Numidia


Numidiër ZN

1 numida


Numidisch BN

1 numidic
--e volken = populos numidic


numineus BN

1 numinose


numinositeit ZN

1 numinositate


numismaat ZN

1 numismatico


numismatica ZN

1 numismatica


numismaticus ZN

1 numismatico


numismatiek ZN

1 numismatica


numismatisch BN

1 numismatic


nummer ZN

1 numero
-- van een tijdschrift = numero de un revista
ik heb het -- van die auto genoteerd = io ha notate le numero/matricula de iste auto(mobile)
hij is -- één van de voordracht = ille es le numero un del lista de candidatos
--s geven = numerar
2 (in circus, etc.) numero


nummeraar ZN

1 numerator


nummerapparaat ZN

1 numerator


nummerbord ZN

1 (van auto) placa de matricula/matriculation


nummerbriefje ZN

1 billet numerate


nummeren WW

1 numerar
het -- = numeration
iemand die nummert = numerator


nummering ZN

1 numeration


nummerplaat ZN

1 Zie: nummerbord


nummerschijf ZN

1 (van telefoon) disco numerate/selector


nummerstempel ZN

1 numerator


nummersysteem ZN

1 systema de numeros


nummertje ZN

1 (papiertje met volgnummer) numero
2 (staal) exemplo, monstra, specimen (L)


nummuliet ZN

1 nummulite


nummulithicum ZN

1 nummulithico


numurus ZN

1 antilogarithmo


nuncupatief BN

1 nuncupative
-- testament = testamento nuncupative


nuntiatuur ZN

1 (ambt, waardigheid, paleis van de nuntius) nunciatura


nuntius ZN

1 nuncio
pauselijke/apostolische -- = nuncio papal/apostolic
ambt of waardigheid van de -- = nunciatura
paleis van de -- = munciatura


nuptiaal BN

1 nuptial


nurk(s) ZN

1 persona/homine atrabiliari, grunnion


nurks BN

1 atrabiliari


nurksheid ZN

1 humor atrabiliari, atrabile


nurse ZN

1 nurse (E)


nut ZN

1 (nuttigheid) utilitate, avantage, beneficio, profito
algemeen -- = utilitate public
economisch -- = utilitate/profito/avantage economic
zich iets ten --te maken = profitar de un cosa
iemand van -- zijn = esser utile a un persona, esser de utilitate pro un persona
van practisch -- zijn = esser de utilitate practic
geen enkel -- hebben = esser completemente inutile
het -- ergens niet van inzien = non vider le utilitate de un cosa


nutatie ZN

1 nutation


nutria ZN

1 (beverbont) nutria


nutriënt ZN

1 nutriente, substantia nutritive


nutritief BN

1 nutritive
--e waarde = valor nutritive


nutsbedrijf ZN

1
openbaar -- = interprisa de utilitate public


nutsfactor ZN

1 rendimento, effecto utile, factor de utilitate


nutshell ZN

1
in a -- = in summa


nutsvoorzieningen ZN MV

1 servicios (de utilitate) public


nutteloos BN

1 (niet dienstig) inutile
--e kennis = cognoscentia/cognoscimento inutile
-- voorwerp = objecto inutile
-- werk doen = facer un travalio/labor inutile
2 (zonder resultaat) inutile, van, inefficace, infructuose, improductive, inan
--e inspanningen = effortios inan
--e pogingen = tentativas inutile/infructuose/sterile/van
verzet is -- = il es inutile opponer se, rebellar se es inutile


nutteloosheid ZN

1 inutilitate, inefficacitate, sterilitate, inanitate, infructuositate
-- van een inspanning = inutilitate de un effortio


nutten WW

1 (nuttigen) consumer, prender, mangiar o biber
2 (nut opleveren) servir (a), esser utile (a/pro)


nuttig BN

1 (dienstig) utile
-- lid van de maatschappij = membro/elemento utile del societate
(SPORT) --e speler = jocator utile
zich -- maken = render se utile
-- zijn voor iemand = esser utile a un persona
het --e met het aangename verenigen = combinar/junger le utile con le agradabile
2 (voordeel opleverend) utile, avantagiose, profitabile
-- effect van een machine = effecto utile/rendimento de un machina


nuttigen WW

1 consumer, prender, mangiar o biber
het ontbijt -- = consumer le jentaculo


nuttigheid ZN

1 utilitate


nuttigheidsbeginsel ZN

1 Zie: nuttigheidsprincipe


nuttigheidscoëfficiënt ZN

1 coefficiente de utilitate/rendimento


nuttigheidsgraad ZN

1 grado de utilitate


nuttigheidsprincipe ZN

1 principio de utilitate


nuttiging ZN

1 (het nuttigen) consumo, consumption
2 (R.K.) communion


NV

1 (Afk.: Naamloze Vennootschap) S.A. (= Societate Anonyme)


nyctaloop BN

1 nyctalope


nyctalopie ZN

1 nyctalopia


nyctifobie ZN

1 nyctiphobia


nyctinastie ZN

1 nyctinastia


nyctinastisch BN

1 nyctinastic
--e beweging = movimento nyctinastic


nycturie ZN

1 nycturia


nylon ZN

1 nylon (E)


nylon BN

1 de nylon (E)


nylonborstel ZN

1 brossa de nylon (E)


nylondraad ZN

1 filo de nylon (E)


nylongaren ZN

1 Zie: nylondraad


nylonkous ZN

1 calcea de nylon (E)


nylonsok ZN

1 calcetta de nylon (E)


nymfomaan BN

1 nymphomane, nymphomaniac


nymfomane ZN

1 nymphomana, nymphomaniaca


nymfomanie ZN

1 nymphomania


nymfose ZN

1 nymphose (-osis)


nystagmus ZN

1 nystagmo